Daarin onderzoekt het fonds de zogeheten potentiële groei van de rijke landen. Die ligt in de periode tot en met 2020 met 1,6 procent per jaar weliswaar hoger dan de groei van de afgelopen jaren, maar is veel lager dan in 2001 tot en met 2007. In die jaren, en in de jaren negentig, werd volgens het IMF geprofiteerd van de ,,exceptionele” uitvindingen op het gebied van ICT.
De lage groei betekent dat de levensstandaard minder snel zal stijgen dan vroeger en maakt het lastiger voor landen om hun financiën op orde te houden. Om problemen te voorkomen kunnen onderzoek en ontwikkeling worden gestimuleerd met goede patentsystemen en belastingvoordelen. Verder moeten er maatregelen worden genomen om de gevolgen van de vergrijzing op te vangen, aldus het IMF.