Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

10 x het ergste managementjargon

Zou je ook zo graag willen begrijpen wat (andere) managers zeggen? Een overzicht van de ergste managementspeak – met ondertiteling.

Jargon is geweldig, zo weten voetbaltrainers, televisieweermannen, chirurgen en brandweerlieden. Je kunt er de indruk mee wekken dat je tot een speciale, uitverkoren beroepsgroep hoort. Een beroepsgroep die ingewikkelde dingen doet en bijzondere kennis heeft, waar aparte woorden voor bestaan. Daarom komen uit de monden van deze mensen gestaag stromende teksten over de punt naar achteren, meteorologische herfst, incisies en belendende panden. Er is één groep voor wie de vaktaal minder geweldig is: de mensen die ernaar moeten luisteren. Managers (en vergeet de consultants niet) hebben ook hun eigen jargon – hieronder 10 prangende termen:

DNA

Het ultieme managersmodewoord van het moment. Jouw nieuwe bedrijf moet ondernemende mensen in dienst hebben, dat moet in het DNA van jouw bedrijf zitten. Of het moet in het DNA van je mensen zitten. Maar op welke chromosoom? De nieuwe bedrijfswaarden zijn klantvriendelijk en kostenbewust. En waar vinden we die waarden? In de celkern van het personeel! Het salesteam wil véél verkopen, en dat gaat vast en zeker lukken want het heeft resultaatgerichtheid in zijn DNA… Moet ik doorgaan? DNA staat eigenlijk voor cultuur, maar dat woord is passé. Het doet denken aan cultureel antropologen en cultuurbezuinigingen.

Ecosysteem

Consultantswoord voor een bedrijf en de omgeving waarin het werkzaam is. Populaire maar zeer vage term: de klanten en toeleveranciers vallen eronder, maar misschien ook de accountant, de buren op het bedrijfsterrein, de gezinnen van de medewerkers. Ook hier gaat het feitelijk om de cultuur of stijl: de stijl van zakendoen.

Empoweren

Kandidaat nr. 1 voor de Allerlelijkstemanagementspeak-trofee, en omdat politici zich hier ook aan bezondigen meteen de Allerlelijkstepolitiekjargon-trofee. ‘Iemand in zijn kracht zetten’ hoor je ook vaak, maar empoweren is erger: zonder met de ogen te knipperen wordt dat door de gebruikers verbogen tot ‘ik empower’, ‘jij empowert’ en ‘heb je de laatste tijd nog empowerd?’ Met beide uitdrukkingen geeft men voor dat iemand in staat wordt gesteld om optimaal gebruik te maken van zijn of haar talenten en kennis. Dat klinkt nobel, maar meestal gaat het om mensen waar managers of bestuurders alle bevoegdheden van hebben afgepakt, die nu deels worden teruggegeven – in de regel uit het oogpunt van bezuinigingen. Mensen die worden ‘empowerd’ zijn meestal niet dankbaar, ze voelen zich uit de hoogte behandeld.

Parkeren

‘Dat parkeren we even’, hoor je tijdens de vergadering. Bedoeld wordt dat we geen beslissing kunnen of durven nemen voor het probleem dat voor onze neus ligt, en dat zichzelf hopelijk helemaal vanzelf gaat oplossen nadat we het hebben ‘geparkeerd’, wat meestal niet gebeurt. Maar misschien hebben we binnenkort een andere baan en mogen onze opvolgers het doen.

Kerncompetentie

Kerncompetentie is napraterij van core competence, de Engelse term die zelf ook al de plank misslaat. Bedoeld wordt: wat je (of je bedrijf) héééél goed kan. Bijvoorbeeld bij McDonalds: zoete en flauwe maar extreem goedkope hamburgers enorm snel uitserveren. Maar competent betekent capabel of bekwaam, dat is niet echt een aanprijzing. Je zegt: ‘Dit kunnen we.’ Je wilt zeggen: ‘Dit kunnen we erg goed.’

Buiten de box

Begrip dat zelfs tot Wikipedia is doorgedrongen. Het wordt zo veel gebruikt dat het beslist bínnen de box is om voor te stellen buiten de box te gaan denken.

Over de schutting gooien

Een taak van je afschuiven. Deze term wordt overigens meestal niet door managers maar hun medewerkers gebezigd. De managers denken (geheel ten onrechte) dat ze iets delegeren. De ervaring leert dat managers delegeren en afschuiven moeilijk uit elkaar houden. De medewerkers, die achter de schutting staan, kennen het verschil.

200 procent geven

Slaat op managers dan wel op hun afdelingen die hard werken. Maar dat is geen wonder – hard werken zit in hun DNA.

Paradigmaverandering

In de wetenschap is een paradigma een stelsel van theoriën. Als een paradigma verandert, is dat een ingrijpende gebeurtenis: allerlei theorieën moeten worden aangepast. Denk aan Charles Darwin die de evolutieleer poneert. In de zakelijk context is het woord danig verbleekt. Als consultants hun idee extra gewicht willen geven, heet het ineens niet meer idee, theorie, voorstel of gedachte, maar paradigmashift. Darwin zou eens moeten weten.

Hygiënische voorwaarde

Bedoeld wordt conditio sine qua non, dus absolute voorwaarde. De grote Manitou mag weten waarom dit soort praat op ons neerdaalt.

Meer jargon aanmelden? Reageer hieronder of via [email protected].