Prosensa verstevigt zijn overeenkomst met de Britse farma-gigant GlaxoSmithKline (GSK) voor ontwikkeling en marktintroductie van haar producten. De Britten financieren meer varianten van Prosensa's middel tegen de ziekte van Duchenne.
Prosensa, een spinnoff van universiteit Leiden, ontwikkelt medicijnen gebaseerd op RNA-modulatie, bewerking van het RNA in menselijke cellen. RNA zorgt voor het kopiëren van genetische informatie uit het DNA en speelt een cruciale rol bij de productie van eiwitten. Het bedrijf heeft zich allereerst gericht op behandeling van de ziekte van Duchenne, een erfelijke spierziekte. Naar schatting lijden in de westerse wereld ongeveer 80.000 mensen aan deze vorm van spierdystrofie.
De overeenkomst met GSK was aanvankelijk alleen gericht op een middel tegen deze ziekte voor twee groepen patiënten. De Britten betaalden in oktober al 16 miljoen pond, en stellen maximaal 412 miljoen pond in het vooruitzicht als bepaalde mijpalen worden gehaald. Zodra het Duchenne-middel op de markt is, vangt Prosensa ook nog dubbelcijferige royalties. Dinsdag meldde Prosensa dat de samenwerking nu wordt uitgebreid met nog vier andere verbindingen voor andere patiëntengroepen, waardoor Prosensa extra betalingen van GSK in het vooruitzicht heeft.
Prosensa wil de ontwikkelling en marktintroductie van een deel van de varianten graag zelf doen. Daarvoor is meer geld nodig. Het bedrijf is nu volledig gefinancierd door investeringsmaatschappijen als Life Science Partners, Gimv en het door Kempen gerunde MedSciences Capital, die in februari vorig jaar nog 18 miljoen fourneerden. Bij de bestaande investeerders kan meer geld worden opgehaald, maar een van de alternatieven zou ook een beursgang.
Prosensa is in 2004 opgericht door Herman de Boer, de Leidse professor die onder veel meer Pharming oprichtte en zijn naam leende aan de befaamde Stier Herman. Inmiddels werken ruim 65 werknemers bij het bedrijf.