Vertrouwen kent een aantal wetmatigheden, maar de wet van nabijheid (proximity) is evolutionair een van de oudste en daarom ook een van de meest bepalende factoren in gedrag. Mensen denken het liefst in voorspelbare factoren, en hoe dichter iets mentaal of fysiek bij ons staat, des te meer aandacht we hieraan schenken en hoe sterker het effect van hechting of afstoting. Daarom raakt informatie uit de directe omgeving ons meer dan nieuws dat (letterlijk) verder van ons af staat. Want iets dat jou emotioneel en fysiek kan raken, is van groter belang voor de overleving van jou of je groep. Maar dat is in de oude fysieke wereld.
Oud brein in een nieuwe omgeving
In de virtuele wereld probeert ons brein deze nieuwe omgeving te vertalen naar wat voor hem bekend terrein is. Want de fysieke en virtuele wereld komen samen in ons brein.
Als we skypen met een vriend, dan geven de hersenen jou het ‘gevoel’ dat iemand toch dichtbij is, terwijl diegene duizenden kilometers fysiek van jou verwijderd kan zijn. Want voor je brein is wat je kan zien en horen nog steeds dichtbij en iets wat je kan aanraken wel heel dichtbij (wat vroeger vaak gevaar of genot kon betekenen). Al het overige is (veilig) ver weg. Niets om je zorgen over te maken.
Vandaag de dag werkt ons brein nog steeds zo. Hoe beter je iemand kent en vertrouwt, des te intiemer deze persoon je mag benaderen. Zo werkt sociaal vertrouwen. En bij leiderschap in hiërarchische structuren werkt dat niet anders. De vertrouwelingen rondom een leider hebben vaak een hogere sociale status met meer privileges. Ook wanen zij zich vaak veiliger. En daarom wil iedereen graag zo dicht mogelijk in de nabijheid van de leider komen. En waar de leider voorheen respect kreeg voor het garanderen van fysieke veiligheid, verdeling van eten en een geaccepteerde (rang)orde in de groep, draait het nu veel meer om het creëren van psychosociale veiligheid, stabiele groei en winstgevendheid van de organisatie.
Tot nu toe was dit overzichtelijk. Maar werkt de wet van nabijheid ook nog in de onlinewereld waarin via globale netwerkstructuren alles met alles aan elkaar verbonden is? Waar is dan nog het gevoel van nabijheid zoals ons brein dat kent? We willen aan de ene kant dat organisaties platter, meer zelfsturend en volledig digitaal worden, maar aan de andere kant hunkert ons oude brein nog steeds naar persoonlijke waardering en hiërarchische binding en zekerheid. Want in de oude structuren was het duidelijk wie dichtbij en veraf van de leiding stond.
Leading by Proximity
Maar online is dat gevoel nog veel lastiger over te brengen. Want digitale netwerkcommunicatie kent voor ons gevoel geen ‘veraf’ of ‘dichtbij.’ Maar dat heb je wel nodig voor de totstandkoming van sociaal vertrouwen. Daarom zal persoonlijk menselijk contact altijd blijven bestaan. Denk aan alle tech-conferenties waar virtuele communicatie wordt gepropageerd, mensen elkaar daar toch fysiek blijven ontmoeten. Voor deze innerlijk gedreven drang om er bij te zijn, zijn bezoekers bereid de halve wereld over te vliegen.
Ondanks alle digitale innovaties, blijft de wet van nabijheid een hele sturende factor in ons gedrag, zonder dat we dat zelf door hebben. Nabijheid beïnvloedt alles en iedereen als een onzichtbaar evolutionair krachtveld. Een force waar sterke leiders gebruik van maken, want die kennen het machtige bindingseffect ervan, juist in het digitale tijdperk. Leiders die we als warm en empathisch beschouwen, beschikken over de gave om – ondanks dat ze moeten communiceren via breed vertakte netwerken – mensen het gevoel te geven dat ze dichtbij en touchable zijn en zo iedereen weten te betrekken bij hun doelen.