Microsoft wordt intens geháát, door pc-fabrikanten, door Apple-aanhangers, door software-ontwikkelaars, en vooral ook door journalisten. Je zou verwachten dat het imago van de softwaregigant uit Seattle inmiddels behoorlijk averij heeft opgelopen.
Niet dus. De aanwezigheid van Microsoft op pc-systemen over de hele wereld wordt alleen maar groter en er zijn weinig aanwijzingen voor dat 'gewone gebruikers' daar veel moeite mee hebben. Critici vinden dit een drogreden, want door onoorbare praktijken van Microsoft zouden die gewone gebruikers niet in staat zijn om een realistisch oordeel te vellen. Het is immers knap lastig een pc op de kop te tikken die lekker draait op alternatieve programma's.
Dat argument kun je van twee kanten bekijken. Mogelijkerwijs is dat ook de reden waarom het Amerikaanse ministerie van Justitie twee weken geleden besloot tot een voor de beklaagde partij niet onfortuinlijke schikking in het slepende proces over vermeend misbruik van marktdominantie. Microsoft moet weliswaar onderdelen van zijn broncode prijsgeven en pc-fabrikanten toestemming verlenen om concurrerende software op hun apparaten te mogen installeren, maar de gevreesde ontbundeling van populaire computerprogramma's of – nog erger – een ontmanteling van het hele bedrijf is van de baan. Microsoft heeft weer eens flink gezwijnd, zo klonk het direct na de bekendmaking van de schikking in Gates cs. onwelgevallige kringen.
Toch heeft de Amerikaanse overheid een wijs besluit genomen. Microsoft mag gerust op zijn vingers worden getikt voor al te agressieve verkoopmethoden, zoals het verbieden aan pc-fabrikanten om programma's van derden mee te sluiten. Hoewel je natuurlijk zou kunnen opwerpen dat de Dells, Compaqs en HP's van deze wereld evenzo goed met andere leveranciers van besturingssoftware in zee kunnen gaan. Het probleem is alleen dat dergelijk spul nauwelijks te slijten is. Heel de wereld wil nu eenmaal Windows. Niet noodzakelijkerwijs omdat Windows de hemel op aarde is, maar omdat Windows is uitgegroeid tot dé pc-standaard, waarvoor de meeste en de beste toepassingen beschikbaar zijn.
Met 95 procent marktaandeel in besturingsprogramma's voor de pc is Microsoft een uitzonderlijk dominante partij, maar dat maakt het bedrijf nog geen monopolist. Alleenrecht – het woord zegt het al – is een formele gunning om zonder concurrentie te opereren, doorgaans verleend door een staatsinstelling. Microsoft daarentegen heeft zijn sterke marktpositie zonder institutionele hulp opgebouwd. Gates is meester in het leentjebuur spelen bij concurrenten, en nóg beter in strategie en marketing. Daardoor is hij er wél in geslaagd om op basis van marktaandeel een technologische standaard neer te zetten, en rivalen als Apple, IBM en Sun Microsystems niet.
De feitelijke aanklacht tegen Microsoft betreft het misbruiken van een leiderschapspositie in besturingssystemen om ook op andere markten een dominante plek te verwerven. Da's curieus. Net zo goed kun je volhouden dat het zakelijk gezien magistraal is om bijproducten, van Internet Explorer tot Media Player, zo vlekkeloos aan je hoofdproduct te koppelen, dat het de moeite niet loont om spul van de concurrentie te overwegen.
Óók om die reden is Microsoft geen monopolist. Monopolisten hebben een geboren aanleg voor gemakzucht en luiheid, en dat is zowat het laatste waar je Bill Gates en zijn adjudant Steve Ballmer van kunt betichten. Voor Microsoft zijn de afgelopen procesjaren zonder meer afmattend geweest, maar juist in deze periode heeft het software-imperium een duizelingwekkende reeks nieuwe producten, projecten en meesterplannen aangekondigd. De concurrentie heeft intussen weinig anders gedaan dan publiekelijk gemord over het zakenethos van Microsoft. Tot een daadwerkelijk beter, gebruiksvriendelijker en slimmer aan de man gebracht alternatief voor de Windows-familie is het ook in de afgelopen jaren niet gekomen.
Inmiddels maakt Brussel zich op om Microsoft eens flink aan te pakken. EU-commissaris Mario Monti hoopt daardoor onsterfelijk te worden. Dat is natuurlijk een ziekelijke houding, maar daarnaast ook volledig buiten zijn boekje gegrepen. Monti's portefeuille heet immers mededinging, en zijn belangrijkste taak is het toetsen van fusies en overnames die onvoordelig kunnen uitpakken voor de concurrentieverhoudingen in strategische bedrijfstakken. Microsoft is er zonder noemenswaardige acquisitie in geslaagd een gigantisch marktaandeel te verwerven. Zo'n bedrijf geef je toch geen straf?