De luchtvaart heeft het imago van milieuhooligan, maar alle koeien produceren samen meer CO2 dan alle vliegtuigbewegingen bij elkaar. IT heeft nog geen last van een slecht milieu-imago ondanks een niet te stillen energiehonger. Opmerkelijk, want elk jaar gebruikt IT meer energie en stoten we dus ook meer kooldioxide uit dan het jaar ervoor.
Er is een ‘bijwerking’ van de wet van Moore. Volgens die wet, die al ruim tien jaar opgaat, verdubbelt de snelheid van microchips iedere 18 maanden. De bijwerking betreft het schikbarend toegenomen energieverbruik. Gebruikte een doorsnee computer in 2000 nog 8 watt per uur, in 2005 is dat al 109 watt. Partijen als Microsoft dragen hun steentje bij door elke nieuwe versie van hun software hogere systeemeisen mee te geven, wat zwaardere processoren vergt en dus meer energie. Het veelvuldig gebruiken van de harde schijf in plaats van het intern geheugen is ook een aanslag op het energieverbruik. Naast de verbruiksenergie is ook de productie van nieuwe hardware belastend voor het milieu. Het is opmerkelijk dat er in Nederland nog geen debat van betekenis gaande is over groene IT. Informatie Technologie zal in Nederland als kennisland een steeds grotere rol spelen. Daarom moeten we iets doen aan de energiehonger, en dat is makkelijker aan te pakken dan het mobiliteitsprobleem. Nieuwe technologie biedt namelijk ongekende mogelijkheden om IT te vergroenen.
Wat stoot IT aan CO2 uit?
Een zakelijke PC stoot per jaar gemiddeld één ton kooldioxide uit, net zoveel dus als een vliegtuigstoel van Amsterdam naar Caïro. De miljoenen zakelijke PC’s in Nederland zijn slechts kleinvervuilers vergeleken met de energieslurpende datacenters. Opmerkelijk genoeg worden prijzen van datacenters nog steeds per vierkante meter berekend en niet op basis van energieconsumptie. Dat is vreemd als je bedenkt dat energie een veel grotere kostenpost is dan de vastgoedprijs. Blade servers zijn de SUV’s van de IT. De wedloop naar zoveel mogelijk rekenkracht op een zo klein mogelijk oppervlak, slaat nergens op. Al die ultradunne opeengepakte servers worden zo warm dat ze alleen met gigantische koelinstallaties overeind blijven. Een gemiddeld rekencentrum van 1000 vierkante meter verbruikt meer energie dan 8000 gloeilampen van 60 watt. Daar komt nog bij dat alles 24×7 in de lucht is, terwijl het zelden op volle belasting wordt gebruikt. De miljoenen die bedrijven en overheden betalen voor het aanlaten staan van hun IT, is dus grotendeels weggegooid geld. Dit argument is de beste ambassadeur voor groene IT.
Er zijn oplossingen
In Canada worden rekencentra gebouwd op locaties waar waterkracht dient als emissieneutrale energiebron. Ook wordt water gebruikt voor koeling, wat veel effectiever is dan luchtkoeling. Nieuwe ontwerpen van rekencentra delen capaciteit door virtualisatie en het gebruik van goedkope bandbreedte ofwel dikke internetpijpen. Door wereldwijd te schuiven met de locatie van je digitale zenuwcentrum wordt piekbelasting veel beter verdeeld, waardoor het energieverbruik sterk daalt. De capaciteit van een decentrale server wordt slechts voor 20 procent benut. De overige 80 procent wordt weggegooid, terwijl wel de volle mep aan energie wordt verbruikt.
Bedrijfsleven loopt voorop
CIO’s uit het bedrijfsleven pakken de trend naar groene IT eerder op dan IT-managers uit de tertiaire sector. Hoewel de kosten van energie inmiddels transparant zijn, worden de werkelijke kosten van IT bij de overheid nog zelden doorberekend. Daarnaast vervangen bedrijven sneller oude en meer vervuilende technologie. De CFO uit het bedrijfsleven met enige lef sluit zonder scrupules een twee jaar oud rekencentrum wanneer dit economisch aantrekkelijk is.
Vergroenen loont
Groene IT is geen modetrend, maar een managementstijl. Gezien het belang van IT voor onze kenniseconomie is het inperken van gebruik – zoals bij auto’s – geen optie. Er is een andere aanpak mogelijk om te zorgen dat Nederland vooroploopt in groene IT. Daarbij moeten we ons realiseren dat vergroenen niet alleen geldt voor rekencentra. Ook leveranciers van hardware en software kunnen bijdragen met hun productiewijze, energieconsumptie en recycleaanpak. Zo kunnen harde schijven in notebooks worden vervangen door flashgeheugen, wat tientallen procenten minder energie verbruikt. Organisaties aan de klantzijde kunnen de milieuaanpak van leveranciers opnemen in hun selectiecriteria. Het sterkste argument daarbij is dat het niet alleen het milieu spaart, maar ook financieel aantrekkelijk kan zijn.