Persbericht - De COVID-19 pandemie heeft een enorme impact gehad op het bedrijfsleven, waaronder de energiesector. Na een daling van het verbruik...
De COVID-19 pandemie heeft een enorme impact gehad op het bedrijfsleven, waaronder de energiesector. Na een daling van het verbruik en de vraag tijdens het merendeel van 2020, wordt de sector nu geconfronteerd met een urgent probleem: de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen reduceren om te voldoen aan de klimaatdoelen van de regering voor 49% minder CO2-uitstoot in 2030 en 95% minder CO2-uitstoot in 2050, ten opzichte van 1990.
Voor mondiale energieleveranciers is er meer nodig dan zich ertoe verbinden het volume van schone en groene energieproducten die zij aanbieden, te vergroten. Ze moeten hun volledige strategie en bedrijfsplannen heroverwegen om elk aspect van het leven van mensen te ondersteunen. Dus van de vervoersmiddelen die ze gebruiken tot en met de manier waarop ze hun huizen verwarmen en koelen, en zelfs de producten die ze kopen.
Door de toenemende druk van consumenten, de veranderende overheidsvoorschriften en de stijgende temperaturen op aarde kan de energiesector het zich niet veroorloven nog langer te wachten om duurzaamheid bovenaan de strategische agenda te zetten. Dat brengt ook overwegingen met zich mee over de juiste instrumenten, vaardigheden en partnerschappen die de sector nodig heeft om duurzaam efficiënt te werken.
Energiesector worstelt
Met een groeiende wereldbevolking en dus meer mensen die elektriciteit en brandstof verbruiken, zouden energiebedrijven in principe een groter aantal klanten dan ooit tevoren moeten kunnen bedienen. Dus verkeren ze in de positie om hun omzet te blijven verhogen. Dit is echter maar een deel van de realiteit. Uit een recent onderzoek in opdracht van Dassault Systèmes is gebleken dat meer dan de helft van de consumenten (56%) vraagt om duurzame alternatieven voor traditionele energieproducten. Deze vraag is inmiddels al zo kritisch geworden dat 62% van de ondervraagde managers in de energiesector toegeeft dat als zij hier niet in slagen, de klanten naar een concurrent zullen overlopen.
De druk van de consument is slechts het topje van de ijsberg: managers in de energiemarkt moeten ook voldoen aan de overheidseisen voor netto-nulemissie. Hoewel de doelstellingen al ambitieus waren voordat de COVID-pandemie begon, zijn ze nu een enorme uitdaging voor de sector geworden: uit het onderzoek is gebleken dat 72% van de energiebedrijven moeite heeft gehad om overheidsbeslissingen te voorspellen en te plannen, terwijl 65% moeite heeft gehad om milieubewust talent aan te trekken en te behouden.
Als gevolg van genoemde uitdagingen moest een meerderheid van de bedrijven zich tijdens de pandemie concentreren op veerkracht, in plaats van aan duurzaamheidsdoelstellingen te werken: 65% van de respondenten moest de uitvoering van duurzaamheidsdoelstellingen uitstellen, terwijl 61% moeite had om te innoveren. Voor een derde van de bedrijven was deze uitdaging te wijten aan een gebrek aan digitale transformatiemiddelen om tijdens de pandemie het tij te kunnen keren. Dit is een kritiek aantal leiders die niet over de juiste tools beschikken om de overheid te ondersteunen bij haar net-nul strategie.
Covid-19 heeft bedrijven ook een geweldige kans geboden om opnieuw na te denken over duurzaamheid. Bijna 7 op de 10 managers in de energiemarkt (69%) beschouwen duurzame productinnovatie nu als een strategische prioriteit; 6 op de 10 erkennen ook dat netto-nul worden een prioriteit is voor hun organisatie (59%). Als COVID-19 managers het belang van de netto-nul strategie heeft doen inzien, waarom nemen energiebedrijven dan nog steeds een tamme houding aan ten aanzien van hun aanbod, en hoe zijn zij te ondersteunen om de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen? Deze uitdaging is complexiteit, maar een belangrijke sleutel tot de oplossing is virtual twin-technologie.
Transformatie naar virtual twin technologie
Omdat 60% van de ondervraagde managers gelooft dat de virtual twin-technologie van cruciaal belang zal zijn om de netto-nuldoelstellingen te halen, is het een no brainer dat de sector deze technologie voor innovatie overweegt. Virtuele technologie wordt door veel energiebedrijven gezien als een belangrijke sleutel om de sector te helpen bij de overgang naar een duurzame toekomst.
Een virtuele of digitale tweeling is in wezen het creëren van een volledig functionele digitale replica van een bedrijfsmiddel, met inbegrip van de fysieke structuur, het gedrag en alle bijbehorende processen. Met een virtueel model kan men op een duurzame wijze meerdere scenario’s analyseren en optimaliseren aan de hand van realtime of experimentele data. Zo kun je bijvoorbeeld een virtuele tweeling maken van een exploitatielocatie om het afval en de koolstofuitstoot te volgen, waardoor de locatie duurzamer en effectiever te beheren is.
Virtuele tweelingen worden al gebruikt bij het ontwerpen van oplossingen om de kracht van hernieuwbare energiebronnen te benutten, zoals windturbines, oplossingen om water in energie om te zetten, mobiele elektrische laders en zonnepanelen. De virtuele twin-aanpak is veelzijdig en wordt ook gebruikt om de veiligheid van werkzaamheden op winningslocaties te verbeteren, van het boren in grotten tot het winnen van fossiele brandstoffen, installaties voor kerncentrales en het beheren van afval. Maar ook het in kaart brengen van modellen van fysieke locaties vóór de bouw. Dit zijn allemaal stappen in de goede richting voor een sector die nog niet voor alle activiteiten agile manieren van werken heeft ingevoerd.
Waarom is die transformatie belangrijk?
Energiebedrijven kunnen het zich niet meer veroorloven aanzienlijke toegevoegde waarde mis te lopen omdat ze niet over de instrumenten of technologieën beschikken voor een duurzamere post-pandemische wereld. Voor energiebedrijven die willen innoveren en zich onderscheiden heeft de COVID-19 pandemie in ieder geval duidelijk gemaakt hoe belangrijk digitalisering is voor het aanpassingsvermogen van een bedrijf.
Verdergaande digitalisering is noodzakelijk nu de regelgeving toeneemt en steeds meer consumenten willen overschakelen naar duurzame energiebronnen. Digitale innovatie is een van de weinige middelen die energiebedrijven in staat zullen stellen het hoofd te bieden aan ingrijpende en onvoorspelbare veranderingen. Daarbij is niet te negeren dat COVID-19 vorig jaar een momentum heeft gecreëerd om transformatieve verandering teweeg te brengen.
Digitalisering verbetert niet alleen de manier van werken en helpt bedrijven om duurzamere producten te ontwerpen, het biedt ook een nieuwe manier om werknemers bij te scholen en meer milieubewust talent aan te trekken voor de sector. In feite creëert de massale invoering van virtual twins een opwaartse spiraal waarbij bedrijven talent kunnen aantrekken dat hen kan helpen bij het bedenken en uitvoeren van efficiënte strategieën om de CO2-uitstoot te verminderen. Dat is een uitdaging waar momenteel ruim 6 op de 10 managers (63%) voor staat. Het gebruik van platforms die de hele bedrijfsvoering ondersteunen, vereenvoudigt het delen van informatie en zorgt ervoor dat best practices worden gedeeld door het personeel. Als gevolg daarvan kan het personeel toekomstige projecten voor CO2-reductie aanpakken om tegemoet te komen aan de veranderende vraag van consumenten of overheidsplannen.
Ook de sectoren die energieleveranciers bedienen stappen de komende decennia over op duurzame energiebronnen om te voldoen aan de eigen overheidsrichtlijnen voor netto-nul. Daarom moeten energieleveranciers nu actie ondernemen om zowel hun toekomstige succes en de groei van de wereldeconomie te borgen, als te voorkomen dat de temperatuur wereldwijd nog verder stijgt.
Toekomst energiesector
Bedrijven in de energiesector komen voor grote uitdagingen te staan als we naar de post- pandemische toekomst kijken, met milieuzorgen, toenemende maatschappelijke controle en nieuwe overheidseisen die traditionele bedrijfsmodellen verstoren. Het is van het grootste belang dat de sector de juiste strategie begint te implementeren om zijn koolstofvoetafdruk te verkleinen. Om de beste resultaten te behalen, moeten nieuwe strategieën hand in hand gaan met het leveren van duurzame producten die klanten nodig hebben en het bijscholen van de huidige medewerkers om klaar te zijn voor nieuwe rollen. Tegelijkertijd moeten de bedrijven voldoen aan de strenge overheidseisen voor netto-nulemissie.
Om de uitdagende doelstellingen te realiseren heeft de sector niet alleen de juiste strategie, bedrijfs- en exploitatiemodellen nodig, maar ook de juiste technologie om nieuwe initiatieven te onderbouwen en te ondersteunen. Virtual twins zijn daar een belangrijk onderdeel van. Door duurzaamheid en de circulaire economie te stimuleren, helpen ze bedrijven in de energiesector hun kosten, grondstofgebruik en koolstofvoetafdruk te verminderen en tegelijkertijd innovatie en klantgerichte bedrijfsmodellen te ondersteunen.