Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

“Brabantse ontslagregeling: compensatie reputatieverlies”

Enkele Brabantse ambtenaren mogen zich gelukkig prijzen. Ze werden de laan uitgestuurd met riante afvloeiingsregelingen. “Het gaat hier waarschijnlijk om een slechte onderhandeling,” reageert een verontwaardigde Guus Heerma van Voss, hoogleraar sociaal recht aan de Universiteit Leiden.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Afgelopen week werd bekend dat de Provincie Brabant in 1983 een afdelingshoofd de laan uitstuurde wegens ‘ongeschiktheid om andere redenen dan ziekte’. In plaats van een tweejarige uitkering, krijgt hij tot zijn 65ste (in 2008) een welvaartsvaste uitkering. Bovendien heeft de provincie voor ruim 150.000 euro zijn huis gekocht om deze met 50.000 euro verlies te verkopen. Ook de eerste vrouwelijke directeur mag niet klagen na haar ontslag. Zij bleef tot haar vervroegde pensionering op de loonlijst staan met 55 procent van haar salaris en verhuisde naar Frankrijk.

Verklaring
“Het is een ambtelijke overeenkomst, een onderhandeling tussen gemeente en provincie.” Heerma van Voss zoekt naar een logische verklaring, gezien het feit dat tot nu toe niemand de ware reden van de regelingen weet. “De advocaat heeft waarschijnlijk uitgerekend wat het afdelingshoofd zou hebben verdiend tot aan zijn pensioen en dat bedrag geëist. Hij had verwacht dat ze met een tegenbod zouden komen, waarover onderhandeld kon worden. In plaats daarvan werd de eerste eis geaccepteerd.”

Onverantwoord
Heerma van Voss kan zich voorstellen dat de provincie besefte dat een schadevergoeding op zijn plaats was. “Maar waarom zo hoog? Het lijkt onverantwoord. Zeker een topman kan volgens mij zo een nieuwe baan krijgen. Eventueel kan uitgerekend worden wat iemand minder gaat verdienen bij zijn volgende baan en daar een eenmalige vergoeding tegenover stellen.” Voor deze regeling zijn volgens hem twee opties mogelijk: “Het gaat hier of om slecht onderhandelen of een hele goede reden die ik niet kan bedenken.”

Bedrijfsleven
CDA-gedeputeerde Paul Rüpp geeft als enige verklaring in het Eindhovens Dagblad dat in sommige gevallen regelingen nodig zijn. Vrijdag geeft hij tekst en uitleg over deze kwestie aan de provinciale staten. “Een werknemer vergiftigt zijn werkomgeving zo dat verder functioneren onmogelijk is. Maar er is onvoldoende reden voor ontslag op staande voet. Dan maak je soms afspraken. Ook in het bedrijfsleven gebeurt dat.”

Zakelijker
“Het bedrijfsleven is meestal zakelijker ingesteld,” geeft Heerma van Voss als reden waarom dit soort regelingen volgens hem niet snel in het bedrijfsleven zullen voor komen. “Soms worden van te voren afspraken gemaakt, dat gebeurt vooral bij riskante functies zoals een topman die aangesteld wordt om een bedrijf uit de slop te trekken. Je hebt dan een goed iemand nodig, waarmee je vooraf een bedrag afspreekt dat diegene ook krijgt als het niet lukt. Die topman heeft toch een risico op reputatieverlies.”

Vragen
Heerma van Voss kan zich niet voorstellen dat nu meer van dit soort regelingen aan het licht komen. “Ik geloof dat ik niets raarders gehoord heb dan dit. Het lijkt mij een vrij uniek geval. Het is wel goed dat het bekend is geworden, nu kun je er vragen over stellen. Bijvoorbeeld of één iemand dit besluit heeft genomen of dat er goede adviseurs bij waren. Ik denk dat het laatste woord hier nog niet over gezegd is.”