Wat: Kweekvlees
Wie: Krijn de Nood (36) en Daan Luining (29)
Sinds: 2018
Funding: 3 miljoen euro
Website: Meatable.com
Zeg je kweekvlees, dan roepen wij chauvinistisch Mosa Meat: de eerste hamburger uit het lab wereldwijd kwam jaren geleden van die Maastrichtse pionieer. Daan Luining deed daar destijds onderzoek naar kweekvlees, maar begon zijn eigen bedrijf toen hij met professoren van de Britse Cambridge- en de Californische Stanford-universiteit een nieuw procedé ontwikkelde voor de productie van kweekvlees: met één enkele cel, in plaats van voor elke partij bijvoorbeeld serum van een kalverfoetus te gebruiken. “Dit was zo bijzonder dat ik het eerst niet geloofde”, aldus Luining, die het patent met zijn bedrijf in handen heeft.
Samen met Krijn de Nood is Luining nu in de race om kweekvlees te ontwikkelen dat niet alleen lijkt op conventioneel vlees, maar dat ook betaalbaar is – die hamburger van Mosa kostte bijna drie ton om te laten groeien. Daar denkt Meatable 4 tot 5 jaar voor nodig te hebben. “Ons product zal waarschijnlijk niet direct goedkoper worden dan traditioneel vlees. In het begin zal het wellicht een premium-product worden. Onze ambitie is wel om op termijn kostencompetitief te zijn ten opzichte van vlees.”
Investeerders vertrouwen erop, dat de aanpak van Meatable onderscheidend is van die van Mosa Meats en Amerikaanse vleeskwekers als Memphis Meats en Modern Meadow. In de herfst van 2018 haalden de oprichters 3 miljoen euro op in een ronde die werd geleid door venture capital-fonds BlueYard Capital, waaraan ook Backed VC en Atlantic Food Labs deelnemen. Daarnaast investeerde een aantal informele investeerders in Meatable, onder wie Charles Songhurst (Proteus Digital Health, CodeFights) en Jörg Mohaupt (Deezer, Perform Group).
Met dat geld kan Meatable verder aan het ontwikkelen. Of het onder eigen merk gaat leveren of via partners, is nog niet bepaald. Maar dat De Nood en Luining een unieke propositie hebben, daarvan zijn ze overtuigd. “Door onze technologie. Onze één cel-techniek gaat gepaard met een hogere deelsnelheid, waardoor we een voorsprong op de rest hebben. De status quo in deze markt is nu dat je gebruikmaakt van een kalfsserum. Door onze technologie is dat verleden tijd.” En de droom die Luining voor zich ziet: fabrieken die vlees produceren. “Je hebt dan geen landbouwgrond meer nodig. Stel je voor dat je dit in de stad kunt doen in combinatie met vertical farming. Dan heb je straks één flatgebouw waar alle voeding gemaakt wordt voor de gehele omgeving. Het klinkt als een droom, maar is haalbaar.”