Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Kees van Dijkhuizen van ABN Amro: ‘Ik ben hier maar de boekhouder’

De crisis? Daar wil hij niet meer over mekkeren. Liever kijkt Kees van Dijkhuizen vooruit. De ‘cfo van het jaar’, durft ook weer – voorzichtig – trots te zijn op ABN Amro. ‘Underpromise and overdeliver, dat zit hier nu in de muren.’

Foto: Merlijn Doomernik

Wie in de lunchpauze rond het hoofdkantoor van ABN Amro loopt, ziet dat de stropdas er aardig heeft afgedaan. De bankier van nu heeft een lossere stijl dan zijn voorganger van vóór de crisis. De sfeer is nog steeds heel ‘Zuidas-sy’, maar er lijkt ook sprake van nieuw elan.

Ook binnen is dat te merken. Zoals bij cfo Kees van Dijkhuizen, die zich bij klanten graag voorstelt als ‘financieel directeur’ of de ‘boekhouder van de bank’. ‘Dat vind ik altijd wel geinig’, zegt hij.

 ‘Ik zeur niet over de publieke opinie. We hebben het ook zelf verbruid’

Hij kwam in 2013 binnen in een turbulente tijd. De staatsbank was bezig met een (gedeeltelijke) beursgang, en Van Dijkhuizen kon dus meteen vol aan de bak. En de storm is daarna ook niet echt gaan liggen voor de man, die de lezers van MT verkozen tot cfo van het jaar. Want het mag dan weer beter gaan met ‘dé bank’, uitdagingen zijn er nog volop. ‘We zaten lange tijd in de hoek waar de klappen vallen. Maar ik zeur niet over de publieke opinie. Het is gewoon wat het is. En we hebben het natuurlijk ook zelf verbruid. Het kost gewoon veel tijd om dat weer de goede kant op te krijgen.’

De lezers van MT zijn weer enthousiast over ABN Amro. Wat zegt dat u?

‘We zien weer steeds vaker dat we op terreinen als corporate finance en private banking worden uitgekozen als de beste bank in Nederland. Dat vinden we natuurlijk fijn, want Nederland is momenteel toch echt onze thuismarkt. We zijn er als bank best trots op.’

Hoe belangrijk is Nederland dan?

‘Toen we vorig jaar naar de beurs gingen, hebben we ons heel bewust neergezet als Nederlandse bank. Van onze inkomsten komt 80 procent uit Nederland. De wereld is groot, het is makkelijk om er fouten te maken. We doen in het buitenland nu alleen dingen waarvan we zeker weten dat we ze goed kunnen.

De wereld is groot, het is makkelijk om er fouten te maken’

Private banking is bijvoorbeeld typisch iets waarin we gewoon heel goed zijn, we zijn veruit de grootste in Nederland. Nou, daarmee hebben we nu in Duitsland en Frankrijk ook een serieuze positie, zodat we nu in de Eurozone zelfs nummer-3 zijn. En dat is des te meer interessant voor ons, omdat het fees oplevert in plaats van rente. En ook uit het oogpunt van kapitaal is het interessant, omdat het risico voor verlies voor de bank zo klein is.

En verder is handelsfinanciering en het clearingbedrijf iets waar we van oudsher vrij goed in zijn. Dus daar pikken wij ook graag ons graantje mee op de wereldmarkt.’

U zegt dat u geen fouten wil maken. Hoe voorzichtig is ABN Amro geworden?

‘Een moderate risk profile, zoals we dat zo mooi noemen, is nu een van onze strategische pijlers. In de crisis hebben we een behoorlijke kras op onze neus gekregen. Alle banken, geen uitzonderingen. Dus iedereen is nu wel op zijn hoede om ervoor te zorgen dat hij de goede dingen doet. En die dingen moeten niet alleen nú oké zijn, maar we proberen ook door de bril van iemand over 10 jaar te kijken. Is het dan nog steeds oké? En daar komt bij dat we net naar de beurs zijn gegaan. Dan wil je natuurlijk ook geen fouten maken.

‘We hebben echt geld zat’

Aan de andere kant: we hebben echt geld zat. We hebben meer geld beschikbaar om uit te lenen dan dat er vraag is. Er is wel vraag vanuit bedrijven, maar dat is vaak risicodragend, zoals equity. Dat doen wij ook wel, maar is niet echt onze tak van sport. Wij zijn toch meer verstrekker van vreemd vermogen. En dan zegt de publieke opinie al gauw: de banken willen geen krediet verstrekken. Maar zo is het niet. Het is eerder zo dat het MKB behoefte heeft aan wat meer risicodragend kapitaal. En pas daarná komt het vreemde kapitaal dat wij financieren. De banken zijn helemaal niet te beroerd om geld uit te lenen. Wij in elk geval niet. Maar het moet wel een goede mix zijn. Wij kunnen niet zomaar het spaargeld van de burgers aan het mkb geven.’

Het gaat ondertussen zeker niet slecht met ABN Amro.

‘Over de eerste helft van het jaar hadden we een rendement van 13 procent, dat is het hoogst van alle banken. En dat bij
een zeer sterke kapitaalratio: onze Tier 1-ratio is 16, twee keer zo hoog als het minimum. Daarmee doen we het gewoon goed. Dat hangt ook samen met de Nederlandse economie, die nu wat beter draait. Maar wij letten ook heel goed op, zorgen dat we onze operatie op orde hebben en proberen onze rente-inkomsten zo goed mogelijk te beschermen. Daar zit dus ook wel beleid achter.’

Wat is uw rol daarin?

‘Het geld moet aan de voorkant verdiend worden, zeg ik altijd. En ik ben hier dan ‘maar’ de boekhouder. Maar ik probeer wel zo veel mogelijk daaraan bij te dragen. Ik stel me ook nadrukkelijk beschikbaar om met klanten te spreken, en met aandeelhouders natuurlijk. Daar besteed ik ook heel veel tijd aan. Ik vind dat wel een heel leuk onderdeel van mijn werk, ambassadeur zijn van de bank.
De kunst daarbij is, en dat zit hier gelukkig inmiddels wel in de muren: underpromise and overdeliver. Het is heel makkelijk om jezelf bij een beursgang mooier voor te stellen dan je eigenlijk bent, en dan als het tegenzit, de schuld te geven aan de economie, of verzin maar wat. Dat is iets dat wij proberen te vermijden.
Dat betekent dus niet dat wij niet ondernemend zijn of op ons geld zitten. Nee, we willen alleen geen uitspraken doen over winstgevendheid en groei die we niet kunnen waarmaken.’

Is dat bescheidenheid?

‘Nee, dat geloof ik niet. We zijn best trots op de bank. We winnen prijzen. Dan is het helemaal niet van: oh, oh, dat verdienen we niet.
Maar we zijn wel voorzichtig Het is heel een heel menselijk trekje om iets meer te praten over dingen die goed gaan dan over dingen die niet goed gaan. Daar proberen wij nu voor te waken.’

De bank wordt minder menselijk…

‘Haha, nou nee, dat niet. We willen juist proberen een bank met een menselijke maat te zijn. Dichtbij de klant.’

Wat zijn de uitdagingen?

‘We zitten in een periode dat er geen verschil is tussen korte en lange rente En dat blijft nog een heel tijd zo. Dat is voor banken geen ideale omgeving.
Gelukkig hebben wij de rente-inkomsten op peil weten te houden. We hebben al zo’n 8 kwartalen op rij zo’n 1,5 miljard aan rente gerealiseerd. We zien best veel banken in Europa waar die rente-inkomsten wegzakken, maar dat is ons dus niet overkomen.

En dat terwijl we in een hartstikke competitieve markt zitten. De concurrentie is heel zwaar. Op het gebied van hypoheken zie je bijvoorbeeld al rentes onder de 2 procent. Dat is best heftig voor banken. En dan sluiten mensen ook nog eens een hypotheek af voor 15 tot 20 jaar. Dat moeten wij dan ook afdekken, en niet over 5 jaar ineens negatieve marge krijgen. Dat is best complex en secuur werk.’

Bent u niet bang voor disruptors uit de fintechwereld?

‘Ik moet eerlijk zeggen dat we daar een paar jaar geleden bezorgd over waren, maar nu veel minder. We zien nu dat zulke disruptors naar ons toekomen met hun leuke speeltjes. Wij hebben natuurlijk interessante klanten voor hen.
We zijn dus nu veel meer in een modus terechtgekomen van samenwerken en partneren. We hoeven dan niet zelf die ontwikkeling te doen, dat hebben zij dan inmiddels al gedaan. En wij kunnen ook het leukste uitkiezen dat er beschikbaar is.
Dus die angst is nu minder.
Al moeten we wel alert zijn. Snel worden. Sneller dan nu. Maar we werken er hard aan om dat te verbeteren.’

Maakt u zich zorgen over het gebrek aan vertrouwen richting de banken in het algemeen?

‘Het vertrouwen is natuurlijk beschadigd door de crisis, en allerlei onverkwikkelijke zaken die daarbij naar boven zijn gekomen. We hebben veel gedaan om dat te verbeteren, maar ik ga er niet over zeuren hoe lang het duurt voordat het vertrouwen terug is. Het is gewoon wat het is. En we hebben het natuurlijk ook zelf verbruid.
Wat daarbij ook een probleem is: dingen worden vaak met grote vertraging eens echt helemaal uitgezocht. Neem het dossier rentederivaten. Daarover is nog maar kort geleden besloten: dat gaan we zo en zo oplossen. Heel veel mensen denken dan: dat hebben die banken dus tot voor kort nog gedaan. Tjongejonge, het is me wat. Terwijl het vaak derivaten zijn die al 10 jaar oud zijn en we dan eigenlijk iets aan het opruimen zijn. Natuurlijk, sommige dingen hadden sneller gemoeten. Achteraf. Dat is ook waar. Nou ja, goed, dat is altijd zo.

‘Als klanten negatief over je worden, kun je ze heel snel verliezen’

We zien wel dat als we dichter bij onze klanten komen dat we bijvoorbeeld onze NPS behoorlijk omhoog kunnen krijgen. Die is het afgelopen jaar serieus verbeterd. Ook op het terrein van duurzaamheid zien mensen dat we goed bezig zijn. We hebben zelfs een Europese prijs gekregen voor een green bond die we in de markt hebben gezet. Grote banken kunnen nooit in één keer helemaal groen worden. De maatschappij is grijs. En wij financieren de maatschappij. Maar we kunnen bijvoorbeeld met die green bonds wel een enorme materiële impact hebben. Dat wordt wel eens vergeten.’

Waar staat de bank over 10 jaar?

‘Ja, als ik dat wist… Daar ga ik geen grote voorspelling over doen. Ik durf wel te zeggen dat banken dan echt IT-bedrijven zijn. Als je die stap niet kunt maken, ben je op een gegeven moment out-of-business. Dat kan volgens mij overigens ook best samengaan met verbeterde klantbeleving.
Ik ben 10, 15 jaar geleden ook bij Nokia in Finland geweest. Dan zie je dus wat er gebeurt als je niet verandert. Ze waren heel trots dat ze van houthakkersbedrijf waren veranderd in een telefoonmaker. Niemand die je daar destijds zou interviewen, zou denken dat ze zo snel ingehaald zouden worden. Dat leert je wel dat je quick on your feet moet zijn. Want als je achter de curve belandt, kan het snel zijn afgelopen. Als klanten negatief over je worden, kun je ze heel snel verliezen.’

Hebben jullie hier die angst gehad?

‘Nee. Maar we weten wel dat als je het niet goed doet, dat het kan gebeuren.
En we weten ook dat daarbij niet alles binnen je eigen bereik ligt. Er is momenteel een vrij grote operatie in Basel bezig, met allerlei wezenlijke discussies voor een bank.

‘Als Amerika zijn zin krijgt, wordt een hypotheek onbetaalbaar’

Het is voor mij een van de grootste dossiers, dagelijks werk. En als het fout afloopt, hebben alle Nederlandse banken echt een probleem. Wij dus ook. Het Baselcomité zit sterk op de lijn dat het heel risicovol is als een hypotheek hoog is, ten opzichte van de waarde van het huis. Die willen dat dus inperken. Dat is voor ons lastig. En we vinden het onterecht. En onverstandig. En onredelijk.md-dijkhuizen3691-web We hebben 50 jaar historische data om te bewijzen dat de hoogte van de lening niets zegt over het risico. Ook de twee flinke dalingen van huizenprijzen die we hebben meegemaakt hebben dat aangetoond. Toen een jaar of 3 geleden een kwart van de huizen onder water stond, bleven Nederlanders ook gewoon netjes hun hypotheek betalen. Dat is gewoon wat Nederlanders doen.

Dat proberen we ze aan het verstand te peuteren daar in Basel. Maar dat lukt nog niet erg. Gelukkig is het in Brussel wel goed bekend. En de regels van Basel moeten daar worden goedgekeurd en in wet omgezet worden. Dus ook in Brussel gaan we in gesprek.

Maar goed, het is wel een wereldgeweld wat er in Basel plaatsvindt. De Amerikanen zitten nu anders in de wedstrijd. Die hebben met hypotheken een enorme bloedneus opgelopen. Maar ja, zeggen wij dan: dat was een Amerikaanse bloedneus. En dat waren ook heel andere hypotheken. Als wij zulke hypotheken hadden gehad, hadden wij ook die bloedneus opgelopen. Maar die hypotheken hebben wij dus niet.’

Snapt u de roep uit de samenleving: dit nooit meer?

‘Natuurlijk. En wij zijn er ook helemaal niet op uit om het kapitaal bij banken te verlagen, integendeel zelfs. Wij hebben ook liever veel kapitaal bij banken. Sterker nog: dan slapen we allemaal een stuk rustiger. Als samenleving, als toezichthouders, maar ook als bankbestuurders. Maar het moet wel gebaseerd zijn op risico’s.

De Amerikanen willen nu dat je voor een hypotheek evenveel kapitaal aanhoudt als voor een lening aan het MKB, of voor een energieplatform in zee. Maar een hypotheek is veel minder risicovol. Als een MKB-bedrijf failliet gaat, ben je gewoon je geld kwijt. Maar achter een hypotheek zitten bakstenen. En die stijgen in de loop van de tijd in waarde. En nieuwe hypotheken lossen verplicht af. Maar als het gaat zoals Amerika wil, dan wordt het voor de klant wel heel duur om nog een hypotheek te krijgen…’

KEES VAN DIJKHUIZEN

Wekelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

1955 Geboren
1982 Afgestudeerd in economie, VU
1999 Directeur-Generaal van de Rijksbegroting
2000 Thesauriër-generaal op Ministerie van Financiën
2005 CFO NIBC
2009 vice-voorzitter RvB NIBC
2011 genoemd als DNB-president, als opvolger voor Nout Wellink
2012 Voorzitter Commissie-Van Dijkhuizen, die een eenvoudiger belastingstelsel onderzocht
2013 CFO ABN Amro

mtnl07-2016-cover-def-webDit verhaal staat in de meest recente printeditie van Management Team, die helemaal in het teken staat van talent. Ben je nog geen abonnee? Vraag de huidige editie dan aan als gratis proefnummer