Henri Maré (43), general manager van Alfabet, heeft veel te maken met culturele verschillen. Soms moet hij op één dag tussen wel vijf verschillende culturen schakelen. Leonel Brug (65), senior trainer consultant van het KIT heeft goede raad.
Maré: "Ik werk voor een Duits bedrijf in Scandinavië, Engeland, Zuid-Afrika, Duitsland en natuurlijk Nederland. Hoe ga ik zo goed mogelijk met al die verschillen om?"
Brug: "Wat merk je aan verschillen?"
Maré: "Als ‘allochtoon' stuit ik op conflicterende verwachtingen en manieren van aanpak. Ik zie vooral grote verschillen als het gaat om hiërarchische verhoudingen. In Engeland kun je behoorlijk directief aansturen, maar in Nederland kun je niet zeggen: ‘Doe dit. Punt uit!' Hier moet je beïnvloeden en onderhandelen, dat kost veel tijd en energie. Een ander belangrijk onderdeel van mijn baan is om nieuwe business te genereren. Ook daar zie je duidelijk verschillen. In Engeland denken ze heel pragmatisch. Als het bedrijf goed is, het product is goed en ik ben goed, dan doen we zaken. Heel simpel. In Nederland is er een meer emotioneel proces."
Brug: "Je vertelt verschillende dingen die ik herken. In de loop van een carrière van iemand die internationaal werkt, kom je jezelf tegen. En hiërarchie is in die zin een belangrijk punt. ‘I'm in charge, so follow me' is een heel Anglo-Saksische wijze van aansturen. In Duitsland is het: ‘Als ik de kennis niet had, dan zou ik de titel niet dragen'. En in Nederland zijn we allemaal gelijk en als het even kan, dan willen we eventuele verschillen niet al te duidelijk te laten merken. En iedereen praat mee. Je komt een vergadering binnenlopen en je ziet niet wie de baas is. In Duitsland zul je altijd zien wie de baas is aan de plaatsing aan tafel en wie er aan het woord is."
Maré: "Er zijn dagen bij dat ik mensen uit wel vijf verschillende culturen spreek. Tot nu toe probeer ik gewoon begrip te hebben voor al onze verschillen, maar pak ik het zo goed aan?"
Brug: "Het hangt van de context af waarin je samenwerkt, maar neem altijd jezelf als uitgangspunt. Er zijn veel verschillende manieren om zaken te doen en te managen. Eén van die manieren is de jouwe en die moet je vinden."
Maré: "Waarom kom ik in Engeland zoveel eenvoudiger aan tafel bij potentiële klanten?"
Brug: "Daar spelen twee dingen die van belang kunnen zijn voor jou om te weten. Bij de Anglo-Saksen moet je zeer to the point zijn. Vertel wat je product inhoudt, wat het doet. Bij Nederlanders en Duitsers kun jij wel zeggen dat het goed is, maar is dat wel zo? Hoe werkt het? Wat zijn de plussen én de minnen? Vooral die laatste moet je echt zelf vertellen, anders gaan ze die voor je invullen. Daarnaast reageren ze sterk op visualisaties met schema's. Het is een echte procesbenadering. In zuidelijk Europa gaat het daarentegen om de vraag of ze je mogen en vertrouwen."
Maré: "Mijn moederland, Zuid-Afrika, is een echte ‘emerging market'. Mensen zijn allemaal hongerig om te presteren. Geld is daar dus ook de primaire motivator. In Nederland gaat het ook om balans en ontwikkeling."
Brug: "Dat laatste zie je nog sterker in de Scandinavische landen. Daar werken ze in de zomer bijna niet. Straks wel, want dan wordt het weer donker. En in het donker werken ze hard."
Maré: "In Nederland wordt kritiek altijd rechtstreeks gegeven. Maar je mag altijd vragen waarom iets wel of niet kan. En je krijgt dan ook uitleg. Terwijl ze in andere landen om de hete brij heen blijven draaien."
Brug: "Nederlanders voelen een heel sterke scheiding tussen zakelijke en persoonlijke verhoudingen. Ik kan dus heel goed ruzie met je maken en daarna een borrel met je drinken. Buitenlanders zullen denken dat dit volstrekt fake is, maar dat is het niet. Wij leren heel snel wat ‘opbouwende kritiek' is en dus doen we met gemak iets wat Fransen en Duitsers een gruwel is… Iemand publiekelijk terechtwijzen. Dat heeft Nederlanders in den vreemde wel een slechte naam bezorgd hoor. Men vindt ons lomp."
Maré: "Ach, je weet tenminste altijd waar je aan toe bent met Nederlanders, dat lukt je met een Engelsman niet."
Brug: "Als je je persoonlijke kwaliteiten leert kennen, dan ga je ook je engelen en duivels zien. En vooral met die laatste categorie moet je om leren gaan. Het universele, wat ons allemaal verbindt, ligt in de potentie die eenieder van ons heeft om zich al dan niet aan te passen. En vooroordelen zeggen altijd iets over jezelf, niet over de ander."