Ton Westendorp, directievoorzitter van Nedap, is winnaar van de door Management Team georganiseerde Level 5-verkiezing. Gewapend met bloemen, schaal met inscriptie en fotograaf kwamen we hem feliciteren. Dat bleek een stuk lastiger dan verwacht.
Nou, daar beginnen de problemen al,” zegt Ton Westendorp als hij de fotograaf ziet binnenkomen. “Daar werk ik dus niet aan mee.”
We zijn in Barendrecht, in de directiekamer van Nsecure, dochteronderneming van Nedap. Directievoorzitter Westendorp van Nedap vergadert vandaag met de directie van Nsecure over de jaarcijfers. Met bloemen en fotograaf komen we binnenvallen om hem feliciteren met het winnen van de Level 5-verkiezing. De door Management Team geraadpleegde jury heeft Westendorp aangewezen als de topman die het best beantwoordt aan de omschrijving Level 5, zoals geformuleerd door de Amerikaanse onderzoeker Jim Collins. Dat wil zeggen: een topman die, in de woorden van Collins, een paradoxale mix van persoonlijke bescheidenheid en professionele gedrevenheid laat zien.
Met andere woorden, een ceo die lang aanblijft, hard werkt en de belangen van het bedrijf op de eerste plaats zet. Geen celebrity-ceo, geen graaier, geen zonnekoning.
Maar de bescheidenheid zit bij Westendorp zo diep dat een foto waarop hij de schaal met inscriptie in ontvangst neemt, niet tot de mogelijkheden blijkt te behoren. “Dat soort dingen ben ik altijd uit de weg gegaan,” zegt hij. “Als ik op die manier op de foto ga lijkt het alsof het om mij gaat. Alsof ik mezelf voorop wil stellen. Maar het draait niet om mij, het draait om het bedrijf.”
Na onderhandelen mogen we een foto maken waarop Westendorp in vergadering met zijn mededirectieleden is te zien. Met de plechtige belofte dat zijn collega’s er ook op komen. “Het gaat om het gemeenschappelijke.”
Essentie van Level 5
Karakteristieker kan haast niet. Met het weigeren van de foto raakt Westendorp de essentie van Level 5. Voor zijn boek ‘Good to great’ (verschenen in 2001) onderzocht Collins een aantal Amerikaanse bedrijven die jarenlang opmerkelijk succesvol waren gebleken. Het karakter van de topman bleek een sterke rol te spelen. Bedrijven die ‘great’ waren geworden, hadden een ceo die zichzelf wegcijferde in het belang van zijn organisatie. Het waren topmannen die jarenlang aan hun visie vasthielden en de belangen van het bedrijf v–r hun persoonlijke faam en rijkdom zetten. Het grote publiek kende ze vaak niet eens. (Zie het artikel over Level 5 op pagina 27.)
Veel van wat Collins schreef herkennen we bij Westendorp. De 63-jarige staat al bijna 23 jaar aan het roer bij Nedap, de apparatenfabriek uit Groenlo die sinds 1949 aan de beurs is genoteerd (onder meer producent van antidiefstalsystemen voor winkels, zelfbedieningssystemen, veemanagementsystemen en stemcomputers). Tijdens de jaren van Westendorp rendeerde het bedrijf op de beurs bijna 2000 procent beter dan de AEX, dat wil zeggen dat een belegging in Nedap per jaar ruim 7 procent meer opbracht dan het gemiddelde van de AEX-bedrijven. Ook in 2006 kon de onderneming weer een omzetstijging van 14 procent en winststijging van 34 procent boeken, zo blijkt uit het nieuwe jaarverslag dat we overhandigd krijgen, vers van de pers.
En in die 23 jaar als topman wist Westendorp goeddeels uit beeld te blijven. In de spaarzame interviews die hij gaf, maakte hij zich sterk voor het ondernemerschap in zijn bedrijf. In plaats van werknemers heeft Nedap medewerkers, zo stelde hij in een interview in Effect, het blad van de VEB, in 2005. “Werknemers zijn geldnemers, medewerkers zijn werkgevers, zetten hun talent en werkkracht in voor de zaak.” De directie is sterk betrokken bij wat op de werkvloer gebeurt, werkt in teamverband samen met de marktgroepleiders bij projecten. “We bezoeken samen beurzen, discussiëren samen over projecten, over alle aspecten daarvan en nemen dan samen een besluit. We staan nog steeds met beide voeten in het veld, dat is zeer essentieel en dat willen we graag ook zo houden. In plaats van de ‘span of control’ denk ik meer in termen van ‘span of support’.”
Span of support, een mooie Level 5-term.
Ambities om door te groeien tot Nedap in de Fortune-500 zou komen, zijn niet aan Westendorp besteed. “Er is veel grootheidswaan in het bedrijfsleven, maar een ondernemer maalt niet om de Fortune-500. Die wil nieuwe mogelijkheden creëren, medewerkers een uitdagende toekomst bieden, klanten, leveranciers, aandeelhouders en banken tevreden stemmen. Als dat lukt, geeft dat ontzettend veel voldoening, veel meer dan dat je een bedrijf van weet ik hoeveel miljard bent geworden. Wat zegt dat nou echt?”
Broodje
Zonder een foto te maken overhandigen we toch maar de schaal en de bloemen. Westendorp wordt gefeliciteerd door zijn collega-directieleden. Vervolgens wordt de directietafel ontruimd en krijgen we een broodje aangeboden. De schaal wordt meteen ingeschakeld om de servetjes op te leggen.
Foto of niet, Westendorp is erg ingenomen met de verkiezing tot Level 5-topman. Het idee achter de verkiezing strookt met zijn opvattingen. “Je leest berichten over topmannen die allerlei bonussen opstrijken,” zegt hij. “Het nare is dat je mensen krijgt die ze gaan nadoen. Terwijl de meeste topmensen, waar je weinig van hoort, gewoon keihard werken.” Zelfverrijking past niet in het straatje van Ton Westendorp. “Een privéhelikopter, appartementen, wat moet ik ermee?”
Dat Nedap het op de beurs goed heeft gedaan is mooi, maar voor Westendorp eigenlijk maar bijzaak. “Waar het om gaat is dat je goede dingen kunt bieden aan je klanten. Als je kunt leveren waar de klant behoefte aan heeft, kun je altijd overleven. De winst is daarvan een afgeleide. Winst is geen doel op zich.”
De kracht van Nedap ligt in het ondernemerschap van de medewerkers, benadrukt hij nog maar eens. Zo is het mogelijk gebleken als technisch productiebedrijf om de onverslaanbaar geachte concurrenten uit Azië een stapje voor te blijven. “Nederlanders zijn een bijzonder soort mensen,” zegt Westendorp. “We willen graag regels hebben, zolang we ons er zelf maar niet aan hoeven te houden. Nederlanders zullen altijd naar een manier zoeken om de dingen op hun eigen manier te kunnen doen. Dat is een sterke eigenschap, het betekent dat de mensen initiatief tonen. In de meeste landen heb je dat niet. Niet in Duitsland, niet in China. Die kracht van ons moeten we gebruiken.”
De bos bloemen wordt meteen weggegeven aan de controller Gerard Ezendam. “Hij is een van de mensen die het succes van Nedap mede mogelijk heeft gemaakt,” zegt Westendorp.
Level 5-verkiezing
Voor de verkiezing hebben we een online jury gevraagd om zich te buigen over de kandidatenlijst van zes topmannen die aan het profiel van Level 5, volgens Jim Collins in ‘Good to great’, lijken te voldoen. Dat wil zeggen: ze geven langdurig leiding aan hun bedrijf (minimaal acht jaar), halen uitstekende resultaten, gedragen zich niet als zakkenvullers en onthouden zich van de neiging tot zelfprofilering in de media. De zes kandidaten waren Jan Aalberts (Aalberts), Chris Ouwinga (Unit 4 Agresso), Abel Slippens (Sligro), René Takens (Accell Group), Martijn van der Vorm (HAL) en Ton Westendorp. (Zie het artikel op pagina 24.)
Voor het bepalen van Level 5-eigenschappen bestaan weinig harde criteria. De juryleden, allen zeer ervaren op het gebied van management en organisatie, hebben zich naast zittingsduur en financiële gegevens gebaseerd op hun persoonlijke indruk. De juryleden waren:
Theo Camps (voorzitter Berenschot Groep en bijzonder hoogleraar bestuurskunde Tias Business School)
Kees Cools (executive adviser Boston Consulting Group en hoogleraar corporate finance Rijksuniversiteit Groningen)
Jos van Hezewijk (directeur Elite Group)
Piet Klaver (voormalig bestuursvoorzitter SHV, nu commissaris bij onder andere SHV en ING Groep)
Jaap van Muijen (hoogleraar leiderschapsontwikkeling Nyenrode en directielid LTP)
André de Waal (director Centre for Organizational Performance, Maastricht School of Management)