Nederlandse bedrijven zijn er niet op ingesteld om op lange termijn flexibeler te kunnen werken. Werkgevers rekenen vooral op het aanpassingsvermogen van de eigen, vaste medewerkers in drukke tijden. Dat blijkt uit onderzoek van TNO waarover het Financieele Dagblad bericht.
De meeste bedrijven anticiperen "redelijk traditioneel" op flexibeler werken, terwijl de markt om steeds meer souplesse vraagt, stelt TNO-onderzoeker Anneke Goudswaard. "In de eerste plaats vragen bedrijven bijvoorbeeld hun vaste personeel extra taken op zich te nemen. Deze oplossing wordt gevolgd door de mogelijkheid om medewerkers in vaste dienst te laten overwerken. In de derde plaats maken bedrijven gebruik van flexcontractanten, deeltijdwerkers, uitzendkrachten en flexibele werktijden."
Korte termijnAndere vormen van flexibeler werken, zoals het tijdelijk uitbesteden van arbeid, slimmere productieprocessen creëren, efficiënter omgaan met voorraden en personeel breder inzetten, worden nog minder toegepast. "Het beleid is vooral gericht op kortetermijnoplossingen in piekperioden en bij ziekte. Er is weinig samenhang en visie." Volgens Goudswaard is er weinig veranderd in vergelijking met tien jaar geleden, toen TNO ook onderzoek deed naar flexibiliteit op de werkvloer. "Dat viel mij wat tegen."
