In een luxe zaal van het Amsterdamse Grand Hotel verzamelen Nederlandse topvrouwen en -mannen zich op Internationale Vrouwendag. ‘15 procent van de aanwezigen hier is man’, aldus presentatrice Petra Grijzen. ‘Als de verdeling in het bedrijfsleven ook zo zou zijn, zouden we voortaan een Internationale Mannendag moeten organiseren.’
Tijdens het evenement wordt duidelijk dat Nederlandse topbestuurders verschillende manieren gebruiken om de positie van vrouwen te verbeteren binnen het Nederlandse bedrijfsleven. Maar over één zaak zijn alle aanwezigen het eens: de vooruitgang gaat veel te langzaam. Minister Jet Bussemaker (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) geeft toe dat het kabinet gefaald heeft in het wezenlijk verbeteren van de positie van de vrouw, maar ‘ik ben druk bezig met het voorbereiden van nieuwe plannen voor het volgende kabinet, dat verder gaat waar wij stoppen’. Bussemaker had haar zinnen gezet op het streefcijfer van 30 procent vrouwen in de top van het bedrijfsleven.
Vrouwenquotum
‘Waar een wil is, is een weg. Waar geen wil is, is een wet’, herhaalt de minister een aantal keer. ‘Het vrouwenquotum van 30 procent is nu geen wet, maar daar werk ik hard aan.’ Het gaat daarbij niet alleen om vrouwen aan de top, maar ook om gelijke beloningen, bestraffing van seksuele intimidatie en ook bijvoorbeeld kinderopvang. Alle maatregelen zijn erop gericht om vrouwen te helpen makkelijker naar de top te klimmen, want het blijft een ‘mannenwereld’.
Top-down benadering
Manon van Beek, ceo Accenture Nederland, heeft haar eigen manier gevonden om het percentage vrouwen te verhogen: niet kletsen, maar doen. ‘We praten nu al tien jaar over dit onderwerp, wat moet er gebeuren voordat het ook lúkt?’, vraagt ze hardop aan zichzelf. ‘Ik vind dat managers en bestuurders strenger moeten ingrijpen vanuit een top-down benadering. Zelf doe ik dit op een aantal manieren: ik praat met onze recruitmentafdeling over diversiteit en wil dat ze bij nieuwe vacatures of promoties evenveel vrouwen als mannen voorstellen. Doen ze dit niet? Dan stuur ik de lijst terug met een verzoek om uitleg. Daarnaast geven we vanuit Accenture trainingen om onbewuste vooroordelen te herkennen en er daarna op te sturen.’
‘Ik ben blij met de voortgang, maar ik ben niet blij met waar we staan’
‘Niet genoeg vrouwen’
Regelmatig hoort Van Beek uitspraken als ‘er zijn niet genoeg geschikte vrouwen voor deze topfunctie’. Volgens haar grote onzin, want ‘ik kan er zo honderd opnoemen’. Dat is tevens ook een verbeterpunt, volgens Van Beek. ‘We moeten op een andere manier leren kijken naar sollicitanten. Tegenwoordig volgen de veranderingen elkaar zo snel op, dat tien jaar ervaring binnen dezelfde branche niet meer perse een plus is. Het is misschien juist een risico. We moeten kijken naar talenten, competenties en kwaliteiten van een persoon, minder nadruk leggen op de ervaring binnen een bepaalde functie of industrie.’
Gender equality
Het directieteam van Accenture (10 mensen) bestaat voor de helft uit vrouwen en van de circa 3.000 medewerkers in Nederland is 30 procent vrouw. Van Beek is nog niet tevreden: ‘Ik ben blij met de voortgang, maar ik ben niet blij met waar we staan’, benadrukt ze. ’30 procent is geen visie, maar een meetpunt onderweg. Het doel is gender equality, dus 50-50.’ Vrouwen kunnen daar zelf ook wat aan doen, vindt Van Beek. ‘Vrouwen zijn ten opzichte van mannen minder sterk in digitale vaardigheden, dat moeten we verbeteren om mee te kunnen in de toekomst. Daarnaast moeten we de lat hoger leggen en onszelf blijven ontwikkelen in digitale en technologische vaardigheden.’ Programma’s als Working Parents, (ondersteuning voor werkende ouders met flexibele uren en kinderopvang) en het Maternity Returners Program (ondersteuning re-integratie na zwangerschapsverlof en combineren werk/prive) moeten ervoor zorgen dat Accenture binnen drie jaar zeker de 40 procent haalt. Van Beek: ‘En gender equality is het doel in 2030′.
Branche-afhankelijk
De vertegenwoordiging van het aantal vrouwen binnen bedrijven, ligt ook aan de branche waarin een organisatie actief is. Dat vindt Edwin Prinsen, managing director van IT-bedrijf Cisco Nederland. Cisco is al een aantal jaar bezig met de transitie van hardware naar software. ‘Voor dat soort werk hebben we andere kwaliteiten nodig, bijvoorbeeld meer relatiemanagement en denken in helikopterperspectieven. Dat zijn over het algemeen vaardigheden waar vrouwen beter in zijn. Mannen hebben van nature meer met IT’, aldus Prinsen.
In vergelijking met onze Europese buurlanden doen we het niet goed
Verbeterpunten
Cisco Nederland heeft 1.100 werknemers, waarvan circa 28 procent vrouw is. In het MT van negen mensen zitten twee vrouwen. 30 procent vrouwen wereldwijd is het doel, binnen 5 jaar. Via actieve werving, interne vrouwennetwerken en een samenwerkingsverband met de overheid hoopt Cisco dit percentage te realiseren. Daarvoor gaat Cisco langs op middelbare scholen en universiteiten om vrouwen te enthousiasmeren voor bètavakken. ‘We hebben aangegeven bij recruitment dat we ook vrouwen voorgesteld willen hebben voor vacatures, niet alleen meer mannen. Dat zie je toch al snel gebeuren, vooral in ons werkveld.’
Internationaal
Nederland blijft achter wat betreft vrouwen aan de top, zo blijkt uit verschillende onderzoeken. In vergelijking met onze Europese buurlanden doen we het niet goed. ‘Dat heeft denk ik ook te maken met kinderopvang’, aldus Prinsen. ‘In Noorse landen is dat veel beter geregeld, waardoor man en vrouw fulltime kunnen werken. In Nederland zie je dat veel vrouwen met kinderen parttime werken.’
Ook Erik Blokhuis, ceo Europa van ingenieursbedrijf Arcadis, valt het op dat de vertegenwoordiging van vrouwen aan de top in Nederland slechter is dan in het buitenland. ‘Arcadis is actief in zeker 40 landen en tijdens mijn werkreizen zag ik dat die verdeling man/vrouw in Nederland niet in balans is ten opzichte van het buitenland. Wij zijn een technisch bedrijf en in die sector zie je sowieso minder vrouwen, toch doen onze buitenlandse vestigingen het beter. We zeggen wel dat we heel liberaal zijn in Nederland, maar dit is toch onze cultuur.’
‘Vrouwen moeten minder bescheiden zijn en het heft in eigen handen nemen’
Actieve werving naar vrouwen
Daarom is ook Arcadis actief vrouwen gaan werven. ‘In het begin gingen de recruitment bureaus wel piepen, maar we hebben doorgezet. Onlangs hebben we twee vrouwen aangenomen in de raad van commissarissen, waardoor de verdeling nu fifty-fifty is. In de raad van bestuur hebben we dezelfde verdeling. Daarnaast letten we scherper op vacatureteksten. Kan de formulering een belemmering opleveren voor vrouwen, die vaak toch wat bescheidener zijn? Ook geven we loopbaanbegeleiding en trainingen binnen het bedrijf om vrouwen aan de top te stimuleren.’
Te bescheiden
Vrouwen kunnen zelf ook invloed uitoefenen op de verbetering van hun positie. Veel mensen uit de top in het bedrijfsleven vinden dat vrouwen te bescheiden zijn. Prinsen (Cisco): ‘Ik geef boardroomcoaching aan vrouwen die willen klimmen in hun carrière en het valt me op dat zij zich bescheidener opstellen dan mannen. Als zij een vacature zien waarbij ze aan acht van de tien eisen voldoen, focussen ze zich op de dingen die ze niet of minder goed kunnen. Daardoor laten ze zich ontmoedigen en reageren niet op de vacature. Een man denkt sneller ‘oh, die laatste twee dingen kan ik vast ook wel’. Vrouwen moeten minder bescheiden zijn en het heft in eigen handen nemen.’