Hoe meet je de klimaatimpact van een product dat je verkoopt? Met die vraag heeft Nisrene Haddad zich de afgelopen tijd binnen Manutan beziggehouden. Als Corporate Social Responsibility (CSR) Director heeft de Française de taak om een MVO- en duurzaamheidsstrategie te ontwikkelen.
Intern bouwt ze aan teams en programma’s die nodig zijn om vaart te zetten achter deze thema’s. ‘Steeds meer collega’s zijn erg nieuwsgierig naar wat we doen rond duurzaamheid. Je wilt nieuwe medewerkers en stakeholders laten zien dat je echt een verantwoordelijke organisatie bent.’
Er is niet een aparte MVO-afdeling bij Manutan. Haddad werkt met verschillende teams die het voortouw nemen bij het integreren van duurzaamheid in de dagelijkse werkzaamheden van de gehele organisatie.
Een van de bewijzen is de ontwikkeling van een milieu-impactscore voor de producten die Manutan verkoopt. ‘We maken de producten die we verkopen niet zelf. Als we onze impact willen verminderen, moeten we beginnen bij het product. Dat is meer dan 80 procent van onze totale impact. Daarnaast zijn er onze klanten. Ze vragen ons welk product ze als klimaatbewust bedrijf met MVO-doelen moeten kopen. Wij moeten dan de juiste, pragmatische oplossing bieden. Dat was het beginpunt van de door ons ontwikkelde Product Environmental Impact Score, PEIS.’
Methodologie
Het lastigste was volgens Haddad om de juiste methodologie te vinden. Manutan biedt bijna 800.000 producten, van een paperclip tot rekken en pallets in een magazijn. ‘We moesten dus iets ontwikkelen om op productniveau te meten en te kunnen vergelijken. Ook moesten we er zeker van zijn dat het een methode was die wereldwijd wordt geaccepteerd en erkend.’
Er volgden onder meer gesprekken met sportretailer Decathlon en de Franse concurrent Bureau-Vallée. Daar rolde een methodologie uit volgens Europese richtlijnen, waarbij de milieu-impact binnen de hele levenscyclus van het product wordt gemeten. ‘De EU gaat erop aandringen dat dit de standaardmethode wordt voor bedrijven om te communiceren over de impact van hun producten.’
In de pilotfase werden 600 producten binnen twee productgroepen getest: de veiligheids- en kantoorartikelen. Nu gaat Manutan de PEIS de komende jaren voor het hele assortiment invoeren. In Nederland gaat het om 200.000 producten. ‘We richten ons eerst op kantoormeubilair als bureaus en stoelen, want we zagen dat de volwassenheid van leveranciers en klanten rond duurzaamheid daar het grootst is.’
Van A tot E
Maar hoe controleer je een product van A tot Z, dus vanaf de grondstoffen tot productie tot distributie? ‘We moesten van de leverancier weten wat de verschillende materialen zijn die in dit product worden gebruikt, het gewicht, hoeveel energie er wordt gebruikt om het te maken, het transport dat nodig is om het product naar het magazijn te brengen, enzovoort. Dat hebben we tijdens de pilotfase getest totdat we een goede balans vonden tussen de gegevens die we van de leverancier kregen en de meer generieke informatie die beschikbaar is.’
Als er voldoende informatie over het product beschikbaar is, zet Manutan ze in een calculator die de gegevens omzet in de PEIS-score. Die is gebaseerd op zestien milieucriteria, zoals de uitputting van grondstoffen, de CO2-uitstoot en de impact op de gezondheid. Manutan kent een score toe aan de producten van A (uitstekend) tot E (slecht). ‘Onze klanten kunnen deze score gebruiken om twee producten op onze website te vergelijken.’
Actie ondernemen
Haddad benadrukt dat voor klanten de CO2-footprint van het product essentieel is. ‘Het wordt in Europa een wettelijke vereiste om te rapporteren over je ecologische voetafdruk.’
Uiteraard waren er tijdens de testfase producten die er niet goed uitkwamen. ‘Als een bepaald product laag scoorde, hebben we de fabrikant daar natuurlijk van op de hoogte gebracht. Via ons platform kunnen leveranciers zien waarom hun product laag scoort. We zien dat veel leveranciers gebruikmaken van het platform om te zien hoe ze het doen.’
Manutan wil de PEIS ook gaan gebruiken rond promotie. ‘Stel dat een product laag scoort, dan zullen we tegen de fabrikant zeggen dat ze actie moet ondernemen om de score te verbeteren. Het gevolg kan namelijk zijn dat het product misschien nog wel in de webshop staat, maar we er geen reclame voor maken.’
Het invoeren van de PEIS opent juist ook gesprekken over duurzaamheid en zet aan tot verdere actie, merkt Haddad. ‘We werken heel nauw samen met leveranciers en vertrouwen echt op de kwaliteit van de gegevens die ze ons leveren. Maar zodra we de score hebben, moeten we de discussie blijven voeren. Hoe kun je nog duurzame verbeteringen aanbrengen in de productie van je artikelen? Dat levert leuke gesprekken op en heeft de samenwerking met onze leveranciers nog verder verbeterd.’
Niet voor de goedkope optie gaan
Haddad geeft aan dat de belangrijkste doelgroep van Manutan al bedrijven zijn die MVO als een van de criteria hebben bij hun inkoop.
Maar er zijn vast klanten bij die voor een goedkopere productoptie blijven gaan?
‘We moeten daar een balans in vinden, maar het ook goed aan de klant uitleggen. Je koopt nu misschien een goedkopere bureaustoel met een hoge CO2-voetafdruk, maar de kans is groot dat je dan over twee jaar een nieuwe moet kopen. Een duurzamere optie gaat langer mee. Ik begrijp wel dat mensen momenteel door zaken als inflatie kosten willen besparen, maar dat is slechts tijdelijk. Klimaat blijft op de agenda en mensen zullen daarin moeten investeren. Er is geen ontkomen aan.’
Samen doen
Wil Manutan in de toekomst alleen maar ‘groene’ producten verkopen: ofwel producten met een hoge score? ‘Dat is een lastige en strategische vraag. Dit project dwingt ons intern tot die discussie. Hoe ziet het productaanbod van Manutan er over vijf tot tien jaar uit? Willen we dan zoveel mogelijk producten in de A- of B-categorie hebben? Of kan C ook nog? Daarover wordt zeker gepraat. Maar met de invoering van de PEIS staan we nog maar aan het begin. Stap één is transparantie, meten en helpen keuzes te maken. De komende jaren gaan we stap voor stap naar steeds meer producten met een milieu-impactscore.’
Manutan is met de introductie van PEIS een echte voorloper, maar daar draait het volgens Haddad niet per se om. Ze hoopt dat andere bedrijven het voorbeeld volgen. ‘We staan erg open voor samenwerking. Daarom hebben we gekozen voor een gestandaardiseerde aanpak, zodat anderen makkelijk kunnen instappen. We moeten het toch met z’n allen doen om echt verandering te bewerkstelligen.’