Vorige week vond de businessplancompetitie van Intel Capital plaats in Dublin. Voor de 8ste keer. Het is een leerzame en relevante competitie voor techstartups waarvan de ondernemers nog in de schoolbanken zitten of er net uit zijn. 3 dagen lang werden 24 teams door de mangel gehaald en sommigen gingen naar huis met een volledig herzien businessplan. 5 winnaars (zie hieronder) mogen door naar de wereldwijde finale in Berkeley, Californië later dit jaar. Wat de starterswedstrijd relevant maakt is niet alleen de 50.000 dollar cash voor de winnende pitch, maar vooral de kans om feedback te krijgen van mensen die op een absolute wereldschaal naar producten kunnen kijken. Intel Capital zelf investeert niet in de winnaars, maar er lopen genoeg investeerders rond die deelnemers scannen.
Matige Nederlandse bijdrage
De kwaliteit van de startups was hoog. Behalve van die uit Nederland: al voor het 3e jaar op rij leverde ons land een matige bijdrage aan de competitie. De enige Nederlandse inzending was Random Break: de zoveelste boekingssite voor reizen, uit het brein van een in Nederland studerende Italiaan. Giuseppe Lacerenza is een heel sympathieke ondernemer en heeft een even zo vriendelijk team, maar kon met zijn boekingsplatform tijdens de pitches geen moment serieus concurreren met de andere deelnemers. Hij moest zich bijvoorbeeld nog aanmelden bij een incubator terwijl enkele concurrenten al bijna klaar zijn om de wereldmarkt op te gaan met hun technologie.
Het lijkt wat dat betreft wel het Eurovisiesongfestival in Dublin. De wedstrijd roept patriottisme op, alleen dringt Nederland maar niet door tot de finale. Random Break was na de tweede dag uitgeschakeld. En net als bij het songfestival verbaas je je ieder jaar weer over de inzendingen. Drie jaar geleden vertegenwoordigde Vooxl onze startupnatie, een app voor audiotours, vorig jaar was Nederland helemaal niet vertegenwoordigd doordat de inzendingen niet door eerste inschrijvingsronde kwamen. ‘Ik reken het ons niet aan, de wedstrijd is hier gewoon niet bekend genoeg’, zegt Nick Schoenmakers van Jong Ondernemen, de officiële partner van de wedstrijd in Nederland. ‘Je moet de mensen een beetje kennen. We willen wel meer werk gaan maken van de promotie volgend jaar’.
Het kan beter
Onze observatie is dat het inderdaad wel wat beter kan. Want wat valt op: de landen met een actieve lokale partnerorganisatie voor de wedstrijd leveren ook de meeste kandidaten. In die landen lijken ook Intel-mensen zich hard te maken voor de selectie. Zo was de Deense finalist Biorepeller door Intel zelf benaderd om mee te doen. Het Scandinavische land leverde vorig jaar de winnaar en is iedere keer vertegenwoordigd met twee of meer heel goede deelnemers.
Hoe dat selectiespel werkt, was goed te zien aan Italië. Dat land was vorig jaar afwezig. Dit jaar leverde het 7 van de 24 kandidaten. Ook de winnaar was uiteindelijk Italiaans. Vanuit partnerorganisatie Scula Superiore Sant’Anna, een Italiaanse universiteit, heeft assistent professor in management Alberto di Minin zich opgeworpen als promotor voor de prijs. Hij heeft het nu zelfs voor elkaar dat de volgende Business Challenge in Rome wordt gehouden.
Startups moeten zich online aanmelden, maar Di Minin organiseerde eind vorig jaar al een voorbereidende lokale wedstrijd – mede gefinancierd door Intel. Zo heeft hij 15 goed geselecteerde kandidaten mogen aanleveren.
Hopelijk werpt iemand in Nederland zich volgend jaar op eenzelfde manier op, want de post-Intel Challenge-kater is net zo schaamtevol als die bij het songfestival.
Dit zijn de 5 winnaars die doorgaan naar de wereldfinale.
1e plaats: Sensing ElectroMagnetic Plus (Sem+). De Italiaanse startup levert een nieuwe touchscreentechnologie die veel beter dan de bestaande types op verschillen in druk reageert, ook bij flexibele schermen. Het maakt touchscreenbediening driedimensionaal. De jury sprak van een enorm schaalbare oplossing voor een concreet probleem, met ongekende mogelijkheden in de consumentenmarkt. Ze moeten bij Sensing wel snel zijn, want IP in deze business zegt tegenwoordig nog weinig.
2e plaats: Excalibur (Slowakije): heeft een digitaal paspoort – inloggen op websites- bedacht en maakt daarbij gebruik van de smartphone om de digitale sleutel te activeren. De jury was onder de indruk van de gebruiksvriendelijkheid van de oplossing en de snelheid waarmee het zou kunnen opschalen (via telco’s die authorisatie in winkels verzorgen).
3e plaats: Gameleon (Roemenië): levert gamedevelopers een ontwikkelplatform dat vele malen goedkoper is en sneller dan bestaande oplossingen. De jury vond het platform een winnaar, omdat er nog geen goede oplossing is voor de massamarkt van kleine onafhankelijke spelontwikkelaars.
4e plaats: Tensive (Italië): heeft biomateriaal ontwikkeld dat kan worden ingezet voor botherstel, maar ook als alternatief zou kunnen dienen voor de huidige siliconen borstimplantaten. Het bijzondere: het materiaal kan bloedvaatjes nabootsen, waardoor het weefsel eromheen meer zuurstof krijgt en ook sneller herstelt. De jury was lovend, maar raadde ook aan om volledig te gaan voor de borstimplantaten, want in die markt heeft de startup mogelijk een product te pakken dat echt anders is dan al het bestaande. Het kan een ware cashcow zijn.
5e plaats: Biorepeller (Denemarken): heeft door middel van nanotechnologie een coatinglaagje gefabriceerd die helpt te voorkomen dat bacteriën zich hechten aan de oppervlaktelaag. De startup richt zich in eerste instante op de markt voor katheters om infecties te helpen voorkomen. De startup maakt voor het laagje gebruik van twee bestaande polymeren. Het innovatieve eraan is ‘de lijm’ waarmee het dat laagje weet te bevestigen. Op die technologie is een patentaanvraag in de maak.