Hoe moeten werkgevers omgaan met de opleiding en training van werknemers? Krijn de Best, directeur Human Potential Plus BV, voorzitter Stichting Nepal en senior partner Blend Group: "Waarom wel je auto een 15.000 beurt en je medewerker niet?"
Het huidige opleidingsbeleid is gericht op training en opleiding tot veertig jaar. Vraag je een opleidingsfunctionaris of ze hun auto op tijd voor onderhoud naar de garage brengen of hun CV-ketel jaarlijks laten schoonmaken, dan krijg je een bevestigend antwoord. Echter investeren in mensen boven de veertig is uiteraard goed geld naar kwaad geld gooien, zo lijkt het.
Waar is dit inzicht op gebaseerd? Een medewerker komt rond zijn twintigste bij een bedrijf en werkt tot zijn vijfenzestigste. Stoppen met onderhoud op veertig betekent dat meer dan de helft van de vermeende levensduur zonder onderhoud is. Kortom: vijfentwintig jaar wordt er niet naar het opleidingsniveau omgekeken door bedrijven.
De toekomst van training en opleiding moet een leeftijdsbewust en permanent karakter dragen. Het dient een standaard onderdeel van de afdeling HRM te zijn. Op basis van functioneringsgesprekken en persoonlijke ontwikkelingsplannen moet elk jaar de opleidingsbehoefte vastgesteld en omgezet worden in actie. De medewerker moet de kans krijgen om deel te nemen aan in-company trainingen en training en opleiding buiten het eigen bedrijf.
Bedrijven moeten meewerken aan het op peil houden van de kennis van hun medewerkers. Ook als dat betekent dat hun mobiliteit toeneemt.