Mark Verhagen, Lex Schepers en Vincent Seijger geven met RIFT de energietransitie een push door ijzerpoeder in te zetten als circulaire brandstof.
Wat: ijzerpoeder als circulaire brandstof
Wie: Mark Verhagen, Lex Schepers en Vincent Seijger
Sinds: 2020
Funding: 2 miljoen euro
Werknemers: 28
Website: ironfueltechnology.com
In studententeam SOLID werkten Mark Verhagen, Lex Schepers en Vincent Seijger samen met de TU Eindhoven aan een innovatie die tot de verbeelding spreekt: ijzerpoeder inzetten als circulaire en CO2-neutrale brandstof.
Dat werkt zo: bij het verbranden van ijzerbrandstof in een boiler krijg je energie in de vorm van warmte. Met die hitte kun je water verwarmen, stoom produceren of elektriciteit opwekken. Het enige wat bij de verbranding ontstaat, is ijzeroxide ofwel roest. Dat is met behulp van duurzame waterstof weer terug te brengen naar ijzerpoeder, en daarmee is de cirkel rond.
De ondernemers vonden het in 2020 tijd voor een commerciële spin-off: RIFT, wat staat voor Renewable Iron Fuel Technologie. ‘Een universiteit is gefocust op onderzoek en technologie, volgens ons kon alleen een marktpartij zorgen voor de systeemintegratie die dit verder naar de markt brengt. Er werden stappen gezet, maar het ging ons niet snel genoeg. Iemand moest de schouders eronder zetten, en dat hebben wij dus gedaan.’
Een eerste pilot van bij Swinckels Familiy Brewers was kort na de start al veelbelovend. De potentie van ijzerpoeder als brandstof is enorm, zegt Verhagen. ‘De energie-intensieve industrieën zijn verantwoordelijk voor 52 procent van álle CO2-emissies wereldwijd. Er zijn veel bedrijven die willen verduurzamen door elektrificatie of waterstofverbranding, maar vaak is dat niet mogelijk. Zelfs in 2050 zal 60 procent van de bedrijven zijn aangewezen op een andere oplossing. Wij bieden het ontbrekende stukje van de puzzel.’
In een jaar hard buffelen leveren de drie oprichters voldoende vertrouwen dat hun bedrijf de energietransitie echt naar de industrie kan brengen, als alternatief voor de gasboilers die daar nu nog staan. Hun cleantech-startup won al de Gerard & Anton Awards, een prijs voor de meest veelbelovende startups uit de Brainportregio rond Eindhoven. Maar RIFT trekt ook wereldwijd de aandacht. Een bewijs hiervan is de investering door een fonds van Microsoft-oprichter Bill Gates.
Het Breakthrough Energy Fellows Program selecteerde in september Verhagens startup na een due diligence van vier maanden. Het levert RIFT een flinke subsidie én hulp op. ‘Anders dan bij veel andere programma’s is het geen consultancy of vrijblijvend sparren. Het team van Breakthrough Energies werkt echt vóór ons. Het zijn ervaren mensen uit de industrie die ons introduceren in hun netwerken, en ook lobbyen als dat nodig is.’
Wat Gates investeerde, mag Verhagen niet zeggen. Maar ook in september haalden de drie ondernemers al twee miljoen euro op, bij Rubio Impact Ventures, de Brabantse regionale investeerder BOM en Energietransitiefonds Rotterdam. Dat geld helpt, maar goede partners net zo goed.
‘Aan de klantenkant hebben we die, maar ook met leveranciers werken we samen: van de boiler tot de kleppen en het ijzerpoeder. We hebben de complete waardeketen op die manier afgedekt. Ze zien dat ze een voorsprong kunnen nemen op hun concurrenten als ze op onze trein stappen.’
RIFT zit nu midden in de testfase van het systeem op twee locaties. In Helmond worden op dit moment 500 huizen verwarmd via het warmtenetwerk van Ennatuurlijk. Daar staat een ijzerboiler die 1 megawatt aan energie opwekt. De roest gaat naar Arnhem, waar het met behulp van waterstof wordt omgezet in vers ijzer. Energieconcern Veolia heeft al aangegeven dat mocht de test succesvol zijn, het wil investeren in de eerste commerciële RIFT-boiler van 5 megawatt die vanaf eind 2023 in Arnhem moet gaan draaien.
En dat is een mooie eerste stap naar een ambitieuze BHAG: ‘Het is ons doel wereldwijd alle energie-intensieve industrie van de fossiele brandstoffen af te halen. Dus energiecentrales, industriële procestechniek en ook warmtenetten. Uiteindelijk is ons doel om per jaar een gigaton aan CO2 te besparen in 2050.’