Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Waarom woede op het werk – soms – best effectief kan zijn

Woede op het werk, dat wil je voorkomen. Toch? Nou, soms is het ook goed om boos te worden. Zelfs voor de gezondheid.

Er zijn verschillende manieren van boos zijn. Zo wijst een recent onderzoek vanuit de Management School van de University of Liverpool op het fenomeen morele woede. Een vorm van boosheid, zo meent hoogleraar management Dirk Lindebaum, die wel degelijk thuis hoort in de werkomgeving. ‘Morele woede,’ zo zegt hij, ‘dient namelijk om schade te voorkomen, het verbetert of verwijdert een onaanvaardbare situatie waarmee belangrijke morele waarden al werden geschonden.'

Snowden als voorbeeld

‘Het meest opvallende kenmerk van morele woede is het feit zijn dat je gemotiveerd wordt door het verlangen een ander te verdedigen, je streeft naar een groter goed en het is niet per se bedoeld om jezelf een voordeel te bezorgen’, zegt Lindebaum. Hij wijst daarbij naar een voorbeeld als Edward Snowden. Deze klokkenluider wilde een in zijn ogen onjuiste situatie aan het licht brengen en werd er zelf niet beter van. Volgens Lindebaum kan morele woede dan ook een positief effect hebben op een organisatie (hoewel Snowdens voormalige werkgever dat wellicht anders ziet); er wordt een diagnose voor een organisatie gesteld en individueel of collectief slecht gedrag wordt aan de kaak gesteld en verbeterd.

Adrenaline en cortisol

Toch wordt woede en boosheid zelden als iets positiefs gezien. Woede, zo wordt over het algemeen aangenomen, is namelijk niet goed voor de gezondheid. De rush van de hormonen adrenaline en cortisol zorgen voor een versnelling van de hartslag, voor een verhoging van de bloeddruk en suikerstofwisseling.

8,5 keer meer kans op hartaanval

Veel woede kan ook bij uitstek slecht zijn voor mensen met een verhoogde kans op hartproblemen of bijvoorbeeld leiden tot een hersenbloeding. Bij een recent Australisch onderzoek, gepubliceerd in European Heart Journal: Acute Cardiovascular Care, werden 300 patiënten in Sydney bestudeerd, die een hartaanval hadden gehad en die bovendien in de 48 uur voorafgaand aan de hartaanval zich boos hadden gemaakt. Degenen die een intense woedeaanval hadden gehad bleken 8,5 keer meer kans te hebben dan gewoonlijk op het krijgen van een hartaanval in de 2 uur volgend op de boosheid. Woede kan verder ook nog zorgen voor bijvoorbeeld slaapproblemen of excessieve eetaanvallen die weer kunnen leiden tot een verhoogde kans op het ontwikkelen van diabetes-type 2.

Boos voor confronterend en blij voor samenwerking?

Hoogleraar psychologie Maya Tamir en Berkeley student Brett Ford onderzochten enkele jaren terug in hun studie wat nu precies het juiste moment is om wel boos te worden en hoe dit van invloed is op je algehele welzijn. 175 participanten deden mee aan rollenspellen die confronterend waren – zoals een politieagent die een verdachte ondervraagt – of juist opriepen tot samenwerking – bijvoorbeeld een lobbyende politicus. Voordat ze de confrontatie of samenwerking aangingen, werden ze gevraagd een stuk muziek te kiezen dat paste bij hun stemming. Het ene stuk muziek was meer agressief, de ander blijmakend en een derde neutraal. Daarnaast werden ook vragen gesteld over de algemene staat van welzijn van de participanten, over hoe ze normaal gesproken in het leven stonden, of ze beschikten over een groot sociaal netwerk, hoe ze presteerden in het dagelijks leven, enzovoorts.

Op het juiste moment boosheid inzetten, is meer effectief

Het onderzoek bevestigde aanvankelijk wat de onderzoekers al dachten; namelijk dat wanneer mensen een confrontatie aangaan, ze kiezen voor boze muziek en voorafgaand aan samenwerking voor blije muziek. Uit het onderzoek bleek echter ook dat de particpanten die er bewust voor kozen boos te worden voorafgaand aan de confrontaties – met mate uiteraard – veel hoger scoorden op het gebied van psychische gezondheid, veel gelukkiger in het leven stonden, beter presteerden en zich overall beter voelden. Degenen die op een blije, ‘ik-voel-mezelf-toch-zo-gelukkig’-manier de confrontatie aangingen, stonden er vele malen slechter op in het dagelijks leven.

Boos voelen is goed

Het is passend en bovendien gezond voor ons, zo concludeerden de onderzoekers, om ons boos te voelen als we het gevecht of de competitie met anderen aangaan. Zo zitten we nu eenmaal fysiek in elkaar. Het is echter bepaald niet goed voor ons algehele welzijn om ons altijd maar bozig te voelen, net zo min als het effectief is alles met een postieve welwillende stemming tegemoet te treden. Beiden vormen leiden tot opgekropte frustraties.

Het is bepaald niet goed voor ons om ons altijd maar bozig te voelen, net zo min als het effectief is alles met een postieve welwillende stemming tegemoet te treden'

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Boze mannen winnen aan invloed…

Zijn er ook nog typische verschillen tussen de seksen bij het inzetten van boosheid als middel? Een onderzoek van Arizona State University concludeerde enkele jaren terug dat als mannen bijvoorbeeld in een werksituatie boosheid tonen, dit juist kan helpen om de mensen om hun heen te beïnvloeden en ze te bewegen te doen wat je wilt dat ze doen.

… terwijl vrouwen juist verliezen

Heel anders is dit bij boze vrouwen, zo merkten de onderzoekers op. Tijdens hun onderzoek ensceneerden ze een juridisch proces. Als een mannelijk jurylid zijn woede toonde als anderen zijn oordeel niet met hem deelden, gingen de andere leden van de jury twijfelen of ze wel tot het juiste oordeel waren gekomen. Toonde een vrouwelijk jurylid daarentegen boosheid dan verloor ze juist aan invloed en raakten de anderen alleen maar meer overtuigd van hun afwijkende oordeel. De boze vrouwen werden afgedaan als ‘overdreven emotioneel’. Als mannen op het juiste moment woede inzetten, dan geeft het hen meer invloed, vrouwen verliezen verliezen zo echter juist hun invloed, aldus de onderzoekers.