Met de beursgang van Inverko heeft de circulaire economie de effectenbeurs bereikt. Ceo Alssema: 'Dit is heel actueel.'
Al vanaf de oprichting in 1997 richt afvalbedrijf Inverko zich op recycling. Oprichter Henk Alssema begon aanvankelijk met handel in kunststofafval, maar zag vrij snel in dat hij zelf kunststof zou moeten verwerken als hij waarde wilde toevoegen. Het bedrijf, dat nu 70 werknemers heeft en zijn hoofdkantoor in het Groningse Leek, maakt daarom nieuwe grondstoffen van kunststofafval. Daarnaast maakt Inverko ook zelf eindproducten van kunststof, zoals plastic kratten en rollen voor de tapijtindustrie.
Duurzaamheid eerste natuur
De ondernemer heeft zich daarbij altijd sterk laten leiden door de gedachte dat duurzaamheid belangrijk én lonend is. ‘Persoonlijk vind ik het belangrijk dat we zuinig zijn op deze wereld. Het is voor mij heel gewoon om deze houding door te trekken naar mijn ondernemerschap. Zuinig zijn op alles wat je in bruikleen hebt en iedereen met wie je samenwerkt, dat gaat bij mij heel ver. Het is onze eerste natuur om te kijken hoe wij een bijdrage kunnen leveren aan de CO2-besparing in combinatie met een gezond verdienmodel.’
Wind in de rug
Een verdienmodel gericht op duurzaamheid heeft volgens Alssema (foto) nu de wind in de rug. ‘We zijn in een periode aangekomen dat echt iets nuttigs met afval gedaan kan worden. We zien steeds meer dat bedrijven die vroeger producten van nieuwe materialen maakten over gaan naar gerecyclede producten. Vanwege maatschappelijk verantwoord ondernemen, maar ook vanwege het kostenplaatje. Het is iets wat op dit moment heel actueel is.’
Springplank
Inverko, dat vooral in het noorden van het land diverse vestigingen heeft, draaide in 2012 een omzet van iets meer dan 10 miljoen euro, met een bruto bedrijfsresultaat van zo'n 7 ton. Sinds kort heeft het bedrijf dus ook een beursnotering, door in het 'lege' aandeel Vivenda te stappen. Het is aan het Damrak een tijdje geleden dat er een Nederlandse nieuwkomer te zien was. Inverko wil de beursnotering gebruiken als springplank voor groei in een sector die in een stroomversnelling zit. De toegang tot de kapitaalmarkt die het Inverko oplevert, moet het mogelijk maken te groeien door overnames. Daarbij gaat het Inverko erom zijn positie in de recyclingketen te versterken. Het bedrijf wil door de hele afvalketen heen, van vuilcontainer tot eindproduct, een sterke positie opbouwen.
Visie op circulaire economie
Achter deze wens gaat een visie op de circulaire economie schuil, legt Alssema uit. ‘We willen uitbreiden met bedrijven die eindproducten maken waar onze grondstoffen in kunnen. Je kunt zo alle grondstoffen die je produceert in je eigen producten inzetten en echt een gesloten kringloop realiseren. Je gebruikt afval opnieuw in de regio.’ Met de mogelijkheid om afval lokaal een nieuwe bestemming te geven denkt Alssema richting gemeenten een sterk verkoopargument te hebben.
Nu al belangrijk
Gemeenten zijn nu al belangrijke spelers op de afvalmarkt. In 2015 groeit hun rol verder als ze de verantwoordelijkheid krijgen voor de verwerking van hun eigen kunststofafval. Gemeenten moeten dan van hun afvalbergen af, en Inverko helpt hen daar graag bij. ‘Uiteindelijk gaan we een nieuw product in de markt zetten voor gemeenten. We gaan ons palet van kunststofproducten uitbreiden. We willen meer concrete producten maken die gemeenten kunnen gebruiken, zoals kunststof lantaarnpalen, banken en grasbakken. Dat is dus de circulaire economie.’
Geen garanties
Dankzij de beursnotering heeft ook de particuliere belegger sinds kort dus de mogelijkheid om geld te investeren in een bedrijf dat een businessmodel heeft gebouwd rond de circulaire economie. De koers heeft het sinds de introductie van Inverko goed gedaan. Beleggers lijken er een voorschot op te nemen dat Inverko de beloftes gaat inlossen. Daarbij geldt wel altijd de beurswijsheid dat resultaten uit het verleden natuurlijk nog geen garanties voor de toekomst bieden. En dat geldt óók nog steeds als het gaat om een duurzame onderneming…