Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

5 juridische valkuilen voor startups

Een verkeerde rechtsvorm of het (niet correct) vastleggen van afspraken kunnen een startup de das omdoen. Sprout-expert en jurist Paul Hendriks behoedt je voor 5 belangrijke juridische valkuilen.

Commercieel en operationeel heb je alles tot in detail doordacht. Het doel is simpel. Jouw startup moet een succes worden. Enthousiast ga je dan ook aan de slag. Daarbij wordt echter vaak een belangrijk aspect vergeten: de juridische kant.

Zeker in de beginfase wordt hier nauwelijks aandacht aan besteed. Niet zo gek gezien de relatief hoge kosten voor een jurist, maar het kan een startup duur komen te staan. In deze blog vijf juridische pitfalls en hoe je deze voorkomt.

1. Verkeerde rechtsvorm

De startup moet worden gegoten in een rechtsvorm. Vanuit fiscaal oogpunt adviseert de accountant vaak een eenmanszaak of VOF. Om redenen van aansprakelijkheid adviseert de jurist daarentegen vaak een BV. Maar wat is wijsheid? Zeker in de beginfase van de startup waarin nog weinig winst wordt gemaakt, kan je vanuit fiscaal oogpunt beter kiezen voor een VOF of eenmanszaak. Verricht de startup echter risicovolle activiteiten, dan ligt de BV het meest voor de hand. Dit komt door de persoonlijke aansprakelijkheid van de founders.

Bij een VOF of eenmanszaak is de founder in privé naast de VOF of eenmanszaak aansprakelijk. Gaat de startup failliet, dan gaat ook de founder failliet. Een pitfall die je voorkomt door te kiezen voor een BV. Bij een BV is in beginsel alleen de BV aansprakelijk en niet de founder. Tenzij de founder het als bestuurder van de BV extreem bont maakt.

2. Inbreuk op intellectueel eigendomsrechten

Zonder dat je het weet, kan het voorkomen dat je inbreuk maakt op de merknaam van een ander. Totdat je hier op niet mis te verstande wijze op wordt gewezen. Dit kan uitmonden in een duur juridisch grapje. Deze pitfall voorkom je door simpelweg eerst te controleren of de door jou verzonnen merknaam al is geregistreerd (dat kan op Biop.int).

Als de merknaam nog niet is geregistreerd, kan je er overigens zelf voor kiezen deze te registeren en daardoor te beschermen. Naast het registeren van de merknaam, kan je er ook voor kiezen jouw logo, ontwerp en prototype te beschermen door registratie. Hiervoor is wel vereist dat het intellectueel eigendomsrecht niet te algemeen beschrijvend is, maar juist onderscheidend.

3. Financiële strop

Zonder geld, geen startup. Dat geld kan je op verschillende manieren krijgen. Dat kan eigen geld zijn of geld afkomstig van mensen die dicht bij je staan. De zogenaamde friends, fools and family. Maar ook externe financiers zoals de bank en (informal) investors zijn een optie. Om er zeker van te zijn dat de financier zijn uitgeleende geld terug krijgt, vraagt hij bijna altijd zekerheid van de founder zelf. Zeker als de startup de vorm van een BV heeft.

Soms gebeurt dat in de kleine lettertjes zonder dat je daar echt bewust van bent. Kan de startup niet betalen, dan klopt de financier bij jou in privé aan. Dit betekent misschien niet alleen het einde van jouw startup, maar levert ook jou een financiële strop op. Let dus op wat je tekent en laat je hierover goed adviseren.  

4. Geen of slechte afspraken tussen founders

Het gaat goed met de startup en de orders stromen binnen. Maar opeens ontstaat een verschil van inzicht tussen jou en jouw compagnon. Jij wilt explosief groeien, jouw compagnon wil de rem erop. Een impasse is een feit en de startup kan geen kant meer op. Wil je verder, dan moet je deze impasse doorbreken. Daarvoor zijn er allerlei mechanismes die je kunt vastleggen in een zogenaamde aandeelhoudersovereenkomst.

Van belang is dat dat gebeurt bij aanvang van de startup. Leg je deze mechanismes niet direct vast, dan is vaak de tijdrovende en dure gang naar de rechtbank de enige optie om een impasse te doorbreken.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

5. Overeenkomst niet schriftelijk vastgelegd

Nog steeds heerst het idee dat pas sprake is van een overeenkomst als deze op papier staat en is ondertekend. Dat is niet het geval. Een mondelinge overeenkomst is net zo hard als eentje op papier. Het grote verschil is dat je een overeenkomst op papier makkelijker aantoont.

Bij een mondelinge overeenkomst komt het aan op getuigenverklaringen, wat vaak leidt tot jouw woord tegen dat van de ander. Leg overeenkomsten met onder meer leveranciers, financiers en investeerders dan ook altijd schriftelijk vast en bevestig mondelinge afspraken bijvoorbeeld per e-mail.