Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Is straks iedereen zzp’er?

Het thema arbeidsmarkt staat vol in de aandacht. Hoe gaat de arbeidsmarkt er in de toekomst uitzien? Podiumauteur Karin Tempelaar schetst een beeld ervan. 

In de afgelopen week stond het thema ‘arbeidsmarkt’ volop in de belangstelling. Te midden van deze meningen, onderzoeksresultaten en nieuwsberichten viel één publicatie over de arbeidsmarkt mij in het bijzonder op. Dat was het manifest Naar een nieuw Dutch Design voor flexibel én zeker werk (pdf). Opvallend, omdat het rapport niet een van de vele onderzoeken is die wekelijks over het internet worden uitgestort. Opvallend, omdat het een serieuze poging is om een droom voor de toekomst te schetsen. In ieder geval, de toekomst van de arbeidsmarkt.

Uitgangspunten

Een greep uit wat er zoal over de arbeidsmarkt is geschreven afgelopen week: 
– In zijn rubriek ‘Lullen of poetsen’ schreef MT-redacteur Arjan Zweers de column 
Demotie houdt oudere aan het werk;

– Ben Tiggelaar schreef voor NRC de column 55 Plus. Wat nu?;

– NRC besteedde er ook aandacht met de interessante longread over het slopende, vernederende, slecht betalende werk in een internetwarenhuis;

– Op de debat-site Sociale vraagstukken verscheen Toeleiding naar werk: beter een stok dan een wortel;

– Onder de kop Latent werkzoekende durft niet van baan te wisselen publiceerde Managersonline.nl de resultaten van onderzoek naar arbeidsmobiliteit.
De schrijvers van het manifest dromen van een inclusieve participatiemaatschappij. Oftewel, een maatschappij waaraan iedereen een bijdrage levert en met die bijdrage een boterham kan verdienen. Die maatschappij zou moeten voldoen aan deze idealen:

  • “Geen afruil tussen enerzijds flexibiliteit en anderzijds productiviteit, kwaliteit en innovatie” – flexibiliteit is dus prima zolang het maar duurzame en hoogwaardige diensten en producten oplevert;
  • “Geen tweedeling op de arbeidsmarkt maar verdere emancipatie en empowerment van werkende mensen” – alle werkenden moeten toegang hebben tot scholing en gelijk behandeld worden als het gaat om arbeidsongeschiktheid, pensioen en hypotheek;
  • “Geen onnodige complexiteit, onduidelijkheid en belemmeringen” – oftewel, houd het simpel en houd het eerlijk.

Met deze uitgangspunten is het volgens de opstellers van het manifest mogelijk de flexibele schil van organisaties te verduurzamen.

Flexibiliteit blijft

De verduurzaming van de flexibele schil is volgens het manifest hard nodig, want flexibility is here to stay. De analyse van de arbeidsmarkt sinds de jaren 90 van de vorige eeuw laat zien dat een steeds kleiner aantal werkenden een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft. De groep zonder vaste arbeidsovereenkomst kent zeer diverse contractvormen, waaronder:

  • arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd
  • payrolling
  • uitzendwerk
  • contracting
  • ZZP’ers/ondernemers
  • Op/afroepcontract

Het manifest gaat op al deze vormen in en benoemt voor- en nadelen. Interessanter is de onderverdeling in 4 groepen die het manifest geeft van ‘zelfstandigen’:

  1. Deeltijd-zelfstandigen: mensen met een onderneming naast een (deeltijd)baan;
  2. Bewuste zelfstandige: mensen die bewust gekozen hebben voor het ondernemerschap;
  3. Topzelfstandige: een kleine bovenlaag van ‘traditionele zelfstandigen’, zoals advocaten en medisch specialisten;
  4. Onzelfstandigen: mensen die afhankelijk zijn van 1 grote opdrachtgever en een inkomen hebben op of onder bestaansminimum.

Deze laatste groep is de probleemgroep volgens het manifest (en wordt ook vaak aangevoerd als argument tegen flexibilisering van de arbeidsmarkt, zie bijvoorbeeld deze reactie op nrc.nl). Voor deze groep – 5 tot 10 procent van alle zelfstandigen – heeft de flexibiliteit alleen nadelen.

Het manifest legt overigens ook bloot welke nadelen er kleven aan vaste contracten, voor de werkenden en voor de werkgevers. Als flexibiliteit op de arbeidsmarkt geen hype is, maar een blijvende en toenemende ontwikkeling, dan is er meer nodig dan vasthouden aan de (schijn?)zekerheid van het contract voor onbepaalde tijd. Daarom gaat het manifest ook verder dan een bespreking van mogelijke andere contractvormen en benoemt het 2 andere belangrijke thema’s, namelijk sociale zekerheid (wat ik in deze blogpost verder buiten beschouwing laat) en scholing & ontwikkeling.

Scholing en ontwikkeling

Voor een flexibele en hoogwaardige arbeidsmarkt is scholing een belangrijke vereiste. Dat houdt niet op bij het verlaten van het beroepsonderwijs, maar blijft het hele werkzame leven van belang. In de praktijk hebben flexibel werkenden moeilijker toegang tot scholing dan werkenden met een contract voor onbepaalde tijd. Hiervoor doet het manifest onder andere deze suggesties:

  • Fiscaal aantrekkelijke onderwijstoelagen
  • Spaarregelingen voor duurzame inzetbaarheid
  • Introductie van ‘arbeidsmarktkunde’ in het onderwijs
  • Ontwikkeling van ePortfolio’s, al vanaf het middelbaar onderwijs

Daarnaast gaat het manifest in op het belang van een lerende cultuur in organisaties. Scholingsfondsen kunnen helpen bij de ontwikkeling van algemene vaardigheden, waardoor medewerkers hun mobiliteit tussen sectoren vergroten. Bovendien waarschuwen de opstellers overigens voor een ander risico: Op het grensvlak van organisaties kan de neiging bestaan om informatie onder de pet te houden en kennis niet te delen.

Daarom hechten de opstellers belang aan vertrouwen en kwaliteit op de arbeidsmarkt. Zij maken daarbij geen verschil tussen werkgevers en opdrachtgevers: ook zelfstandigen zouden zich verder moeten kunnen ontwikkelen door de opdrachten waaraan ze werken. Leerzaam werk voor alle werkenden is immers een belangrijk doel.

Rol van HR

Het manifest gaat in op de bijdrage van HR aan de flexibilisering van de arbeidsmarkt. Deze bijdrage richt zich met name op de scholing en ontwikkeling van werkenden. Er is, op afstand of nabij, een ‘facilitator’ die, preventief en/of curatief, de werkende en de werkgever/opdrachtgever bijstaat in de optimale benutting en ontwikkeling van hun werk/leerrelatie. Binnen bedrijven is dit doorgaans de HR-adviseur. In dit toekomstscenario houdt HR zich niet alleen meer bezig met de medewerkers in vaste dienst, maar ook met de mensen in de flexibele schil. De leer/werkrelatie tussen werkende en organisatie – Het Nieuwe Leren – is de kern van dit vernieuwde HR.

Flex en zeker

Flexibiliteit is volgens de opstellers van het manifest geen doel op zich, maar [een] middel om werk- en inkomenszekerheid [voor mensen] en een sterke markt- en concurrentiepositie [voor bedrijven] te behouden. Hoewel de voorstellen zich ook richten op het flexibeler maken van wat nu ‘vast’ is, gaat het op een aantal punten vooral uit van de huidige norm, de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. De voorgestelde suggesties zijn reparaties. Het is de vraag of reparaties alleen voldoende zijn of dat de huidige ontwikkelingen op de arbeidsmarkt zullen leiden tot een nieuwe norm, een nieuwe invulling van arbeidsverhoudingen.

Het meest interessante deel van het manifest vind ik daarom het onderdeel over de scholing. Hierin komen de bijdrage van onderwijs, overheid en organisaties aan de arbeidsmarkt het duidelijkst samen. ‘Een leven lang leren’ wordt nadrukkelijk gepresenteerd als nieuwe norm voor scholing en ontwikkeling. Werkenden en werkgevers/opdrachtgevers hebben hierin een gezamenlijke verantwoordelijkheid. 

In de woorden van het manifest: iedereen heeft recht op werk dat perspectief biedt, en iedereen heeft tevens de plicht om het eigen werk zo in te richten dat hij/zij perspectief blijft houden. Het bedrijfsbeleid ziet toe op leerzaam werk, en werknemers zijn medeverantwoordelijk voor het hebben en houden van voldoende leerzame uitdaging in het werk. Leren en ontwikkelen zijn een vanzelfsprekend onderdeel van gesprekken tussen werkenden en werkgevers/opdrachtgevers, dus ook in het geval van zzp’ers.

Aan de realisatie van deze droom lever ik graag een bijdrage.

 

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Eerdere bijdragen:

Over de auteur:
Dit Podiumartikel is geschreven door Karin Tempelaar, adviseur communicatie en kennisdeling van adviesbureau Lumax Producties

Over het podium: 
Ook uw visie geven op ontwikkelingen binnen uw vakgebied? Plaats een artikel op 
MT Podium. Log in op mt.nl/profiel en voeg onder 'activiteiten' uw artikel toe. Interessante bijdragen worden meegenomen in de nieuwsbrief en op home geplaatst. MT Magazine publiceert bovendien periodiek 'Het beste van MT Podium'