Het is het derde en laatste onderzoek van het College over de loonkloof. Daaruit komt opnieuw naar voren dat het verschil tussen de beloning van mannen en vrouwen wel degelijk aanwezig is. Het onderzoek werd gehouden onder vier Nederlandse verzekeringskantoren met in totaal 18.940 werknemers, waarvan de helft vrouw. Een vergelijking van het salaris leert dat mannen gemiddeld 3.999 euro per maand verdienen en vrouwen 3.465 euro. Dat scheelt ruim 13 procent.
Functieniveau
Echter werd in die vergelijking nog geen rekening gehouden met de functieverschillen tussen man en vrouw, alleen het gemiddelde salaris werd vergeleken. Wanneer er wel rekening wordt gehouden met verschil in functieniveau, verkleint de loonkloof aanzienlijk. Er komt dan een verschil van 0,2 procent tot 3 procent uit. Het geeft tegelijkertijd wel aan dat er minder vrouwen in hoge functies werken.
Voor het onderzoek zijn daarnaast 76 mannen en vrouwen in paren bij elkaar gezet en geanalyseerd. Opvallend resultaat was dat vrouwen ook regelmatig de voordelen van loonverschillen ervaren (25%), al was het net iets minder dan de voordelen voor de mannen (30%). Hoe hoger de functie van de paren was, hoe groter de loonkloof. Hoe lager het functieniveau, hoe minder verschil in salaris.
Loonkloof verzekeringsbranche
Het College voor de Rechten van de Mens deed al eerder onderzoek naar de loonkloof in andere branches. In 2011 werden algemene ziekenhuizen onderzocht en in 2016 hogescholen. Het onderzoek in de verzekeringsbranche is de laatste van de reeks. Voorzitter van het College, Adriana van Dooijeweert: ‘Je kunt de branches niet goed met elkaar vergelijken, omdat er onderling grote verschillen bestaan in de omgeving. Zo worden nieuwe medewerkers in de verzekeringsbranche bijvoorbeeld minder beoordeeld op hun vorige salaris, dit was bij hogescholen juist een belangrijkere factor.’
In het onderzoeksrapport vermeldt het College een reeks van valkuilen die voor de verzekeringsbranche cruciaal zijn als het gaat om verschillende salarissen. Zo valt het op dat er mondeling afspraken worden gemaakt die niet terugkomen in het personeelsdossier, wordt het aanvangssalaris vaak te laag ingeschat en worden bevorderingspercentages onjuist toegepast.
Adriana van Dooijweert: ‘Ongelijke beloning blijft een hardnekkig probleem. Dit gebeurt meestal onbewust, maar past echt niet meer in deze tijd. Werknemers zijn vaak niet eens op de hoogte van onderlinge beloningsverschillen. In Nederland praten we niet zo makkelijk met elkaar over wat we verdienen.’
Nu het onderzoek is afgerond start het College van de Rechten van de Mens met een campagne om aandacht te vragen voor het onderwerp.