Omdat niet elke dag een ceo zichzelf op schandalige wijze verrijkt, een AEX-fonds in de verkoop wordt gegooid of de ontslagvergoeding op de helling gaat, heb ik als journalist een warme belangstelling ontwikkeld voor het triviale onderzoek.
’Vrolijke gezichten bij afwezigheid manager’, was er onlangs weer zo eentje. Als een manager afwezig is, voelen zijn mensen zich prettiger. De verklaring die ze daarvoor geven, is een voor de hand liggende: ze worden niet gecontroleerd, ze worden niet gestimuleerd extra hun best te doen, ze kunnen er (eindelijk!) hun gemak van nemen. En dus lopen ze de hele dag gelukzalig te glimlachen op hun werk.
Als micromanager bij dit blad leg ik dit soort onderzoeken natuurlijk maar al te graag in mijn voordeel uit. Die business trips naar Barcelona, Turkije en Trinidad & Tobago deze maand, die drie weken vakantie in oktober, ik doe het echt allemaal voor ‘mijn’ jongens en meiden. Ik zie het als mijn heilige taak om hen optimaal te faciliteren. Ze te geven wat ze nodig hebben.
Maar alle gekheid op een stokje: werknemers die oprecht blij zijn omdat hun manager een tijdje uit zicht is, leiden een tragisch leven. Blijkbaar gaan ze acht (of misschien wel acht-en-een-kwart) uur per dag naar een plek waar ze zich bespied wanen, of opgejaagd, of zelfs allebei.
En toch gaan ze elke dag. En elke week. En elke maand. Wat een losers! Zoek dan een andere manager (dus baan)! Maar nee, ze stellen zich tevreden met de 25 werkdagen per jaar dat de Obersturmbahnführer elders vertoeft. Treurig…
In die andere rol, van ondergeschikte, herken ik trouwens veel in de uitkomst van dat onderzoek. Als ik een manager heb die mij stimuleert, die het beste uit mij weet te halen, die mij zo ver krijgt dat ik telkens net een stapje meer wil zetten, dan vind ik het zelfs een beetje vervelend dat de vrouw (sic!) in kwestie langer dan een week vakantie heeft. Als ik een manager heb die slechts controleert, ligt dat anders. Dan beperk ik het contact tot het hoogst noodzakelijke (doorgaans staat dat in agenda’s als ‘vergadering’) en begin ik langzaam om me heen te kijken naar de volgende klus waarin ik kan bloeien en groeien.
Vind ik een stuk beter voor de economie én mijn gezondheid dan te blijven en blij te zijn met die momenten dat baasje vakantie viert. Groeten vanuit Port of Spain, by the way!