Oefen je regelmatig jouw pitch? Stop daarmee. Volgens Podiumauteur Tini Worp is netwerken veel effectiever wanneer je jouw gesprekspartner met een goed gevoel achterlaat.
Waarom wil je graag pitchen? Om te vertellen wie je bent, wat je doet en waar je goed in bent. Het gaat erom de ander te verleiden om van jou te kopen of jou aan te bevelen bij anderen die mogelijk van jou gaan kopen.
Oefenen
Een veel gehoorde tip is: vooral oefenen en oefenen om je pitch altijd paraat te hebben. Daar zet ik de volgende kanttekeningen bij:
1. Waarom moet je oefenen om te vertellen wie je bent? Ik mag hopen dat je dat wel weet. Als je niet weet wie je bent, zou ik mijn energie daarin gaan stoppen. Wat breng je over als je niet weet wie je bent, zou je gesprekspartner het dan wel weten na jouw pitch?
2. Mensen voelen meteen aan of je vanuit je hart spreekt of dat je een ingestudeerd verhaal afsteekt. Het is juist dat gevoel dat bij ze blijft hangen, niet zozeer de woorden die je spreekt. Communicatie is voor 93% non-verbaal en dus slechts voor 7% verbaal. Hoeveel % denk je dat er van jouw woorden blijft hangen?
3. Als je bezig bent je pitch ‘uit te zenden’, ben je vooral met jezelf en jouw verhaal bezig. Dit kom ik maar al te vaak tegen op netwerkbijeenkomsten. De ander zal zich daardoor niet gehoord voelen.
Geef een goed gevoel
Een goede pitch krijg je dus niet door veel te oefenen. Als je wilt dat je gesprekspartner na een week nog steeds weet wie jij bent, moet je ervoor zorgen dat hij een goed gevoel bij jou heeft gekregen. Het is het gevoel dat, zoals gezegd, blijft hangen. Maar hoe krijgt iemand een warm gevoel bij jou? 4 tips:
1. Begin met oprechte interesse in je gesprekspartner te tonen en vraag hem bijvoorbeeld wat maakt dat hij zijn werk zo leuk vindt. Je zult zien dat je een heel ander gesprek krijgt.
2. Wees bereid om te helpen. Daarmee bedoel ik niet dat je ongevraagd advies moet gaan geven. Dat roept juist irritatie op. Denk aan de dramadriehoek uit de transactionele analyse. Je kunt wel vragen of je de ander ergens mee kunt helpen, dan laat je het aan hem over of hij er gebruik van maakt.
3. Als je gesprekspartner je vraagt wat jij doet, vertel dan heel kort wat je doet (zoals welke problemen je oplost) en vooral waarom je het doet; waarom je het zo leuk vindt om datgene te doen waar je je werk van hebt gemaakt.
4. Als je na het gesprek je gesprekspartner uitnodigt om te linken op Linkedin, maak er dan een persoonlijke uitnodiging van. Refereer aan het gesprek dat je hebt gehad, haal dit zinnetje in ieder geval altijd weg: “I’d like to add you to my network” (of de Nederlandse versie daarvan).
Conclusie
Het gaat dus vooral om het interpersoonlijke contact. Wees bereid om te geven (zoals je hulp en kennis) en wees bereid om te ontvangen (door te luisteren). Dan bouw je een goed netwerk op.
Over de auteur:
Dit Podiumartikel is geschreven door Tini Worp, ondernemerscoach, counselor en eigenaar van Primeres.
Over Podium:
Ook uw visie geven op ontwikkelingen binnen uw vakgebied? Plaats een artikel op MT Podium. Log in op mt.nl/profiel en voeg onder ‘activiteiten’ uw artikel toe. Interessante bijdragen worden meegenomen in de nieuwsbrief en op home geplaatst. MT Magazine publiceert bovendien periodiek ‘Het beste van MT Podium’.