Nederlandse accountants die met een wapen op de heup een bank binnenstappen. In Bosnië gebeurt het. Financieel experts uit Nederland adviseren het Bosnische midden- en kleinbedrijf.
Normaal steekt Dirk Spijker keurig in het pak, zoals het een regionaal directeur advies bij ABN Amro betaamt. Vorig jaar november liep hij ruim drie weken in uniform rond in Bosnië, waar hij lokale ondernemers hielp een bedrijfje op te bouwen. “Uit nieuwsgierigheid en uit idealisme,” verklaart Spijker. “Je ziet dagelijks al die ellende op televisie voorbijkomen. Nu kun je er zelf ook 's iets aan doen.”
Spijker is een van de zestig Nederlandse financieel experts die het afgelopen jaar in het Bosnische Bugojno hebben doorgebracht. Accountants en bankiers met ervaring in de advisering van het midden- en kleinbedrijf. Want dat zijn de 'klanten' in Bosnië. De Nederlanders helpen kleine ondernemers met het schrijven van ondernemingsplannen, het aanvragen van leningen en het leggen van contacten met buitenlandse, vaak Nederlandse, bedrijven. Inmiddels zijn al zo'n 150 bedrijven bezocht, waarvan de helft intensieve begeleiding krijgt.
Welbegrepen eigenbelang
De uitzending van de 'burgers' naar Bosnië is een proef van het Platform Defensie-Bedrijfsleven, waarin het ministerie van Defensie en werkgeversorganisatie VNO/NCW deelnemen. In het Platform leren de twee partijen iets van elkaar op het gebied van onder meer opleidingen en personeelsbeleid. De Bosnië-proef heeft tot doel de civiel-militaire samenwerking te verbeteren. “Soldaten zijn er om de vrede te bewaren, maar voor de wederopbouw heb je civiele kennis nodig,” aldus Dick Scherjon, secretaris MKB bij VNO/NCW en secretaris van het Platform Defensie-Bedrijfsleven.
Defensie en VNO/NCW zijn bezig met het samenstellen van een pool van enkele honderden deskundigen uit het bedrijfsleven die kunnen worden ingezet bij de wederopbouw in voormalige oorlogsgebieden. Ingenieurs, biologen, scheikundigen, maar ook financieel experts. De samenwerking is niet louter gebaseerd op idealistische overwegingen. Scherjon: “Het gaat ook om een welbegrepen eigenbelang. Als defensie het goed doet in het buitenland, straalt dat af op heel Nederland. Daar profiteert het bedrijfsleven weer van. En dat stabiliteit in de wereld uiteindelijk geld oplevert, daarvan hoef ik sinds 11 september niemand meer te overtuigen.”
Voor het proefproject in Bosnië is vooral een beroep gedaan op financieel deskundigen met enige militaire ervaring. Die is noodzakelijk, omdat de vrijwilligers onderdeel vormen van de vredesmacht SFOR. Scherjon: “Je opereert in een militaire omgeving. Dan is het handig als je een sergeant van een generaal kunt onderscheiden en weet hoe de militaire cultuur is. Je hoeft niet zelf te schieten, maar je draagt wél een uniform en een wapen. Experts zonder ervaring in het leger, 'uit de spijkerbroek', zoals dat heet, krijgen twee weken militaire training. Je moet tenslotte wel weten hoe een wapen werkt.”
Speldenprikjes
Dirk Spijker was beroepsofficier voordat hij veertien jaar geleden de overstap naar het bedrijfsleven maakte. Maar in uniform en gewapend als bedrijfsadviseur opereren was nieuw. “Ik had de rang van kapitein, maar functioneerde als een account-manager kleinbedrijf. Die inbedding in SFOR is goed. SFOR wekt vertrouwen in Bosnië, heeft een goede reputatie. Als ik daar als bankier van ABN Amro aankom, begrijpt niemand wat ik kom doen. Ze kennen de naam niet eens.”
's Ochtends om half zeven op, half acht appèl en vervolgens met de landrover met chauffeur en tolk langs de geselecteerde bedrijven. Tot 's avonds laat aantekeningen en voorstellen uitwerken. De ruim drie weken dat Spijker in Bosnië zat, waren drukbezet. “Na decennia communistisch bewind en de oorlog verkeert het land in staat van apathie. De ondernemers willen wel, maar je moet ze helpen met de westerse manier van zakendoen. Kijken of er markt is voor je producten voordat je gaat produceren, dat is nieuw voor ze.
“Het is heel stimulerend als je dan een ondernemer kunt helpen een bedrijfje te laten groeien. Als je een lening rondkrijgt voor een nieuwe machine is dat weer werk voor een paar mensen extra. Die doen inkopen in hun eigen dorp en zo heeft de lokale bakker ook weer extra inkomsten. Het zijn speldenprikjes voor de economie, maar het heeft wel effect.”
Management development programma
De enige militaire ervaring van Raymond Wijnans, financieel directeur bij Kroymans Automotive, was de zestien maanden dienstplicht die hij in 1981 vervulde. “Die kennis was helemaal weggezakt, maar ik heb een opfriscursus gedaan. Ehbo, hoe je je wapen gebruikt. Maar de enige keer dat ik mijn wapen in Bosnië pakte, was bij het ontladen voordat je de basis opgaat. Mijnenvelden, die heb ik wel veel gezien. Maar daar ga je dus niet rondwandelen.”
Het was voor Wijnans passen en meten om naar Bosnië te kunnen, maar dankzij steun van vrouw, drie dochters, bedrijf en collega's kon ook hij in november naar Bosnië. “Een unieke ervaring. Je staat er versteld van hoeveel ellende mensen elkaar kunnen aandoen. En hoeveel veerkracht ze hebben. Iedereen is weer bezig een toekomst op te bouwen.”
Ook Wijnans vindt dat zijn korte verblijf nuttig is geweest. “Door onze aanwezigheid gaat niet ineens het bruto nationaal product 10 procent omhoog. Maar drie weken is genoeg om een marketingplan te schrijven of handelscontacten te leggen. En je doet het niet alleen. Voor je en na je komen ook mensen. Door een goede overdracht kun je ondernemers langere perioden bijstaan.”
De werkperiode in Bosnië is kort, maar dat is noodgedwongen, volgens Dick Scherjon. “Als we vrijwilligers langer wegsturen, kunnen we de goede mensen niet krijgen. Dan wordt het ook voor de bedrijven een probleem.”
Het Platform heeft tot nu toe geen problemen gehad om vrijwilligers te vinden. Ook bedrijven staan welwillend tegenover het initiatief. Scherjon adviseert werkgevers hun medewerkers door te betalen in de periode dat ze afwezig zijn. Inclusief de training vooraf is dat vier of vijf weken. “Ook de bedrijven hebben hier iets aan. Je laat zien dat je je als onderneming iets aantrekt van wat er in de wereld gebeurt, bovendien is zo'n verblijf in het buitenland voor de werknemer een soort management development programma in het kwadraat.”
In de praktijk, zoals bij Spijker en Wijnans, wordt dikwijls gekozen om de kosten te delen. De helft van de periode wordt door het bedrijf uitbetaald, de andere helft neemt de vrijwilliger op in vakantiedagen. De uitgezonden expert krijgt als reserveofficier in Bosnië uitbetaald naar zijn rang. Kosten voor vervoer en onderdak worden ook door Defensie gedragen. De totale kosten van het project bedragen twee miljoen gulden.
Tour of duty
De officiële evaluatie van de Bosnië-proef is nog niet afgerond, maar het enthousiasme bij alle partijen is groot. Dat zou betekenen dat in de toekomst meer Nederlandse experts onder de paraplu van defensie naar conflictgebieden gaan. Aan de vrijwilligers ligt het niet. Dirk Spijker heeft al interesse voor een tweede tour of duty. “Ik heb hier een heel goed gevoel aan overgehouden. Je zit een tijdje in een andere wereld, voelt je figurant in een film. Maar je neemt ook de verantwoording op je die je als burger van de wereld hebt.”