Voorjaar 2009: Michel Kappen onderhandelt met de Schotse whiskymaker Springbank over de aankoop van twee zeldzame flessen uit het jaar 1919. De prijs komt uit op 14.000 pond per stuk. Niet lang daarna staan de flessen in Nederland. Niet om de collectie van een anonieme Nederlandse koper te complementeren, maar om zijn beleggingsportefeuille verder te versterken.
Het charme- en marketingoffensief van drankreuzen Diageo en Pernod Ricard, heeft de populariteit van whisky en in het bijzonder die van de oude up market single malts opgejaagd tot historische hoogten. Tel daarbij de tientallen destilleerderijen die gesloten werden door de twee pletwalsen en je zit in een markt die gekenmerkt wordt door schaarste. Kappen doorzag die ontwikkeling al vroeg en lanceerde in november 2007 The World Whisky Index (WWI) – de eerste beurs voor whisky. Een marktplaats waarbij Kappen zowel marktmeester als beleggingsadviseur is. Op dit moment heeft hij voor drie miljoen belegd vermogen uitstaan. Dat kan tegen het einde van het jaar groeien naar zes miljoen euro. Binnen tien jaar denkt hij op twintig miljoen euro belegd vermogen uit te komen.
Zwaartepunt van de beleggingsportefeuille ligt bij whisky’s uit de jaren zestig en die van gesloten destilleerderijen. “We richten ons op bijzondere Schotse single malts, uiteindelijk niet meer dan 0,2 procent van het totale aanbod”, vertelt Kappen. “Whisky is niet anders dan onroerend goed, het is een keihard, waardevast investeringsproduct.” De cijfers geven hem vooralsnog gelijk. Vorig jaar draaide de WWI een gemiddeld rendement van 19 procent. Het gecashte rendement lag zelfs op 32,7 procent.
We ontmoeten Kappen in het Schotse Huntley waar hij een groep potentiële investeerders langs een aantal destilleerderijen leidt. De koper van de twee flessen Springbank is ook aanwezig. “Ik ben echt geen type die een fles van duizend euro opentrekt, maar er zijn mensen die dat wél doen. Beleggen doe je voor het rendement, maar ook omdat ik het erg leuk vind.”
Het gros van de whisky-investeerders bemoeit zich volgens Kappen niet met de portefeuille. “De meesten zeggen: hier heb je 25.000 euro, zoek het maar uit.” Zelf investeert hij niet in whisky. “Mijn core business is het analyseren van de markt. Ik moet voor mijn klanten kijken, niet voor mezelf.”
Ondernemer Nico Perdaan is na twee dagen reizen door de Schotse hooglanden voorzichtig enthousiast, maar hij wijst ook op een zwakte in de propositie van de WWI. “Alle kennis ligt bij Michel. Dat maakt de onderneming onnodig kwetsbaar. Bovendien vraag ik me af: is er wel een markt? Het is niet erg courant. Uiteindelijk maakt dat natuurlijk niet zoveel uit. Als je weet dat er nog drie flessen van een bepaalde whisky zijn en je zuipt er één op, dan wordt je belegging wellicht dubbel zoveel waard. Je moet dit ook niet alleen voor het geld doen. Als je niet van whisky houdt, moet je er niet in beleggen.”
De kleine organisatie is niet het enige risico: Zoals bij iedere investering moet je ook bij whisky rekening houden met dalende prijzen. Dat brengt de fysieke investering verder niet in gevaar. Die is ondergebracht in een stichting. Mocht de WWI in de problemen komen, dan is de kostbare voorraad onaantastbaar voor schuldeisers. Bovendien, en dat is wellicht het grootste voordeel, vertegenwoordigt een whiskyverzameling geen waarde voor de fiscus.
Een paar maanden na de Huntley-trip hebben bijna alle deelnemers geïnvesteerd. Zelfs whiskyhater Ben Schelvis van Schelvis Infra, die in Schotland geen glas aanraakte – “Ik vind het echt smerig. Maar met aandelen heb ik ook geen affiniteit. Ik ga me eerst eens in de getallen verdiepen” – overweegt een portefeuille op te bouwen.
Ondertussen zit The Whisky Talker, zoals Kappen zich pleegt te noemen, niet stil. Hij wil presentaties gaan geven bij toprestaurants over het beleggen in whisky, hij verbouwt zijn oud-industriële bedrijfspand tot vergader- en eventlocatie en eind dit jaar lanceert hij zijn eigen label – Mo Or (mijn goud, red.). Waarbij beleggers kunnen intekenen op een vat exclusieve whisky die in gelimiteerde oplage en exclusieve verpakking op de markt komt. “De serie wordt beperkt tot 125 vaten van 125 destilleerderijen in een oplage van 125 flessen. Het is de kroon op mijn werk.” Internationale expansie lonkt. De WWI heeft de eerste buitenlandse partner gevonden in het Belgische Fides. In september vertrekt The Whisky Talker met de eerste groep (vermogende) Belgen naar Schotland. En die flessen van 14.000 pond? Eén van de twee staat inmiddels genoteerd aan de World Whisky Index. Huidig bod: 47.500 euro. (RB)
Vluchtig in het vat: Angel Share
Eenmaal in de fles verandert de samenstelling van whisky, anders dan bij wijn, niet. Dat is anders als u in vaten investeert. Gemiddeld verdampt er ieder jaar 1,2 procent van de inhoud. Die Angel’s Share is goed te ruiken in de dampige opslagplaatsen voor whisky. Meer weten over whisky in het algemeen? Lees de Whisky Bible van Jim Murray – 3.850 whisky’s besproken en beoordeeld. Meer geïnteresseerd in exclusieve single malts? Lees dan Ulf Buxrud’s Rare Malts – facts, figures and taste.