Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Waarom keuzes maken een heel goed idee is

Carrière maken, kinderen krijgen en nog even op wereldreis. We willen het allemaal en het liefst ook nog tegelijkertijd. Feit is dat we maar een beperkt aantal uren in een dag hebben. Vroeg of laat ontkom je er dus niet aan: keuzes maken. En dat is maar beter ook. Want wie kiest, wordt daar uiteindelijk juist gelukkiger van.

Bij het nemen van de juiste beslissingen, probeer je allerlei afwegingen te maken. Deze fouten maak je waarschijnlijk daarbij - en dit is hoe je over die valkuilen heen stapt.

Keuzevrijheid, dat was vroeger het summum. Niet zo gek. Zodra je achttien was, of eerder, ging bij je vader in het bedrijf aan de slag. Met een beetje geluk kon je studeren. Daarna rolde je in een baan, trouwde je en kreeg je kinderen. Wie het zich kon veroorloven ging af en toe op vakantie. Lekker overzichtelijk.

Anno 2019 hebben we zoveel te kiezen dat we vaak door de bomen het bos niet meer zien. Zo kun je in de supermarkt alleen al kiezen tussen minstens tien verschillende soorten hagelslag en heb je keuze uit meer dan 3.000 series op Netflix. En dan hebben we het nog niet eens over de echt belangrijke beslissingen, zoals het wel of niet nemen van een kind of het kopen van een huis.

Meer keuze is niet zaligmakend

Al die keuzevrijheid lijkt misschien heerlijk, maar we worden er niet perse gelukkiger van. Sterker nog, hoe meer opties we hebben hoe besluitelozer en ongelukkiger we juist worden. De Amerikaanse psychologie Barry Schartz doet al jaren onderzoek naar de meerkeuzemaatschappij. In 2004 schreef hij het boek The Paradox of Choice. Hierin haalt hij een onderzoek naar pensioenpolissen onder werknemers bij een Amerikaanse beleggingsmaatschappij aan. Hieruit bleek dat hoe meer verschillende polissen een werknemer aangeboden kreeg, hoe minder hij geneigd was te kiezen. Wanneer ze meer mogelijkheden kregen, bleven werknemers de beslissing maar voor zich uitschuiven.

Alles tegelijk

In het geval van het kiezen van een zorgverzekering is het natuurlijk glashelder dat er een keuze gemaakt moet worden. Maar soms ligt dat minder voor de hand. En omdat we opties uitsluiten niet leuk vinden, kiezen veel mensen ervoor om dan maar alles tegelijk te doen. Volgens psycholoog en auteur van het boek Het dertigersdilemma Nienke Wijnants is het vooral bij dertigers spitsuur. Wil ik kinderen? Ga ik voor een succesvolle carrière? Koop ik een huis of wil ik eerst nog even over de wereld zwerven? Dat soort levensbepalende keuzes worden vaak tussen je dertigste en je veertigste gemaakt. De verleiding is groot om dan maar alles tegelijk te doen.

Waarom vinden we het toch zo moeilijk om knopen door te hakken? Dat is volgens Wijnants omdat we dit als iets negatiefs ervaren. ‘Je denkt bij iedere beslissing vooral aan de beperking die je je jezelf oplegt,’ schrijft ze in haar eerste boek. ‘De keuze voor A betekent namelijk automatisch dat je nee zegt tegen B.’ Het gevolg? ‘Zodra je gekozen hebt, ben je meer bezig met alle dingen die je hebt laten liggen dat met hetgeen je gekozen hebt.’

Een maakbaar leven

Dat we het moeilijk vinden om keuzes te maken, heeft ook te maken met het feit dat we sterk het idee hebben dat het leven maakbaar is en dat we zelf verantwoordelijk zijn voor ons geluk Dat sommige dingen gewoon stom toeval en een kwestie van pech zijn, lijken we te zijn vergeten. Maken we de verkeerde keuze? Dan kunnen we alleen onszelf als schuldige aanwijzen.

Toch win je uiteindelijk meer wanneer je kiest. Ons brein is zo gemaakt dat we maar één ding tegelijk kunnen doen. Multitasken zorgt voor stress, terwijl we veel productiever zijn wanneer we ons op één ding focussen. Daar komt bij dat zelfs de leukste dingen als een blok aan je been gaan voelen, wanneer we te veel hooi op ons vork nemen. Een etentje met die leuke vrienden? Dikke kans dat dit dan voelt als een verplichting.

Wekelijks de nieuwsbrief van Werk en Leven ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

En dat is dan ook de paradox van niet willen kiezen. We willen alles uit het leven halen, maar écht genieten van wat we aan het doen zijn? Daar zijn we vervolgens te gestrest voor. Als we al niet met een burn-out op de bank liggen. Want nee, die krijgen we niet alleen door werk, maar ook door onze levensstijl. ‘We zijn dus niet ‘overwerkt’, maar ‘overleefd’’, aldus Wijnants.

Kiezen lucht op

Kiezen dus. Wijnants wijdt er  in haar nieuwste boek Twintigerstwijfels & Dertigdilemmas zelfs een heel hoofdstuk aan. Kiezen is niet alleen gezonder, het lucht ook op. Zelfs als het achteraf een verkeerde keuze blijkt. Zo blijkt uit onderzoek dat de gemoedstoestand van mensen die een foute keuze maken beter is dan die van mensen die helemaal geen keuze maken. Bovendien leer je van elke keuze weer iets. Wijnants: ‘Als je nieuwe baan tegenvalt, heb je in ieder geval geleerd wat je niet leuk vindt.’