Ik heb het gehad met Panama. Het is een kloteland: veel te warm en veel te vochtig. Bovendien weet ik niet hoe ik Panama moet koppelen aan het thema van dit nummer: uitdagers. Ik geloof niet dat ik Panama of de Panamezen uitdagers van de gevestigde orde vind (aldus interpreteer ik het thema.) Panama is weliswaar een klein land, maar ze hobbelen braaf mee met de andere landen in de regio, en ze willen eerder op de gevestigde orde van de Verenigde Staten lijken, dan dat ze die willen uitdagen. Geen Panama dus dit keer, maar een verhaaltje uit mijn verleden dat wél iets met uitdagers te maken heeft.
Het verhaaltje speelt zich af op mijn basisschool. Ik heb al het regelmatig verteld, maar een zoektocht leert me dat ik het nog nooit heb opgeschreven. Bij deze dan. Ik zat in de derde klas, groep vijf, en de juf gaf ons een opdracht. Een leuke opdracht, een soort van spelletje: ‘Maak zoveel mogelijk woorden van de letters op het bord.’ En ze schreef een lang woord op het schoolbord.
Ieder voor zich gingen we aan de slag met een stuk papier voor onze neus en een pen in onze hand. Letters combineren, woorden verzinnen. Maar na een paar minuten begon bij de meeste mensen de inspiratie wel op te drogen. Voorzichtig keek een aantal van ons naar het blaadje van onze buurman – ik ook. Misschien stond daar nog inspiratie op. De juffrouw zag dat wel, maar stond het oogluikend toe.
Eén jongen deed daar niet aan mee. Marc. Marc zat over zijn blaadje gebogen en schermde het met zijn arm af, zodat niemand bij hem kon spieken. Zelf spiekte hij ook niet, maar tuurde hij geconcentreerd afwisselend naar het bord, of naar het papier voor zijn neus.
Uiteindelijk, na een minuut of vijf, moesten de ‘pennen neer’ en werden er punten uitgedeeld. Voor ieder bijzonder woord kreeg je een punt. En een bijzonder woord was een woord dat wel op jouw blaadje maar op geen enkel ander blaadje voorkwam. Niemand had punten. We hadden allemaal gespiekt en dus kwamen al onze vondsten her en der in de klas voor. Behalve Marc. Die had slechts een paar woorden op zijn blaadje staan, maar een paar ervan waren zo bijzonder dat hij de enige van de klas was met punten. Hij won.
Wat dit met uitdagers te maken is het volgende. Ik vermoed dat Marc alleen door niet te spieken zijn bijzondere woorden kon verzinnen. Door niet te kijken naar wat de overgrote rest deed kon Marc iets speciaals doen. En dát doen uitdagers. Zij denken zelf na. Laten de gemeenplaatsen van de meerderheid links liggen, en zorgen zo voor nieuwe dingen in de wereld.
Deze column staat in de nieuwe editie van MT. Bestel hier een proefnummer.