In de nieuwe CAO van de ING is per medewerker een budget voor inzetbaarheid gereserveerd. Een primeur volgens FNV-bondgenoten. Is dit nieuwe bureaucratie bij een groot concern of het begin van een comeback?
Jaren geleden was ’employability’ hot. Het doel was medewerkers ook op langere termijn inzetbaar houden voor werk. Bij veel organisaties is deze hype inmiddels over. De jaarlijkse Persoonlijke Ontwikkelingsplannen (POP) en bijbehorende gesprekken worden als bureaucratisch afgedaan. Ook omdat veel werknemers tevreden zijn over hun werk en daarom niet verder vooruit kijken.
Het begrip ’employability’ kwam weer bovendrijven bij de discussie over de versoepeling van het ontslagrecht. Werkgevers en vakbonden hadden een compromis in de maak om medewerkers makkelijker te ontslaan op voorwaarde dat de werkgever had geïnvesteerd in de ontwikkeling van de werknemer. Of een nieuwe ontslagregel in de partipatietop besproken wordt, is nog maar afwachten.
In de ING-CAO belooft het bankconcern jaarlijks zo’n 10 miljoen euro extra beschikbaar te stellen voor employability om “de inzetbaarheid van de medewerker te versterken en zijn positie op de interne en externe arbeidsmarkt.” De ING stelt ‘employability-consulenten’ aan, waar elke vaste medewerker eens in de drie jaar een beroep op kan doen. Het initiatief van de medewerker staat bij ING voorop. De inzetbaarheid-activiteiten moet hij dan ook in zijn eigen tijd doen.
Bron: Personeelslog.nl