Ambtenaren en onderwijzers met een 38-urige werkweek zijn in werkelijkheid slechts 36,3 uur per week productief. De overheid is de sector waar relatief de meeste uren verloren gaan door ziekteverzuim en kort verzuim zoals tandartsbezoek.
Vandaag publiceerde het Centraal Bureau voor de Statistiek het verloop van overuren en verliesuren voor diverse sectoren. Gekeken werd naar het saldo tussen de verloren gegane uren en het aantal uren dat betaald of onbetaald wordt overgewerkt.
Het urenverlies voor heel Nederland kwam in 2004 uit op bijna vijf procent, daar staat een kleine drie procent aan overuren tegenover. Per saldo werd er vorig jaar dus bijna twee procent minder gewerkt dan contractueel is vastgelegd.
Opvallend zijn de grote verschillen tussen de branches. In de sector vervoer en communicatie wordt veel overwerk verricht: bijna acht procent. De meeste overuren komen voor rekening van het wegvervoer. In de bouwnijverheid is het urenverlies het grootst, namelijk zeven procent. Daarbij speelt weerverlet een rol.
Het saldo van meer en minder werk is het laagst bij de overheid (incl. onderwijs). Tegenover 0,8 procent overwerk staat ruim 5,3 procent uurverlies. Dat betekent dat 4,5 procent van de overeengekomen werktijd verloren gaat. Van een 38-urige werkweek blijft zo 36,3 uur over, een 40-urige werkweek komt in werkelijkheid neer op 38,2 gewerkte uren. (PvL)
