Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Mijd een boom en – plok – je raakt hem

Soms doe je exact datgene dat je niet wilde doen. Je wilt bijvoorbeeld afvallen, probeert daarom niet aan de gevulde koelkast te denken, en na een urenlange kwelling waarbij je alleen maar aan eten denkt, kun je je niet langer inhouden.

 

Dat het controleren van ons eigen gedrag vaak moeilijk is, werd ooit prachtig verbeeld in Fawlty Towers. In een legendarisch geworden episode maakt hotelbaas Basil Fawlty duidelijk dat het belangrijk is in het bijzijn van de Duitse gasten niet te beginnen over de Tweede Wereldoorlog. "Don't mention the war!" Zoals te verwachten valt liep het Duitse bezoek volledig uit de hand. Basil praatte alleen nog over de oorlog, en eindigde met een  imitatie van Hitler, waarbij hij door zijn eigen restaurant – waar de Duitsers zaten te eten – marcheerde.

Hilarisch natuurlijk, maar waarom is het eigenlijk zo lastig om je eigen gedrag en gedachten onder de duim te houden? Dat komt omdat op het moment dat je iets níet probeert te doen,  er tegelijkertijd twee processen in werking treden. Het eerste is het operating process. Dit proces is erop gericht om andere dingen te doen of te denken dan datgene dat je niet wilt. Als je niet aan sigaretten wilt denken, omdat je net gestopt bent, zorgt het operating proces ervoor dat je jezelf afleidt met een goede film. Het operating process is bewust en heeft aandacht nodig.

Het tweede proces is het monitoring process. Dit proces controleert of het verboden gedrag of de verboden gedachte inderdaad nog wel succesvol onderdrukt wordt. Maar ironisch genoeg leidt dit proces er juist toe dat het gedrag of de gedachte extra actief wordt. Het monitoring process is onbewust en heeft geen aandacht nodig. En daar zit het probleem. Als beide processen goed werken is er niets aan de hand. Maar als het operating process niet genoeg aandacht krijgt – door afleiding bijvoorbeeld, of stress, tijdsdruk, een paar borrels – werkt het niet meer. Dan gaat het monitoring process overheersen. En dat proces stuurt juist de verboden ­gedachten naar je bewustzijn. ­

Ik had het laatst zelf nog. We hadden gasten en ik liep met vier (te) volle glazen wijn door de huiskamer, mezelf toefluisterend: "Niet knoeien, niet knoeien!". Het ging goed totdat ik afgeleid werd door de telefoon die overging. Meteen viel een aantal dikke druppels op de grond. Gelukkig was het witte wijn. Dit zogeheten rebound-effect – je probeert iets niet te doen en doet het daarom juist – zien we eigenlijk overal terug. Golfers die een boom proberen te vermijden, slaan bij de geringste afleiding de bal keurig  – plok – tegen de boom. Voetballers die bij een penalty gevraagd worden de linkerhoek te vermijden kunnen dat nog wel, maar tijdens de aanloop blijken ze juist naar die linkerhoek te kijken.

Als je mensen eerst vraagt om aan een oude liefde te denken, en halverwege aan de helft van de groep vraagt om juist níet meer aan hem of haar te denken, ervaart deze groep meer spanning dan de groep die gewoon mag doorgaan met het denken aan de oude vlam. Mannen die naar porno keken met de opdracht geen erectie te krijgen, kregen juist… U raadde het al. Schaam u dus voortaan niet als u uw gedachten weer eens niet onder controle heeft. Het is volkomen natuurlijk. Dat monitoring process, daar doe je niets tegen.

Ap Dijksterhuis is hoogleraar pychologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en mededirecteur van adviesbureau Dijksterhuis & van Baaren.