Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De zwarte lijst ‘09 – 25 toppers met kleur

Genoeg zijn het er nog niet, maar ze zijn er zeker: allochtonen met een succesvolle carrière. Ze haalden allemaal de top met hard werken, en  zonder voorkeursbeleid. "Je moet diversiteit zien als businesskans."

Acht Surinamers, zes Antillianen, vijf Marokkanen, drie Turken, een Egyptenaar, een Afghaan en een Chileen. Twintig mannen, vijf vrouwen. Geen expats, maar talentvolle managers en professionals in de top van het Nederlandse bedrijfsleven –  allochtoon, multi- of bicultureel, het is maar welk jargon uw voorkeur heeft. Ze staan op deze lijst omdat hun namen genoemd werden door headhunters of vakgenoten, omdat ze binnen hun bedrijf bekend staan als toppers, maar vooral omdat ze opvielen door uitzonderlijke prestaties.

Een school waarvan de meerderheid van de leerlingen van allochtone afkomst is, noemen we in Nederland een zwarte school. Vandaar de naam Zwarte Lijst. Er is ook een andere betekenis: wie op een ‘zwarte lijst' staat, wordt buitengesloten. Dat geldt niet voor de mannen en vrouwen op deze lijst. Zíj hebben het gemaakt. Het lijkt wel op te gaan voor de vele andere hoogopgeleide, ambitieuze allochtonen die in corporate Nederland al jaren tegen een glazen plafond stoten.

De lijst is geen ranglijst. Hij is niet uitputtend of definitief. Het zijn er 25, maar het hadden er even makkelijk 50 of 100 kunnen zijn. Want ze zijn er genoeg, allochtone topmanagers. Het wordt tijd dat bedrijven dat ook ontdekken.

Armand Ferreira (40)

Afkomst: Antilliaans

Bedrijf: ING

Functie: Managing Director Trust Clients & European Business Desk

Onlangs gaf Armand Ferreira een sollicitatietraining op een ‘zwarte school'. Eén van de leerlingen had geen zin om mee te doen. "Meneer, ik word toch niet aangenomen", verklaarde hij aan de bankier. Ferreira vertelt de anekdote om aan te geven waarom diversiteitsbeleid belangrijk is. Ook dit jongetje moet weten dat hij een kans maakt, wil hij maar zeggen.

Voor Ferreira, die op zijn twaalfde naar Nederland kwam, was een carrière in het bankwezen niet vanzelfsprekend. Hij was een van de eersten in zijn familie die naar de universiteit ging, waar hij eind jaren '80 een van de weinige allochtone studenten was. Als trainee bij ING was hij in 1996 de enige met een kleurtje. Toch was Ferreira zich zelden bewust van zijn uitzonderingspositie: "Keihard werken en presteren, dat heb ik van huis uit meegekregen. Ik heb nooit gemerkt dat ik door mijn achtergrond werd gediscrimineerd, dan wel werd voorgetrokken."

Op de positie waar Ferreira zich nu bevindt (drie lagen onder de raad van bestuur), is het een autochtone-mannen-aangelegenheid. Ferreira, voorzitter van het Crosscultural Network van ING, wil dat graag veranderen. "Het wordt tijd dat middenmanagers beseffen dat ze geen kopie van zichzelf moeten aannemen, maar mensen die iets nieuws toevoegen." Voor ambitieuze allochtonen heeft hij ook een boodschap: "Behoud je eigen identiteit. Wie een kloon wordt van de rest, verliest zijn toegevoegde waarde."

Mohammed Essafi (33)

Afkomst: Marokkaans

Bedrijf: PricewaterhouseCoopers

Functie: Principal Manager

De loopbaan van Mohammed Essafi verraadt een voorkeur voor gevestigde namen. Hij werkte als bestuurskundige achtereenvolgens bij Ernst & Young, KPMG, en sinds 2005 bij PwC, waar hij als principal manager leiding geeft aan 7 tot 10 projectteams. "Ik wil op mijn professionaliteit worden aangesproken en niet op mijn achtergrond", zegt Essafi. "Helaas is dat niet voor iedereen altijd even vanzelfsprekend. Er zijn nog steeds mensen die in stereotypen denken."

Essafi "heeft iets met openbaar bestuur", zegt hij. Zijn specialismen: sociaal-maatschappelijke vraagstukken als grotestedenbeleid, jeugdzorg en veiligheid. Bij PwC maakt hij deel uit van de adviesgroep Binnenlands Bestuur. Essafi sluit niet uit dat hij ooit zelf het openbaar bestuur ingaat. Een functie als bestuurder van een grote stad lijkt hem in de toekomst ook wel wat. Vorig jaar vormde hij een ‘voortrekkersgroep' van Nederlands-Marokkaanse young professionals die een toekomstvisie voor Nederland wil ontwikkelen. "Wijnnen de verbindende schakel zijn tussen de Nederlandse gemeenschap en de moslimgemeenschap, die we beide goed kennen", verklaarde hij in de Volkskrant.

Mohamed El Achkar (35)

Afkomst: Marokkaans

Bedrijf: TNT

Functie: Marketing Director International Mail TNT Post

Zijn vader stuurde hem als moslim naar een christelijke school. Een bewuste keus, want de jonge Mohamed moest leren om te schakelen tussen verschillende werelden. Die vaardigheid komt hem nog steeds van pas, vertelt hij: "Ik adviseer over internationaal zakendoen en heb contacten met organisaties uit allerlei landen. Ik voel de verschillen tussen culturen door mijn achtergrond goed aan. Bij een marketingcampagne in Duitsland kies je voor een rationele aanpak, in zuidelijke landen speel je meer op de emotie."

El Achkar begon zijn carrière als consultant bij het Haagse Alons & Partners. Na drie jaar hield hij het voor gezien en startte hij zijn eigen organisatie- en communicatiebureau, gespecialiseerd in diversiteitsvraagstukken. In 2002 werd hij binnengehaald bij TNT, waar hij in korte tijd drie uiteenlopende functies bekleedde. Het lijkt erop alsof hij wordt klaargestoomd voor het grotere werk. Hij roemt de ‘open cultuur' van zijn werkgever: "Ik hoef niet geheimzinnig te doen over mijn achtergrond of religie. Als ik vertel dat het Ramadan is, willen ze hier spontaan meedoen."

In de raad van bestuur van TNT en de bestuurslaag direct daaronder is geen allochtoon te vinden. Dat gaat binnen nu en tien jaar veranderen, verwacht El Achkar: "TNT heeft de afgelopen vijf jaar flink geïnvesteerd in multiculturele netwerken. De afgelopen drie jaar had een op de tien van onze young potentials een biculturele achtergrond. Die mensen zijn op weg naar de top."

Mohamed Bouker (31)

Afkomst: Marokkaans

Bedrijf: Banque Chaabi du Maroc

Functie: Director Business Development

In het Amsterdamse filiaal van Banque Chaabi du Maroc zijn nog niet alle verhuisdozen uitgepakt. De bank, met 750 vestigingen een begrip in Marokko, heeft pas een paar weken geleden de deuren geopend. Voor de zomer opende het filiaal in Rotterdam. Den Haag en Utrecht volgen spoedig. In Engeland staan vestigingen op de rol in Londen en Liverpool. De verantwoordelijke man voor deze snelle expansie is de pas 31-jarige Mohamed Bouker.  Een half jaar geleden verruilde hij een carrière bij Ernst & Young voor het ‘avontuur' van Banque Chaabi. "Dit is echt ondernemen", verklaart hij. "Het is spannend om iets nieuws neer te zetten." Bij Ernst & Young hield hij zich als senior projectmanager bezig met advies aan banken en verzekeraars. Die ervaring komt hem nu van pas.

Banque Chaabi richt zich niet alleen op Nederlands-Marokkaanse klanten, maar ook op Nederlandse particulieren en bedrijven die zaken willen doen in Marokko. Marokkaanse klanten zullen niet vanzelfsprekend toestromen, verwacht Bouker: "Ze vergelijken ons met andere financiële dienstverleners, zo goed zijn ze wel geïntegreerd. Wij moeten de services van andere banken evenaren, of iets extra's bieden."

Het Banque Chaabi-avontuur zal Bouker de komende jaren in beslag nemen. Over zijn toekomst durft hij weinig te zeggen. Hij wil blijven managen, dat wel: "Ik vind het leuk om teams te bouwen."

Kenaad Tewarie (45)

Afkomst: Surinaams-Hindoestaans

Bedrijf: Five Oaks Investments

Functie: Directeur

Sinds een paar jaar is Kenaad Tewarie zelfstandig ondernemer. Een tussenfase, hij "wilde even afstand nemen van de corporate wereld". Als CFO van noodlijdend supermarktbedrijf Laurus beleefde Tewarie een helse tijd. Amper een maand na zijn aantreden in 2001, bleek de financiële huishouding van het concern niet op orde. De ombouw van Laurus-winkels tot Konmars, die was ingezet voor de komst van Tewarie, liep uit op een mislukking. Zes jaren van herstructuren, saneren en vechten tegen een faillissement volgden. Aan opgeven heeft Tewarie nooit gedacht. Die mentaliteit heeft hij van zijn vader, een hindoepriester: "Mijn vader benadrukte dat we het op eigen kracht moesten redden. We moesten altijd streven naar het hoogst haalbare. Die drive heb ik gehouden. Als anderen naar huis gaan, werk ik door."

Tewarie, de eerste allochtone CFO van een beursgenoteerd bedrijf in Nederland, is geen groot voorstander van diversiteitsmanagement. "Dat is politiek ingegeven, maar in de praktijk niet haalbaar", stelt hij. "Barrières die in het nadeel werken van allochtonen moeten wel worden weggenomen. Een Hindoestaan die is opgevoed met het idee dat je bescheiden moet zijn valt bijvoorbeeld vaak af in een assesmentprocedure. Dat is jammer. Het wordt tijd dat bedrijven inzien dat een diverse samenstelling van hun team hun concurrentiepositie versterkt."

Max Boodie (45)

Afkomst: Nederlands-Surinaams

Bedrijf: DPA Supply Chain

Functie: CEO

Max Boodie moest worden overgehaald om mee te werken aan deze publicatie. Dat zijn vader Surinaams is, heeft niks te maken met zijn zakelijke prestaties, vindt hij. Boodie heeft zich nooit gediscrimineerd gevoeld. Behalve die ene keer. Hij was managing director bij Berenschot (een van de jongste ooit) toen hij een telefoontje kreeg van de hr-afdeling. Er was een ieuwe regeling waardoor bedrijven subsidie konden krijgen als ze allochtonen in dienst hadden. En meneer Boodie was toch Surinaams? "Ik heb de hoorn erop gegooid, ik was zó ontzettend kwaad. Wat een mallotig idee. Door dit soort positieve discriminatie diskwalificeer je mensen."

In 2005 verliet Boodie Berenschot, na 15 jaar. Bij de zakelijke dienstverlener DPA kreeg hij de kans om een eigen bedrijf op te zetten, DPA Supply Chain. Zelfs de recessie lijkt geen rem voor de snelle groei die DPA Supply Chain sindsdien doormaakt. In 2008 – het vierde bestaansjaar – draaide het logistiek- en inkoop-interim- en adviesbureau een omzet van 13,4 miljoen euro. De eerste helft van 2009 presteerde het bedrijf opnieuw beter dan het voorgaande jaar. In het management van DPA Supply Chain zijn zowel vrouwen als allochtonen te vinden. Dat heeft niks te maken met voorkeursbeleid, verzekert Boodie: "In onze nichemarkt en op dit hoge niveau maak je geen onderscheid op basis van afkomst. Je kiest gewoon de beste mensen."

Mohamed Bokhizzou (37)

Afkomst: Marokkaans

Bedrijf: Coca-Cola

Functie: HR-manager Coca-Cola Nederland

Mohamed Bokhizzou wil geen stoffige personeelsfuctionaris zijn. De Nederlandse hr-man van 's werelds grootste frisdrankproducent gelooft in een ondernemende hr-afdeling: "Hr moet midden in de business staan en snappen in welke richting het bedrijf zich ontwikkelt. Ik kan de strategie ondersteunen en mede vorm geven met mijn hr-beleid." Bij Coca-Cola (800 medewerkers in Nederland) wordt Bokhizzou op zijn wenken bediend. Na een recente herstructurering van de Nederlandse organisatie heeft zijn functie meer diepgang gekregen, vindt hij: "Werving en selectie en het opstellen van contracten zijn uitbesteed. Dat geeft mij meer ruimte om me met inhoudelijke zaken bezig te houden, zoals het efficiënt inrichten van de organisatie en het ontwikkelen van talent."  Daarbij rekent Bokhizzou het tot zijn taak om te zorgen voor een diverse organisatie: "Diverse teams leveren gewoon betere resultaten."

Bokhizzou erkent dat de opmars van allochtonen in de top van het bedrijfsleven langzaam gaat. Dat ligt niet alleen aan de bedrijven, denkt hij: "Allochtonen moeten zichzelf beter verkopen. Het is geen vanzelfsprekendheid dat je wordt aangenomen. Je moet zorgen dat je de juiste mensen leert kennen." Bokhizzou brengt zijn advies al jaren in de praktijk: "Ieder kwartaal ga ik een hapje eten met vakgenoten. Ik investeer in mijn sociale omgeving."

Ehsan Turabaz (51)

Afkomst: Afghaans

Bedrijf: Inter IKEA Systems BV

Functie: Manager International Sales

Ehsan Turabaz klinkt gehaast. Dat is niet verwonderlijk. De internationale salesmanager van Inter Ikea (het moederbedrijf achter de Ikea franchises), die op zijn 21ste als Afghaanse vluchteling naar Nederland kwam, heeft meer nevenfuncties dan goed is voor een mens. Een kleine greep: Honorair consul van Afghanistan, voorzitter van de Haagse Rotary, adviseur van de burgemeester van Delft, en lid van de Selectiecommissie Rechterlijke Macht. "Ik vind het moeilijk om nee te zeggen", verklaart Turabaz. "Ik leg al mijn nevenfuncties voor aan onze CEO. Hij remt me af als dat nodig is."

Turabaz studeerde internationale betrekkingen en volgde een prestigieuze opleiding bij Instituut Clingendael. Hij leek voorbestemd om diplomaat te worden, maar koos toch voor het bedrijfsleven. Bij Ikea is hij onder meer verantwoordelijk voor de bescherming van het merkrecht in markten die het bedrijf in de nabije toekomst wil veroveren. Zijn internationale contacten op hoog niveau komen daarbij goed van pas.

Turabaz gebruikt zijn omvangrijke netwerk en zijn kwaliteiten als lobbyist ook om diversiteit hoger op de agenda te krijgen van de multinationals. Allochtonen en vluchtelingen adviseert Turabaz om de Nederlandse taal en cultuur te omarmen, zonder de eigen identiteit op te geven. Zelf houdt hij een goede Afghaanse gewoonte in ere: "Als ik mensen ontmoet, omhels ik ze. Dat blijf ik doen, ondanks de Mexicaanse griep."

Ricardo Fakiera (39)

Afkomst: Surinaams

Bedrijf: Merrill Lynch

Functie: VP Merrill Lynch Nederland

Een bekende theorie stelt dat alle wereldbewoners niet meer dan zes handdrukken van elkaar verwijderd zijn. Ricardo Fakiera lijkt aan één handdruk genoeg te hebben. Het internationale netwerk van deze publiciteitsschuwe apothekerszoon is spectaculair. Hij luncht met de Amerikaanse oud-president Jimmy Carter en gaat regelmatig langs bij de Surinaamse president Venetiaan. De hoogstgenoteerden in de Quote 500 heeft hij onder speed dial. "In de zakelijke wereld is de interesse in anderen vaak skindeep. Ricardo is écht geïnteresseerd", zegt trendwatcher en zakenrelatie Adjiedj Bakas. "Bovendien staat zijn Blackberry nooit uit."

Fakiera was al op jonge leeftijd gefascineerd door beleggen, zegt een vriend. "Geld verdienen met geld leek hem iets magisch." Die fascinatie  dreef hem na een studie financiële economie naar de dealing room van ABN  Amro. In 1999 vertrok hij naar Merrill Lynch, waar hij als fondsbeheerder verantwoordelijk werd voor de accounts van zeer vermogende particulieren en institutionele relaties. "Al dat geld moet bij voorkeur een hoger doel dienen", vindt Fakiera, die mede-oprichter is van de filantropische adviestak van Merrill Lynch.

Choy van der Hooft-Cheong (38)

Afkomst: Antilliaans

Bedrijf: ABN Amro

Functie: Head of Regional Treasury Desk Rotterdam/Eindhoven

"Wij Antillianen nemen het leven wat minder serieus dan Nederlanders", zegt Choy van der Hooft-Cheong. "Ik ben dan ook soms beter in staat tot relativeren dan collega's. Dat maakt het makkelijker om mensen in deze moeilijke tijden gemotiveerd te houden." Zoals veel Antillianen kwam Van der Hooft-Cheong naar Nederland om te studeren, om vervolgens te ‘blijven hangen'. Na haar studie nternationale en financiële economie kon ze meteen aan de slag als trainee bij ABN Amro. Ze begon als accountmanager, maar kreeg al snel de smaak van het leiding geven te pakken. "Ik had altijd al de neiging om zaken naar mij toe te trekken. Bovendien kan ik mensen makkelijk aan me binden. Misschien is dat terug te voeren tot mijn jeugd op Curaçao, een multiculturele samenleving waarin je je spelenderwijs leert aanpassen." Van der Hooft-Cheong klom snel op binnen de rangen van de grootbank. Als Head Treasury geeft ze leiding aan een team dat corporate- en mkb-klanten adviseert over hun schatkistbeheer. Dat smaakt naar meer, vindt ze: "Ik wil me verder ontwikkelen als algemeen manager."

Selvi Ayranci (36)

Afkomst: Turks

Leeftijd: 36

Bedrijf: ABN Amro

Functie: Districtsdirecteur Particulieren

Selvi Ayranci was acht jaar oud toen ze met haar ouders vanuit Turkije naar Nederland kwam. Ze was de eerste in haar familie die naar de universiteit ging. "Ik wilde een voorbeeld zijn voor mijn jongere broer, mijn zusjes en mijn neefjes en nichtjes", zegt ze. "Ik zag het als mijn verantwoordelijkheid dat zij ook gingen studeren."

Via een uitzendbureau belandde Ayranci bij ABN Amro, waar ze al snel een traineeship kreeg aangeboden. Als jonge beleggingsadviseur "met een moeilijke achternaam" bracht ze sommige klanten in verwarring. "Dan dachten ze dat ik de assistente was." Na een paar jaar werd Ayranci weggekaapt door de van oorsprong Turkse Finansbank, die haar verantwoordelijk maakte voor de Nederlandse consumentenmarkt: "Ik moest in een internationale omgeving met collega's een divisie van de grond af aan opbouwen."

Een reorganisatie bij de Finansbank dreef Ayranci terug naar ABN Amro, dat haar sans rancune weer op de carrièretrein zette. Sinds mei 2009 zwaait ze als districtsdirecteur particulieren van de IJssel- en Lekstreek de scepter over vijf bankkantoren en een afdeling preferred banking. Daarnaast is ze mentor voor het aanstormende ‘biculturele talent' van de bank. Ook binnen haar eigen familie is de werkdrift van Ayranci niet onopgemerkt gebleven. "Ik laat zien hoe je zelfstandig en onafhankelijk kunt leven. Voor sommige jongere familieleden heb ik het verschil gemaakt."

Gilbert Martina (38)

Afkomst: Antilliaans

Bedrijf: Ennia

Functie: Chief Operations Officer

"Het aanpassingsvermogen van mensen aan hun omgeving fascineert mij enorm", zegt Gilbert Martina. Zelf beschikt deze van Curaçao afkomstige manager over het talent om zichzelf steeds opnieuw uit te vinden. Hij kwam naar Nederland om geneeskunde te studeren, maar toen hij daarvoor werd uitgeloot switchte hij zonder morren naar scheikunde. Toen er na zijn afstuderen geen werk bleek voor chemici, schoolde hij zichzelf om tot computerprogrammeur. De techniek verruilde hij even makkelijk voor management toen hij ontdekte dat daar zijn werkelijke kracht lag. Lastige veranderingstrajecten bij Delta Lloyd en OHRA bracht hij tot een goed einde.

Na 16 jaar Nederland keerde Martina in 2003 terug naar Curaçao, om plaats te nemen in het dagelijks bestuur van Ennia, de grootste verzekeringsmaatschappij van de Antillen. Hij leidde de integratie van de zorgdivisie van Ennia met zorgver­ze­keraar Amersfoortse Antillen. Een verlieslijdende zorgdivisie werd in drie jaar omgevormd tot een gezond bedrijfsonderdeel.

Ook als ondernemer timmert Martina aan de weg. In oktober gaat op Bonaire de Elijah Fish Farm van start, een viskwekerij die de Antillen minder afhankelijk moet maken van de import. Volgens Martina leven de mensen op Curaçao "met het hart", terwijl ze in Nederland "met de rekenmachine" leven, verklaart hij zijn remigratie. Het hart en de rekenmachine zijn bij hem uitstekend in balans.

Rob Zuiverloon (57)

Afkomst: Surinaams

Bedrijf: Deloitte

Functie: Senior Partner

Hij noemt zichzelf een ‘koninkrijkskind'. Geboren op Curaçao uit Surinaamse ouders en voornamelijk opgeleid in Nederland, reist Rob Zuiverloon al een leven lang heen en weer tussen Curaçao, Nederland en Suriname. In zijn professionele bestaan is hij daarentegen behoorlijk honkvast. Sinds 1988 is de registeraccountant in dienst bij Deloitte, vanaf 1991 als mede-aandeelhouder en senior partner. Tot voor kort gaf Zuiverloon leiding aan een internationale afdeling met 80 professionals. Momenteel ligt zijn aandacht vooral bij beursgenoteerde industriële bedrijven.

Zuiverloon erkent dat hij met zijn grijze haren en zijn ervaring een "soort van boegbeeld' is geworden. Jonge allochtone professionals vragen hem weten hoe hij zover is gekomen. "De kern is dat je moet wortelen in de maatschappij. Zonder je niet af. Als je daarnaast ook beschikt over passie, discipline en doorzettingsvermogen, dan gaat het bijna vanzelf."

Deloitte voert sinds vijf jaar een actief diversiteitsbeleid. Er is onder meer een diversity council opgericht. "Puur business", stel

Henk Chin-Sue (56)

Afkomst: Surinaams

Bedrijf: Gasunie

Functie: CFO, lid RvB

Een succesvolle leider is authentiek, iemand die zich op het werk niet anders voordoet dan thuis – een veelgehoorde managementwijsheid, maar allochtone toppers hebben er weinig aan, zegt Henk Chin-Sue, de hoogste financiële man van Gasunie: "Een allochtoon leeft altijd in twee werelden. Zoals ik thuis ben, kan ik op het werk niet zijn. En op dit niveau is management topsport. Kleine verschillen en zachte factoren kunnen het verschil maken. Dat kan een gelaatsuitdrukking zijn, een gebaar, een intonatie, of een ander trekje dat in eigen kring normaal is, maar dat buitenstaanders vreemd vinden."

Chin-Sue kwam begin jaren '70 vanuit Suriname naar Nederland, om in Delft werktuigbouwkunde te studeren. Op tentamendagen trok hij twee uur extra uit voor de treinreis van zijn woonplaats Amsterdam naar Delft: "Ik hield er altijd rekening mee dat ik kon worden aangehouden."

Hij heeft zich nooit laten voorstaan op zijn Surinaamse achtergrond. Verzoeken van minderheden-netwerkcubs hield hij af. "In het verleden vond ik dat allochtonen teveel zeurden", stelt hij zonder omhaal. "Hard werken en op tijd komen, begin daar maar eens mee." De Gasunie-topman heeft een ‘gezond-kritische houding' ten opzichte van diversiteitsbeleid. "Een commerciële bedrijfscultuur vind ik belangrijker dan een diverse cultuur", vindt hij. "Diversiteitsbeleid is vooral van belang voor bedrijven met een multicultureel klantenbestand. Bij ons speelt dat minder."

Volgens Chin-Sue zijn allochtonen vaak ‘gevangen' in hun eigen sociaal-culturele netwerken. "Een geweldig nadeel, want op topniveau zijn zakelijke en privénetwerken met elkaar verweven." En hij heeft ook nog een praktische tip voor jonge allochtonen: "Als je op een zakelijke borrel bent, drink dan geen rum-cola, maar wijn."

Diana de Valk-Masé (46)

Afkomst: Nederlands-Surinaams

Bedrijf: Teleplan

Functie: Group Director Human Resources

‘Ik begin de dag 's ochtends vroeg met de collega's in Azië. 's Avonds eindig ik met de mensen in Mexico." Diana de Valk-Masé spreekt luchtig over haar werkzaamheden. Je zou bijna vergeten dat ze eindverantwoordelijk is voor het hr-beleid van een bedrijf met 5.600 medewerkers, verspreid over 15 landen.

Haar loopbaan begon nogal ongebruikelijk, als radiodiagnostisch laborant. In de jaren '80 werkte ze voor een bedrijf dat bijna onbetaalbare MRI-scanners verhuurde aan ziekenhuizen. Daar ontdekte ze dat ze over een ‘marketing-gen' beschikte. In 1990 ging ze aan de slag bij IBM – eerst in verschillende marketingfuncties, later als hr-manager. "We konden het jonge talent in die tijd nauwelijks aanslepen", vertelt ze. "Bij IBM Nederland werkten toen 40 nationaliteiten. Ik herinner me een Vietnamees die via Moskou naar Nederland was gevlucht. Die heb ik eerst naar de logopedist moeten sturen, zodat klanten hem konden verstaan."

Na IBM volgden hrm-klussen bij internetbedrijf Razorfish (‘Van te groot en te duur naar lean') en advocatenkantoor Van Doorne (‘Onderhandelen over een nieuw bonussysteem met een OR vol arbeidsrechtadvocaten'). Voor LogicaCMG begeleidde ze grote overnames in West- en Oost-Europa. De Valk-Masé: "Stond ik in Rusland met een tolk mensen over te halen om hun oude baan op te zeggen en bij Logica in dienst te treden."

In haar huidige functie bij Teleplan, dat wereldwijd de after sales services verzorgt voor grote elektronicaconcerns (omzet in 2008: 304 miljoen euro), geeft De Valk-Masé leiding aan een team van 60 hr-professionals. Haar Surinaamse achtergrond maakt haar werk makkelijker, stelt ze: "Bij onze bedrijven in Maleisië, Mexico, of waar ook ter wereld, zijn de mensen op de werkvloer trots op mij. Voor hen vertegenwoordig ik alle culturen die niet vanzelfsprekend vertegenwoordigd zijn in het senior management op het hoofdkantoor."

Ference Lamp (37)

Afkomst: Antilliaans

Bedrijf: SNSReaal

Functie: Chief Financial Officer

Allochtonen moeten in eerste instantie kritisch naar zichzelf kijken, vindt de CFO van bankverzekeraar SNSReaal. "Ik heb nooit van mezelf getolereerd dat ik door m'n afkomst op achterstand kwam." Maar daarmee is ook in zijn ogen niet alles gezegd:  "It takes two to tango."

Lamp ziet veel Nederlandse bedrijven dubben in hun zoektocht naar allochtone leidinggevenden. "Ze willen het heus wel, maar het is allemaal zo politiek correct! Uiteindelijk is het gewoon een zakelijke propositie: als je er als bedrijf de komende jaren niet in slaagt talent uit de allochtone vijver te vissen, ben je economisch onverantwoord bezig. Pas als je daarvan doordrongen bent, zal je diversiteitsbeleid succes hebben. Hoogopgeleide allochtonen wíllen helemaal niet gepamperd worden; ze willen een zakelijke beoordeling en ruiken het als het niet zo is."

Zelf ging Lamp – al jaren lid van de PvdA – na zijn studie aan de Erasmus Universiteit werken in de corporate finance, bij MeesPierson. Begin 2000 verkaste hij naar het toenmalige Lehman Brothers, waarvoor hij enkele jaren in de Londense City zat alvorens hij verantwoordelijk werd voor de Benelux. Vlak voor Lehman omviel, tekende hij – knap getimed – bij SNSReaal. "Ik had al een tijdje de wens om het wereldje van de haute finance te verlaten. Voor je het weet ga je denken dat Wall Street de wereld is."

Lamp ziet de voordelen van zijn afkomst. "Met de kredietcrisis zag je bij veel Nederlandse collega's een soort zondebesef, alsof zij individueel schuld hadden aan die rampspoed. Daar kon ik als Antilliaan een veel relaxtere, relativerende houding tegenover zetten, die mijns inziens op zo'n moment veel productiever is."

Last van vooroordelen heeft hij zakelijk naar eigen zeggen nooit gehad. "Maar ik ken er genoeg die dat wel meemaken. Ik snap dat die wel eens moe worden, maar weet je: Antillianen hebben ook vooroordelen over Surinamers, en andersom. De uitdaging is juist om toch door te gaan."

Samir El Awadi (54)

Afkomst: Egyptisch

Bedrijf: Atos Origin

Functie: Senior VP Sales & Account Management

In 2008 werd El Awadi uitgeroepen tot commercieel manager van het voorgaande jaar. Een jury van vakbroeders roemde de manier waarop hij met IT-dienstverlener Atos Origin de markt van de gezondheidszorg veroverde. Maar vraag El Awadi waar hij écht trots op is, en hij vertelt over de rol die hij in 2007 speelde bij Nederlandse handelsmissie naar China: "Dankzij mijn contacten konden wij als eerste buitenlandse delegatie het Technology Centre van de Olympische Spelen bezoeken."

El Awadi kwam in 1979 naar Nederland door een studie-uitwisseling. In het Ibis Hotel ontmoette hij de reden dat hij zich definitief in Nederland vestigde. "Het land van je vrouw is jouw land", verklaart hij plechtig. De eerste jaren in Nederland waren zwaar: "In Egypte had mijn vader maar één telefoontje hoeven plegen en dan had Samir een baan. Hier moest ik onderaan beginnen." Er waren meer dingen waar El Awadi aan moest wennen: "Mijn vrouw vroeg hoeveel boterhammen ik mee wilde naar mijn werk. Ik dacht: hoe weet ik nu hoeveel honger ik straks heb? Dat planmatige denken is een kracht van Nederlanders, maar het kan ook een belemmering vormen voor spontaniteit en innovatie."

Met een economische, bedrijfskundige en ict-studie op zak had El Awadi begin jaren '80 een gouden combinatie in handen: "De sky was de limit in die periode." Bij computerpionier Digital Equipment (beter bekend als Digital of DEC, later opgegaan in Hewlett-Packard) ontwikkelde El Awadi zich als internationaal manager. In 1996 maakte hij de overstap naar Philipsdochter Origin. Dat voelde als een overwinning: "In Egypte had ik als kind een Philips-radio, met Philips-batterijen. Opeens werkte ik bij dit concern."

Na de fusie van Origin en Atos werd El Awadi als commercieel directeur verantwoordelijk voor het AkzoNobel-account. In 2005 kreeg hij de eindverantwoordelijkheid voor de gehele farmasector. Hij maakte indruk als architect van het Healthcare and Pharma-cluster. Een innovatief IT-project met het Erasmusziekenhuis werd beloond met een prijs van vakblad Computable. Sinds 2006 is El Awadi als VP Sales lid van het Nederlandse sales management team van Atos Origin.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

El Awadi omschrijft zichzelf als "diplomaat en bruggenbouwer". En ach, dat hij door de buitenwereld nog steeds gezien wordt als ‘de Egyptenaar', dat deert hem niet: "mijn afkomst en mijn opvoeding bepalen wie ik ben."