De directeur-grootaandeelhouder van een prachtig en goedlopend loodgieterbedrijf in Amsterdam vertelde mij onlangs dat hij geen loodgieters kan vinden.
Hij kan daarom ook niet groeien, terwijl er zat werk is, omdat veel loodgieterbedrijven in de crisis het hoofd niet boven water hebben kunnen houden. Maar de loodgieters die hij graag in dienst wil hebben, zitten in de deeltijd-WW. Die weigeren eruit te komen, omdat het natuurlijk prettig is betaald verlof te hebben. En als hun werkgever toch tot gedwongen ontslag moet overgaan, zit er vaak nog wel een leuke ontslagvergoeding in. Daarna kunnen de afwachtende loodgieters alsnog bij een ander in dienst treden. De calculerende loodgieter, dus. En de goede loodgieters die niet de deeltijd-WW in wilden, zijn allang voor zichzelf begonnen.
In april uitte ik op deze plek mijn twijfels over het nut van deeltijd-WW. Onlangs bevestigde het Centraal Planbureau dat de deeltijd-WW slecht heeft uitgepakt. Misbruik, minder arbeidsmobiliteit, verborgen werkloosheid, uitstel van executie. Het is altijd leuk van het CPB gelijk te krijgen. Mijn loodgietersvoorbeeld geeft het gelijk uit de praktijk. Maar het gelijk is wel droevig en duur (al zo'n 700 miljoen euro). Iedereen had toch kunnen bedenken dat de goede mensen bij een slechtlopend bedrijf weggaan, om hun kennis en vaardigheden bij een gezond bedrijf aan te bieden, of om voor zichzelf te beginnen? Of dat de gemiddelden (maar ook goeden) blijven zitten, in afwachting van een afvloeiingsregeling, voordat ze elders een vacature willen vervullen?
Hoe heeft de minister zich zo in het pak kunnen laten naaien? Heeft de overheid te veel geluisterd naar de lobby? Kijkt de minister wel voldoende naar de praktijk van alledag? Daar kun je over twijfelen. Neem het volgende voorbeeld. In de zomer is minister Donner gekomen met een zogenaamde versoepeling van het ontslagbesluit, die geldt met ingang van 1 augustus jongstleden. Het is een regeling bedoeld voor het MKB om onmisbare mensen te behouden. Voordat je van deze regeling gebruik mag maken – en dat is nieuw – moet je als bedrijf aantonen dat je beleid voert ten aanzien van scholing en investering in mensen. Maar het gemiddeld MKB-bedrijf heeft dat beleid natuurlijk helemaal niet. Beleidsmakers zitten bij de overheid, niet bij het MKB. In het MKB steken ze hun handen uit de mouwen om de motor van de economie te kunnen zijn. De minister heeft met deze regeling niets versoepeld. Integendeel, hij heeft een nieuwe ontslagblokkade opgeworpen. Het geheim van slim afslanken, met behoud van goede mensen, zit in het laten gaan van de zwakke broeders en zusters. Maar ja, daar kunnen de beleidsmakers en regelzuchtigen niets mee, want dat is de strategische ontslag- en outplacementpraktijk.
Marcus Draaisma is advocaat arbeidsrecht en partner bij Palthe Oberman Advocaten, arbeidsrechtspecialisten.