Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

MT Designspecial 2001

Design krijgt eindelijk de aandacht die het verdient, ook in het nuchtere Nederland. Geen wonder: een goed ontwerp en een herkenbare huisstijl zorgen voor een beter bedrijfsresultaat, versterken het bedrijfsimago en helpen bij het werven van personeel.
In deze special de presentatie van de Erkenningen Goed Industrieel Ontwerp 2001, die deze week werden uitgereikt. Plus: de kunst van het verpakken.

Op 13 november werden tijdens de Dag van het Ontwerp 2001 in het Evoluon in Eindhoven de Erkenningen Goed Industrieel Ontwerp uitgereikt. Met voor het eerst een Design 4 All Award.

115 winnaars uit 158 inzendingen. Gerbrand Bas van Designlink glundert. Hij ziet ieder jaar een toenemend aantal inzendingen voor de Erkenningen Goed Industrieel Ontwerp, het Nederlandse keurmerk voor innovatieve producten die zich onderscheiden op het gebied van vormgeving. “Het niveau van de ingezonden producten neemt ieder jaar toe. Een teken dat steeds meer bedrijven het belang van design serieus nemen.” Die moeten zo langzamerhand ook wel, willen ze nog een beetje meetellen in binnen- en buitenland. Innovatief design geeft bedrijven een voorsprong op de concurrentie. En is goed voor stijgende omzetcijfers, ondervond vorig jaar het bekroonde Bahco Tools. Dat kreeg toen onder meer een Erkenning voor een verfschraper. Tienduizenden zijn er van verkocht en welk blad schreef niet over het bekroonde product. “Ik denk dat de hype rondom onze schraper zeker een rol in de verkoopcijfers heeft gespeeld,” aldus Bahco Benelux-directeur Ger Heijnen. “Andere verfschrapers zijn beduidend goedkoper. Toch vragen doe-het-zelvers en professionele gebruikers om onze gereedschappen.”
Met het groeiende designbesef neemt tevens het aantal ontwerpers in ons land toe. Een teken dat de markt nog lang niet is verzadigd, meent Bas. Sterker, Nederland staat pas aan het begin van een ontwikkeling die al eerder in Groot-Brittannië begon. Daar besteden bedrijven jaarlijks 800 miljoen pond aan design. Niet nutteloos. Bas: “De helft van alle ondernemers zegt dat die investeringen wezenlijk hebben bijgedragen aan een betere omzet en concurrentiepositie. De andere helft ziet design nog altijd als een aardigheidje voor erbij. Een add-on in plaats van een strategische business tool om bedrijf en product een onderscheidend etiket te geven.” Dat komt vooral omdat ze niet exact weten hoe ze de meerwaarde van design kunnen uitbuiten. Zonde, want daarmee laten ondernemers veel businesskansen onbenut. Hoe ze die wel kunnen aanpakken? Voor deze en andere vragen kunnen bedrijven sinds kort in ons land terecht bij Designlink. “We willen als platform de designkennis van ondernemers optimaliseren en een discussie over de toegevoegde waarde van design losmaken. Dat is nodig: ik vermoed dat zo'n vijfzesde van het Nederlandse bedrijfsleven nog steeds niet weet wat de strategische meerwaarde van design kan zijn. Laat staan dat ze die zullen toepassen als marketing tool.”

Het designbewuste deel van het Nederlands bedrijfsleven liet zich van zijn beste kant zien tijdens de zeventiende editie van de Erkenningen. Alle inzenders werden ook dit jaar verdeeld over een zestal categorieën: consumentenproducten (inclusief mode, textiel en accessoires); retail (professionele verpakkingen en displays); professionele producten (machines, apparaten en logistieke producten); omgevingsinrichting en verkeer (public design); voeding (synthetische consumentenvoedingsproducten); projectinrichting (meubilair, stoffering, verlichting en tentoonstellingsinrichting). Ook maakt iedere genomineerde kans op de Special Award voor Excellence uitgereikt, zeg maar een Erkenning met een gouden randje. Dan moeten ze wel uitblinken op het gebied van concept, interface, respect of vormgeving.


De prijswinnaars

Vormgeving:
EndoTwinn. Ontwerp: Fontis Ontwerpers. Producent: n.v.t. Categorie: professionele producten

Twee Awards in de categorie Respect:
*Coca-Cola Tray. Ontwerp: Flex Development BV. Producent: Coca-Cola/Schöller Wavin Trepak. Categorie: retail
*Angle Grinder. Ontwerp: Brandes & Meurs Industrial Design. Producent: Skill Europe. Categorie: consumentenproducten

Materiaalgebruik:
Edel Nature LSR 52 (kunstgras voor voetbal). Ontwerp: Edel Grass. Producent: Edel International. Categorie: omgevingsinrichting

Twee Awards in de categorie Concept:
*Portalite. Ontwerp: Projecta BV. Producent: Projecta BV. Categorie: professionele producten
*Senseo Crema. Ontwerp: Waac's. Producent: Sara Lee/Philips. Categorie: consumentenproducten

Interface
Tonerverpakkingen Océ CPS 700. Ontwerp: Océ. Producent: Océ. Categorie: retail

Nieuw dit jaar was de Award Design for All. Een supererkenning voor (een) consumentenproduct(en) dat (die) door een zo groot mogelijke groep op een gebruiksvriendelijke, veilige en efficiënte manier kan (kunnen) worden gebruikt. Ook deze prijs ging naar het projectiescherm PortaLite van Projecta. Verder werd een handzaag bekroond van Bahco Tools plus het bedrijf Ecobliss dat onder meer een gebruiksvriendelijke blisterreeks heeft bedacht.

Voor informatie over de Erkenningen en over Designlink: [L;www.designlink.nl;http://www.designlink.nl;1]

PortaLite, Lichtgewicht schermen

Het is net alsof je uit vissen gaat. Tenminste, dat zou je haast denken als je iemand met het projectiescherm in of uit de auto ziet stappen. Het scherm zit verpakt in een aluminium koker die je zo achter in de kofferbak legt. Samen met je draagbare en lichtgewicht projector zoals die steeds meer op de markt verschijnen. Die hausse zagen ze ook bij Projecta. “20 procent van alle apparaten is nu al gemaakt voor presentaties op locatie. Maar een lichtgewicht portable exemplaar had je nog niet,” vertelt product marketing manager Otto Tromm. Projectieschermen wegen bijna allemaal nog gewoon 15 kilo en worden opgeborgen in een koffer. In Amerika bestaan minder zware jongens met een gewicht van 7 kilo, maar die zijn weer flink aan de prijs. Als antwoord ontwikkelde Projecta de PortaLite. Een scherm net zo 'mager' als zijn neefje uit de Verenigde Staten, maar waarvan de prijs (500 euro) 40 procent lager is. Verder heeft het doek onderin niet een groot zwart vlak op het projectiegedeelte. Hoeft niet. “Omdat je het scherm op tafel kunt plaatsen.”
Zodra je het scherm uit de koker hebt ontgrendeld, trek je het rustig met een hand omhoog. Dankzij het gasverenmechanisme blijft het vanzelf rechtop staan. Dat is heel andere koek dat het geklooi met andere schermen. Niet vreemd dus dat ook de consument de PortaLite intussen heeft ontdekt. Tromm: “Met de komst van dvd en dolby digital surround sound zetten mensen thuis, voor het verkrijgen van een bioscoop-effect, steeds vaker een projector met een scherm in hun woonkamer. Omdat ze die grote beeldbuizen en plasmaschermen nog een beetje te prijzig vinden.” Het scherm, te koop in drie afmetingen en met vier lichtgewicht pootjes, houdt die televisies vanwege zijn prima beeldkwaliteit waarschijnlijk nog wat langer buiten de deur. “Ze hoeven nu ook thuis minder met zo'n zwaar projectiescherm te slepen. Wij zijn graag iedereen ter wille.”

PortaLite van Projecta.
Award in de Categorie Concept en speciale Design for All Award


Libel, loungestoel voor kantoor

Trendy hoor. En het stoeltje Libel past ook precies binnen de Artifort collectie. Een merk met een hoog seventies-gehalte dat mede daarom een grote revival beleeft. Omdat hun zitjes zo goed passen in de lounge-trend die momenteel door Nederlandse huiskamers en kantoren giert. Maar een echt laag-bij-de-gronds hangfauteuiltje is Libel niet, vindt ontwerper René Holten die vaker voor Artifort meubilair ontwerpt. Onderuit zakken, dat lukt wel, in allerlei houdingen, hoeken en standen. Het jaren-zeventiggevoel heeft hij evenwel naar eigen zeggen een modern tikje gegeven door niet de hele stoel met “een plak” te bekleden, maar de zijkant te voorzien van een soort riem. Een band in dezelfde kleur waardoor de stoel dynamischer en meer anno 2001 wordt. “In ieder geval minder seventies-soft dan De Tulp.” Bijzonder is dat je Libel traploos kunt schakelen. Naar binnen en buiten tot een complete cirkel of slingervorm. “Je kunt ook een tafelblad en gestoffeerde armleuning tussen elke stoel plaatsen.” Zo'n kronkelkoppeling kan bij de meeste geschakelde kantoorzitjes niet. Jammer, vinden architecten. “Omdat je aldus een flexibele ruimtescheiding kunt maken.” Op de laatste Woonbeurs in de RAI bleek Libel eveneens onder consumenten een gigantische hit. Speciaal onder mensen die op kantoor onvoldoende kans zien eens lekker een kwartiertje op het stoeltje weg te loungen.

Libel van René Holten voor Artifort.
Geen award, wel een erkenning


Coca.Cola tray, de krat die smoelt

Weg met die kratten, lang leve de Coca-Cola Tray. Daarmee rijd je op een dolly steeds weer een vierlaags portie van 96 anderhalve literflessen een winkel binnen, en dat werkt beduidend efficiënter dan al dat gesleep met kratten. Want daarin vervoeren de meeste winkels hun frisdrank. “Vanuit de bottelarij belanden de flessen in een krat die gestapeld van de fabriek naar het distributiecentrum naar het magazijn van een supermarkt worden vervoerd. Op de winkelvloer haalt een vakkenvuller al die kratten weer leeg om de flessen Sprite, Cola en Fanta naast elkaar op het schap te plaatsen,” vertelt Jeroen Verbrugge van Flex Development. Bij Albert Heijn zagen ze ook dat dit een zeer arbeidsintensief en duur werkje was. Soms lieten ze de flessen op de winkelvloer maar gewoon in het krat staan, maar dat zag er wel erg Aldi-achtig uit en dat hoort niet bij de uitstraling van Appie Happie. De grootgrutter zocht dan ook naar een andere manier om een fast moving product als frisdrank kostenefficiënter op en van de winkelvloer te krijgen. Zoals dat bijvoorbeeld met de zuivelbevoorrading gaat. Rekken halfvolle melk en boerenyoghurt worden op een dolly in één keer naar binnen gereden. De Coca-Cola Tray werkt min of meer hetzelfde. “In het distributiecentrum gaan alle flessen vanuit het krat direct in de tray en die gaat zo van de truck naar de winkelvloer.” Het achterliggende idee van de tray ligt in de Zweedse glasindustrie, verklapt Verbrugge. Daar zetten ze vers 'geblazen' flessen in een soort grote eierdozen waar de onderkant en de flessenhals min of meer in wegzakken. “Maar dat systeem zag er met al die ribbels en pylonen niet uit en was slecht schoon te maken.” Flex hoefde dit idee met een slim industrieel verfje enkel op te frissen. Andere frisdrankproducenten hebben zich intussen bij het systeem aangesloten. “Albert Heijn heeft met deze nieuwe stapelverpakking een enorme kostenbesparing afgedwongen.”

Coca-Cola Tray van Flex Development voor Albert Heijn.
Special Award in de categorie Respect


Wortelkanaalvulling met Endo Twinn

Voortaan fluitend naar de tandarts. Althans waar het een wortelkanaalbehandeling betreft. Zo'n endodontologische ervaring was tot voor kort geen pretje. Vooral visueel niet. De tandarts belaagde je met een apparaat met een vervaarlijk ogende metalen haak. Die eerst ook nog eens in een gasvlam van een Bunsenbrander werd gestoken om de punt tot 800 graden te verwarmen. En daar lag je dan, starend in de vlam. 'Zo mijnheer, doet u uw mond maar eens open'. Eerder was je al bijna bezweken toen je tand schoon en zenuwvrij werd gemaakt. En nu dit nog. “De tandarts vult dat open wortelkanaal met een laagje natuurrubber dat hij vervolgens met die haak verwarmt en prepareert als bodem voor een kroon,” vertelt Frank Verhoeven van ontwerpbureau Fontis die in korte tijd een tandheelkundig expert is geworden. Zeker, weet hij, je had voor een wortelkanaalbehandeling wel patiëntvriendelijker martelwerktuigen, maar die vonden zelfs tandartsen te duur: 2500 gulden. Voor Megadent Endo Products, een verkooporganisatie van tandartsapparatuur, ontwikkelde Fontis een prettiger geprijsd alternatief van ongeveer 450 euro waar naast patiënten ook tandartsen mee weglopen. De EndoTwinn heet de leedverzachter die is gehuld in kalmerend grijsblauw. “In het wit ziet een medisch apparaat er dreigender uit.” De naam verwijst naar de twee manieren waarop je een wortelkanaalbehandeling kunt uitvoeren. Maar op die andere methode, nee, daar gaat Verhoeven maar liever niet op in. Hij wil de angst voor de tandarts niet nog groter maken.

EndoTwinn van Fontis voor Megadent Endo Products.
Special Award in de categorie Vormgeving


Tonervulsysteem van Océ

Gesloten fles en gesloten printer. Zo noemen ze bij Océ het nieuwe tonervulsysteem voor de CPS 700, de enige kleurencopier ter wereld die werkt met alle kleuren uit het kleurenspectrum. Andere kleurencopiers stapelen maximaal vier kleurlagen monoloog op elkaar en persen die op het papier. De CPS 700, een Nederlandse vinding, gebruikt alle kleuren eenlaags naast elkaar en drukt die rechtstreeks op papier. Zo ga je zuiniger met kleuren om en het geeft een meer constante druk. “Het resultaat lijkt en voelt als offset,” vertelt Rob Zweerman van Industrial Design Department bij Océ. Eerder zag hij de CPS 700 al bekroond met een Erkenning. De praktische toner kreeg dit jaar dezelfde kroon. Omdat je die zonder geklieder en gedoe stuifvrij kunt bijvullen. Stuifvrij ja. Want er zit een poeder in dat zich gedraagt als een vloeistof zodra er lucht bijkomt. Zweerman doet voor hoe je de toner vervangt: “Kijk, de dop van een vulfles plaats je op de juiste vulopening van de copier. Elke vulfles heeft een kleurcodering en een eigen dopvorm die hoort bij een van de zeven kleuren. Je kunt je dus niet vergissen.” Als de vulfles op het goede gaatje zit, open je met een beweging het schuifdeel van de fles en de schuif in het apparaat. Zodat de poeder in de toner kan stromen. “De fles is tijdens het vullen vergrendeld, en kun je pas weer uitnemen als fles en copier zijn gesloten.” De flessen zelf hebben een goede grip en kun je bovendien makkelijk stapelen, en dat scheelt ruimte in het magazijn. De herkenbare doos is voor alle kleuren en in alle talen gelijk. In de doos zit een kleine uitsparing, een kijkvenstertje waardoor je direct kunt zien welke fles erin zit. Dat maakt de doos geschikt voor hergebruik, en zo krijgt zelfs het milieu een vrolijk stuifvrij kleurtje.

Tonervulsysteem voor de CPS 700 van Océ.
Special Award in de categorie Interface


Loom, geboren uit de spaarlamp

Loom, heet hij. Lui, lekker rustig. En hij is geboren tijdens een project naar energiezuinig woonhuisverlichting. Nee, noem in dat verband niet het woord spaarlamp, vertelt ontwerper Jacob de Baan. Dat heeft in ons land een bar slecht imago, waarbij al snel woorden als 'geitenwollen sokken' en 'jampotjesglazen' vallen. 60 procent van alle consumenten zegt dan ook absoluut nooit een spaarlamp te zullen kopen. De rest gebruikt die gemiddeld op 1,5 tot 2 van de 36 lichtpunten in een huis. Op plekken waar ze niet storend in de weg hangen. Het toilet en de gang. “Je koopt een spaarlamp omdat je zuinig met licht wilt doen. Niet omdat je sfeervol licht wilt. En dat is ook met een spaarlamp nodig, maar dat weten mensen niet. Warm halogeenlicht met het volume van fluorescentie.” In opdracht verzon hij vier nieuwe spaarlampvormen. Een ervan was de Loom. Een mengelmoesje van een peertje en een spotje lijkt het wel, waarin de overbekende E27 schroefdraadfitting van iedere lamp wonderwel onzichtbaar is opgelost. “Het is een nieuw archetype lamp.” O ja, alle initiatiefnemers van het project (Philips, Osram, Novem en Sylvania Lumiance) vonden hem prachtig, maar kozen toch voor een ander ontwerp. Om wat voor reden dan ook. Nou ja, dan niet, dacht De Baan. Dan maak ik er toch zelf in eigen beheer een mooie gewone lamp van. Met een doorsnede van 35 centimeter. Prijs: 895 gulden. En nog steeds vindt iedereen hem prachtig. “Ik heb er honderd van in eigen beheer laten maken en ik ben uitverkocht.” Binnenkort gaat Loom in productie. Opdat meer mensen van het nieuwe relaxte luierlicht kunnen genieten. Hoe zou die overigens branden als er een spaarlamp in zou zitten?

Loom van Jacob de Baan.
Geen deelname aan Erkenningen


Hip fietsen met Prima Power Bike

Is het een jongensfiets? Een speelgoedscooter voor kleuters misschien? Nee. Het is een elektrische fiets, en een behoorlijk swingend tweewielertje ook. Nu kon die suffe elektrische fiets vanwege zijn hoge truttigheidgehalte ook wel een flinke oppepper gebruiken. “Bij een elektrische fiets dreigt het DAF-effect,” vertelt Wim van Dijk van het wereldvermaarde fietsenontwerpbureau Van der Veer Design. “Hij doet denken aan oma en opa op de SpartaMed op de Drentse hei.” Van der Veer Design kreeg van de Italiaanse fabrikant Prima het verzoek van de fiets een hip trappertje voor jongeren te maken. En voilà, daar staat hij: de Prima Power Bike. Er bestaan twee versies van met Japans klinkende namen: de rode Joe-Go en de iets grijziger Joe-Fly. Vanaf-prijs: 3500 gulden. Joe-Go is verreweg de stoerste. “We hebben er scooterelementen in verwerkt,” zegt Van Dijk, wijzend op de dikke banden en het robuuste veersysteem onder het zadel. “Het is geen fiets die bestaat uit een dun buisjesframe, maar een bike met een body.” De fiets heeft een actieradius van 40 kilometer. Het stuur is verstelbaar, voor een relaxte en snelle zit. De electric power assist helpt je moeiteloos door een straffe tegenwind of over een geniepig heuveltje. “De Prima Power Bike is bestemd voor de Californische markt. Daar staan kleine elektrische voertuigen onder kids erg in de belangstelling.” Niet getreurd. Joe-Go en Joe-Fly zijn binnenkort vast ook bij ons op straat te bewonderen. Van een DAF-effect zal dan zeker geen sprake meer zijn. Eerder van snelheidsovertredingen op woonerven.

Prima Power Bike van Van der Veer Design voor Prima.
Niet deelgenomen aan de Erkenningen


Senseo Crema van Philips/DE

Wat een hit. Dit enorme succes had niemand voorzien. Zeker: dat de consument is uitgelebberd op filterkoffie, dat was bekend. Net zoals dat een espressomachine voor velen een brug te ver is. Omdat je met zo'n peperduur apparaat echt moet leren omgaan. Dus wat doe je dan als Douwe Egberts. Dan verzin je in samenwerking met Philips een mix van beide. “Een nieuwe manier van koffiezetten, waarmee je meer wilt dan alleen een niche vullen, maar flinke volumes hoopt te scoren,” vertelt Joost Alferink van ontwerpbureau WAAC's. Dat kwam met een apparaat “met een platte beverstaart” waarin de look van een espressomachine is gecombineerd met het gemak van het zetten van filterkoffie: de Senseo Crema. De zetter werkt met druk en pads. Fijngemalen robuuste koffie in een filterpapierdun condoom. Dat geeft geen kopje met een espressoshot, maar met iets meer body dan een gewoon bakkie troost. En vergeet ook dat leuke schuimkraagje niet. Het apparaat (149 gulden) en de bijbehorende pads (26 cent per serving) zijn sinds de introductie niet aan te slepen. “Van de Senseo Crema zijn binnen een half jaar meer dan honderdduizend stuks verkocht. Dat was nota bene bijna de uiteindelijke marktdoelstelling.” Albert Heijn heeft de nood al uitgebuit door zelf pads op het schap aan te bieden. Nu die Italianen nog aan de smaak van het nieuwe koffiezetten helpen.

Senseo Crema van WAAC's voor Philips en Douwe Egberts.
Special Award in de categorie Concept


DAF LF45, de rijdende huiskamer

“Je kunt hem al van verre herkennen. DAF is sinds kort als geen ander herkenbaar aanwezig op de weg.” Bertramd Janssen, director of design bij Daf Trucks raakt niet over de nieuwe lichte LF45-serie uitgesproken. Het is vooral de voorkant die de auto smoel geeft. De stalen voorbumper, heldere koplampen en vooral de ondergrille in de onderbouw geven het merk een eigen gezicht. “Een grille op die plek is esthetisch onderscheidend en ook nog eens functioneel. Het zorgt voor directe koeling van de motor.” DAF heeft dezelfde look doorgetrokken naar de midden en zwaardere modellen. “We leven in een tijd dat iedere vrachtwagen technisch zo'n beetje hetzelfde kan. Wij willen ons door emotie onderscheiden. Een beleving die anderen laten liggen.” De styling van binnen- en buitenkant dient die beleving los te maken. “Een chauffeur zit tegenwoordig soms drie weken achtereen op zijn truck. Hij moet in zijn cabine kunnen werken, slapen, ontspannen en rijden. Het interieur, dat moet een huiskamer voor hem zijn. Volgens sommigen doet het eerder denken aan een personenauto dan aan een vrachtwagen.” Materiaal- en kleurgebruik hebben vooral ook een functionele achtergrond. Zwarte kleuren duiden op actieve zones; ze worden veel gebruikt en die donkere tint maakt de auto minder besmettelijk. Passieve zones zijn groenblauw. Rustig voor de ogen en voor je geest. Of emotie werkt? “Ik heb van de chauffeurs begrepen dat de auto qua rijcomfort en geluidsniveau subliem is. Voor een chauffeur is het elke keer weer alsof hij in zijn cabine thuiskomt. Bij de familie DAF ja.”

DAF LF45 van Daf Trucks.
Erkenning


Wekelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Designmanagement in Europa

Design is meer dan mooie spullen maken. Design schreeuwt om beleid. De European Design Management Award moet voor meer knowhow en volgelingen zorgen. Over de zinnenprikkelende kracht van weldoorvoed designmanagement.

Awareness creëren. Dat is de bedoeling van de eerste European Design Management Award. Want designmanagement blijkt voor veel bedrijven nog altijd Volapük. En dat is raar. Overal in Europa wordt kwistig met ontwerpprijzen gestrooid, en hebben ondernemers hun mond vol van design en de strategische meerwaarde ervan. Maar zodra het woord designmanagement valt, oeps, dan vallen ze dicht. Managen, design, hoezo dat dan? “Design is voor de meeste bedrijven gewoon een kwestie van just do it. We zien wel waar het schip strandt,” vertelt Sally Brazier van het Britse Business Link Essex uit Chelmsford, een van de instanties achter de Award.
Die laissez faire-houding is erg merkwaardig, even opportunistisch als naïef ook. Immers: hoe kun je beweren dat je met design je concurrentiepositie hebt verbeterd als je niet weet hoe je dat in je bedrijfsproces moet integreren? En ondanks al die prachtige prijzen, hoe serieus ben je als onderneming eigenlijk met design bezig? “Designmanagement is nog vrij vers, vooral in Europa.” In welk Europees land zij ook komt, Brazier ontmoet overal dezelfde vragen met betrekking tot design. Hoe ontwikkel ik een product dat niet uit de pas loopt met mijn productrange? Waar en hoe vind ik de geschikte designer? “Ik hoor ook dezelfde verhalen van ontwerpers. Of ze nou uit Bologna, Hamburg of Lissabon komen, ze struikelen allen over de vooroordelen die ondernemers over design hebben. Velen zien dat nog altijd als luxe douceurtje. Als aardigheidje voor erbij.”

Onzin natuurlijk, zegt Xénia Villadàs, designmanagement consultant uit Barcelona, en eveneens betrokken bij de prijs. “Ondernemers weten dat design staat voor kwaliteit, en kwaliteit kost geld. Maar welke prijs moeten ze betalen als ze design links laten liggen? En wat zijn de kosten van design als ze daarmee niet efficiënt omspringen? Investeren in designmanagement loont. Daarvoor bestaat voldoende bewijs. Echt waar, je hebt die kosten binnen een jaar terugverdiend.”
De Europese Commissie heeft designmanagement inmiddels opgenomen in het Kaderprogramma Innovatie. “Het kostte ook jaren voordat bedrijven met het begrip marketing vertrouwd raakten,” vertelt Brazier. “Nu is dat niet meer weg te denken als onderdeel van het totale bedrijfsproces. En zo zal dat ook met designmanagement gaan. Ik denk dat het Europese bedrijfsleven er een stuk mooier op zal worden.”

Geprikkeld
Zeven landen doen mee aan de eerste European Design Management Award die tweejaarlijks wordt uitgereikt: Groot-Brittannië, Duitsland, Frankrijk, Nederland, Spanje, Portugal en Italië. Ieder land nomineert drie tot vijf bedrijven voor de prijs die wordt verdeeld over twee categorieën. Bedrijven tot 250 medewerkers en bedrijven met 250 tot 10.000 man personeel.
Bij de beoordeling let de jury op een aantal criteria opgebouwd rond kernbegrippen als strategie, designproces en resultaten. Zet het bedrijf design consistent in of berust het op een aaneenschakeling van losse flodders. Wordt het designmanagement gedragen door de hele onderneming of leeft het dankzij de inspanningen van enkele individuen. Reflecteert de designbemoeienis zich in een overall huisstijl die je behalve in het product of de dienst ook in de architectuur en het drukwerk kunt terugvinden. “Hoe springt het bedrijf met het designbudget om en hoe groot is het nieuw veroverde marktaandeel,” vult Brazier aan. “Is er een selectieronde van designers en krijgt de betrokken ontwerper een voorgebakken opdracht of gaat er in samenspraak een goed doordacht proces aan vooraf.”

Joao Mena de Matos van het European Design Center uit Eindhoven, de coördinator van de prijs: “We zetten alle 35 genomineerde bedrijven als best practices op een website. Als bron van inspiratie voor andere. Opdat die zien wat de return on investment en de totale meerwaarde van designmanagement voor het hele bedrijfsproces is.” Praktische voorbeelden, rekenmodellen en laagdrempeligheid, daar gaat het om. Met eraan gekoppeld een lijst met Frequently Asked Questions. Want in zijn ogen is er slechts één manier om bedrijven uit alle hoeken van Europa van het nut van designmanagement te overtuigen. “Je moet ze laten zien hoe de concurrentie met designmanagement omspringt. Als die je op basis daarvan links en rechts passeert, dan pas is iemand bereid daarin ook te investeren.”
Geprikkelde ondernemers kunnen via de website contact opnemen met een van de 55 Europese designcenters in de buurt. “Een op de tien bedrijven die de site bezoekt, gaat een afspraak maken, daar ben ik van overtuigd. En van hen gaat zeker tweederde designmanagement in zijn bedrijfsstrategie implementeren,” spint Mena de Matos opgewonden.
Ondernemers moeten de meerwaarde van design zelf leren ervaren, meent hij. “Design is emotie. Ik heb laatst die stofzuiger van Dyson gekocht en geniet gewoon van dat bijzondere apparaat. Het raakt al mijn zintuigen. Design brengt een product letterlijk dichter bij de mens. Als een directeur of ceo dat niet aanvoelt, ja, dan wordt het erg lastig om hem van het nut van designmanagement te overtuigen.”

Bij het ter perse gaan van dit nummer was nog niet bekend wie de genomineerden waren.

Meer info over de European Design Management Award op [L;www.dmaward.org;http://www.dmaward.org;1]