“Werken voor een mens is als vliegen voor een vogel,” zegt Jos Kirpestein (73), consultant, ondernemer en voormalig exportmanager van de internationale fabriek Greefa. Volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zijn maar weinig 65+ers nog aan het werk, terwijl de vergrijzing en daarmee de collectieve lastendruk toeneemt. Om die druk te verlichten, gaan mensen wat Kirpestein betreft pas op hun zeventigste met pensioen.
Kirpestein zelf is niet van plan te stoppen met werken (“Werk geeft me energie”). Om de vergrijzing te blijven dragen, is het volgens hem belangrijk dat mensen aan het werk blijven. “Ik ben een voorstander van flexibel werken, dat doe ik zelf ook. Maar als mensen minder zouden werken of helemaal niet meer, zou de economie en de samenleving dat niet meer trekken. Want je zet je jezelf om van producent naar consument, en dat betekent lastenverzwaring.”
scherpschutters
Volgens het CBS zijn de 65+ers die nog werken óf manager óf zelfstandig ondernemer. Oudere managers zijn volgens Kirpestein dan ook waardevol. “Jonge managers duiken vaak zomaar ergens in. Dat is niet verkeerd, dat leidt regelmatig ergens toe. Maar ze verkennen vaak geen terrein voor ze iets beginnen. Veel ondernemingen mislukken om die reden. Oudere managers zijn scherpschutters die voorzichtig schieten. Zij kunnen jonge managers helpen en adviseren bij het opzetten van een bedrijf of onderneming.”
Medische wetenschap
Kirpestein verfoeit vervroegd pensioen: “Mensen die te vroeg stoppen met werken, deinzen terug voor hun maatschappelijke taak. Bovendien kan de samenleving het zich helemaal niet veroorloven. De leeftijdsgrens van 65 is ooit ingesteld voor mensen die zware lichamelijke arbeid verrichten. Dat is momenteel helemaal niet meer zo, en daarbij is de medische wetenschap vooruit gegaan. De pensioengerechtigde leeftijd wordt wat mij betreft opgeschroefd naar zeventig.”