Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Probleemloos pieken met marketing

Klanten van Capital ID kunnen hun marketingmateriaal dankzij cloud computing zonder haperingen samenstellen.

Dennis Steen levert met Capital ID software voor het stroomlijnen van marketingcommunicatie. Het plannen van campagnes en alles wat daarvoor nodig is, de database met de huisstijl, beeld- en al het andere marketingmateriaal, de mogelijkheid om alles van standaardmailings tot complete klantenmagazines te produceren: Capital ID uit Zwolle belooft het efficiënter te maken.

Marketing Resources Management is die kunst gedoopt, en Steen levert hem aan Nederlandse en internationale klanten als Rabobank, Starbucks, NS en Rijksoverheid. Dat loopt goed. “We zitten aan de kant waar bedrijven op kosten willen besparen,” zegt Steen, die met Capital ID ook al voor de crisis een van de snelstgroeiende techbedrijven van Nederland runde. En dat succes is deels te danken aan de cloud.

Pieken in data

Toen Steen een paar jaar geleden op zoek ging naar extra servercapaciteit, was die krachtterm nog niet gemunt. De hoofdpijn van Capital ID en zijn klanten: marketingmateriaal bestaat bijna per definitie uit enorme bestanden: foto’s op posterformaat, een compleet kwartaalblad van de Rabobank, displaymateriaal voor de winkel. Bestanden van soms honderden megabytes, die een flinke belasting kunnen vormen voor het netwerk. En dat gaat met pieken. Bij pakweg het kwartaalblad dat de Rabobankfilialen voor hun klanten maken, roken de servers tegen de deadline. Datzelfde gebeurt bij de Bodyshop, zodra die zijn nieuwe campagnemateriaal naar 61 landen tegelijk verstuurt.

Van eigen servers naar hosting

“We groeiden enorm snel en moesten weer investeren in extra capaciteit”, vertelt Steen over zijn eerste stappen in de cloud, nu vier jaar geleden. “Heel lang geleden, tot 2000, schafte je daarvoor je eigen servers aan. Daarna kwam de periode waarin hosting opkwam. Het probleem daarmee bleef, dat je steevast achterliep op de realiteit: je moest extra capaciteit bestellen, maar voordat je had bepaald hoeveel je nodig had en alles was geinstalleerd en draaide, was je maanden verder. Het was telkens een compleet project terwijl je alle aandacht nodig hebt om je product voor je klanten verder te ontwikkelen.”

Tot cloud hosting

Investeren in overcapaciteit onder het motto better safe than sorry, is voor een jong techbedrijf bovendien geen verstandige optie. “Misschien wel het allerbelangrijkste: je wil een degelijk systeem hebben, dat flexibel genoeg is om piekbelastingen op te vangen. We waren wat dat aangaat eerlijk gezegd door onze hosting provider een paar keer teleurgesteld, daar kregen van onze klanten voor op onze kop: ”Jullie spullen doen het niet.” En zo kwam Capital ID via-via uit bij Rackspace, toen nog vrij onbekend, nu een van de grote jongens van wat inmiddels cloud hosting is gaan heten. “Onze servers staan nu daar. Waar precies zou ik niet weten, maar dat ze continu tot onze beschikking zijn, is voldoende. En dat ik voor mijn klanten de capaciteit kan uitbreiden: als de Rabobank een piek verwacht, is het letterlijk een kwestie van een schuifje openzetten en ze kunnen vooruit.”

Geen vastlopers

Dat Capital ID naar de cloud overstapte, hebben zijn klanten gemerkt, zegt Steen. Hij gaat er prat op dat de boel bij zijn klanten niet meer vastloopt door gebrek aan servercapaciteit. “De uptime en beschikbaarheid is gewoon goed, maar dat is niet het grote verschil met goede hosting. Op momenten dat het ertoe doet, het aantal gebruikers stijgt en er gigantische hoeveelheden data over het netwerk worden gepompt, loopt de boel niet vast.”

Cloud: lagere TCO

De flexibele cloud lijkt op het eerste oog duurder dan een hostingpakket, dat door de aanhoudende prijsconcurrentie soms tientjeswerk is. “Maar ik kan het niet vaak genoeg roepen: dat is appels met peren vergelijken. Natuurlijk kan je de vergelijking houden op het niveau van bits en bytes en processoren, maar daarmee ga je voorbij aan de businesskant.” Vroeger kocht Steen capaciteit in die het hele jaar door de pieken in de vraag van zijn klanten te boven moest gaan. Nu neemt hij alleen tijdens pieken af wat nodig is. “Dat doen we nu vier jaar, en ik kan je verzekeren dat we in kosten, dus de befaamde total cost of ownership, flink omlaag zijn gegaan.”

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Keuze aan de klant

Steen geeft zijn klanten de keuze. Er zijn klanten die de software van Capital ID op hun eigen servers draaien. “Als we hen een cloudoplossing met een grotere capaciteit voorleggen, blijkt die vaak twee tot drie keer goedkoper dan intern blijven draaien.”
Er zijn wel degelijk klanten met koudwatervrees, zij maken zich vooral zorgen of hun data wel veilig genoeg is in de cloud. Een grote internationale klant koos om deze reden voor een dubbel systeem: een in de cloud, en één, met data die aan meer regels is gebonden, intern. “Ons maakt het niet uit, maar wij adviseren zo veel mogelijk de flexibiliteit van de cloud in te zetten.” Er zijn ook klanten bij wie de interne systemen nog niet geschikt zijn om zonder uitgebreide ingrepen te kunnen samenwerken met de capaciteit uit de cloud. Het is, schat Steen in, vaak een kwestie van timing: wie zijn serverpark nog niet heeft afgeschreven, zal nog moeten wachten met overgaan op de cloud, of dat gedeeltelijk doen.

Denken vanuit de businesscase

“De businesscase is het allerbelangrijkst: je moet automatiseren op het moment dat het nodig is. Je moet niet de cloud in omdat het sexy is, maar omdat het gewoon handig is.” En uiteindelijk is de cloud helemaal niets nieuws. “Vroeger heette het asp, application service providing. Nu hebben de dienstverleners uit die hoek hun dienstverlening beter voor elkaar en zijn ze veel flexibeler geworden.” Hoe cloud is Capital ID zelf eigenlijk? “Onze websites draaien daar wel, maar ons bedrijfssysteem staat nog hier, dat is nog niet afgeschreven. Maar als ik nu zou beginnen, zou ik het wel weten!”