‘Je hoort het overal om je heen. Iedereen moet innoveren! En tja, daar zit wel een punt in, maar zeker niet continu. Innovatie is pas succesvol als je het op de goede manier en op het goede moment doet.’ En daar gaat het vaak fout, aldus Van Wulfen. Hij werkte onder andere als consultant bij adviesbureau Ernst & Young en zag tijdens zijn werk dat veel innovatieprocessen sneuvelen voordat ze het daglicht zien. De afgelopen vijftien jaar reisde hij rond en gaf lezingen om mensen bewust te maken van een goed innovatieproces en vooral hoe je een goede start maakt.
Managementboek van het jaar
Omdat hij het idee dat innovatie noodzakelijk is wel steunt, heeft Van Wulfen een soort handboek voor innovatie geschreven: ‘Het innovatiedoolhof’. Dat werd onlangs uitgeroepen tot Managementboek van het Jaar. Bedoeld voor iedereen die ‘wil of moet innoveren’. Omdat iedereen in deze snel veranderde wereld moet innoveren, geldt dat dus bijna voor iedereen in het bedrijfsleven. Managers hebben hierin een leidende rol, waarbij zij verantwoordelijk zijn voor het tijdig oppikken van trends en om de organisatie hierin mee te krijgen.
Angst als drempel
‘Want’, zo stelt Van Wulfen’, de meeste mensen innoveren niet vanwege angst. Angst dat het project mislukt, de klant er niet op zit te wachten of dat het niet winstgevend wordt. Mensen houden van ‘meer van hetzelfde’ en innovatie is immers verandering. De meesten innoveren daarom pas als niks doen een groter risico vormt. Maar dan ben je vaak al te laat.’
4 startpunten
Volgens het boek duurt een innovatieproces gemiddeld vijf jaar, vanaf het beginpunt totdat het winstgevend is. In het boek staat een model met vier startpunten:
- De Idee-route: je hebt een idee, wat nu?
- De Technologie-route: je hebt een nieuwe technologie, wat nu?
- De Klantknelpunt-route: je hebt een klantprobleem ontdekt, wat nu?
- De Noodzaak-route: je moet innoveren, wat nu?
Het zijn verschillende vertrekpunten om met innovatie te beginnen. ‘Veel mensen starten een innovatieproces verkeerd’, vertelt Van Wulfen. ‘Ze hebben een idee en gaan het gewoon uitvoeren, maar dat werkt niet. Daarom sneuvelt uiteindelijk twee van de drie innovatie-ideeën.’
Veel mensen starten vanuit de ‘idee-route’: ze hebben een ingeving voor innovatie. Maar ook niet zeldzaam ontstaat er nieuwe technologie waarmee geïnnoveerd kan worden binnen een bedrijf. Denk aan 3D-printing of zelfrijdende auto’s. De klantpunt-knelroute start vanuit het perspectief van je klant en de laatste route is noodzaak. Dat houdt in dat je geen andere keuze meer hebt, omdat niks doen geen optie meer is als je wil blijven bestaan.
Innovatieproces
Als je eenmaal gekozen hebt vanuit welk startpunt je gaat innoveren, staat er per route een afbeelding in het boek dat je gaat volgen om je idee succesvol te maken. ‘Je gaat onder meer bekijken of je idee goed is, of er de ruimte voor is en of het goed bij je klanten en bij je organisatie past. Maar ook de timing komt aan bod: is die juist? Dat is heel cruciaal. Je gaat randvoorwaarden scheppen en bekijken welke goede alternatieven voor jouw idee er al zijn. Je gaat financiering controleren, heb je sponsors nodig? Vervolgens maak je een businessmodel en kijk je welke technologie het beste past bij je idee. Soms heb je weinig technologie nodig of zelfs helemaal geen. Soms bestaat er al technologie die past bij je idee, zodat je daarin niet hoeft te investeren. Als laatst ga je het testen: doe alsof je het product of de dienst al aanbiedt en verzamel feedback van je klanten.’
Juiste moment
Het is lastig om erachter te komen wat het juiste moment is om te innoveren, want wanneer ben je te vroeg of juist te laat? ‘Als je te laat bent dan merk je dan wel. Dan komt je bedrijf namelijk in crisis terecht, omdat je achterloopt op je concurrentie. Dat is absoluut niet het juiste moment om te gaan innoveren, dat moet je doen als het bedrijf (weer) stabiel is. Wanneer dan wel het juiste moment is, verschilt per bedrijf. Managers moeten goed op de hoogte zijn van wat er speelt in hun branche en welke nieuwe technologieën er op de markt komen. Ze moeten zien wat interessant is voor het bedrijf en het lef hebben om dit dan op te pakken. Houd het timeframe van ongeveer vijf jaar in je achterhoofd en dan weet je wanneer actie moet ondernemen.’
Wil je Het innovatiedoolhof graag lezen? Je kunt het hier bestellen.