Theo Bouwman staat bekend als een uitgever met hart voor kranten en tijdschriften. Maar overal waar hij komt, verkoopt – sommigen zeggen: verkwanselt – hij diezelfde kranten en tijdschriften aan het buitenland. De dadendrang van super-Theo.
De etiquette mag voorschrijven dat uitgevers zich niet bemoeien met de inhoud van door hen gepubliceerde kranten en tijdschriften. Maar Theo Bouwman is er de persoon niet naar om zich veel van gedragsregels aan te trekken. Hans Verstraaten, oud-hoofdredacteur van Nieuwe Revu en Management Team, herinnert zich een discussie over bloembollen tussen Bouwman en de hoofdredacteur van het blad Tuinieren, over wanneer de poot van welke bollen tot de fraaiste bloeiresultaten zou leiden. Alles in het informele natuurlijk, maar toch: zo’n Tuinieren-hoofdredacteur moest sterk in zijn schoenen staan om de journalistieke onafhankelijkheid van zijn redactie te waarborgen.Het maakt hem even geliefd als, soms, gevreesd. Theo Bouwman, bestuursvoorzitter van uitgeefconcern PCM, voormalig bestuurslid van de Finse uitgever Sanoma, van VNU, baas van de VNU-tijdschriften en directeur van de Weekbladpers, zegt wat hij denkt. Diplomatie is niet zijn belangrijkste kwaliteit. Discussies zijn fijn, en voor Bouwman verlopen ze meestal nog fijner dan voor zijn gesprekspartners. De andere partij wordt razendsnel overbluft, afgetroefd, omvergeblazen. Aan het eind heeft Bouwman gelijk.
Stevige jongen
Als er iemand is die de aanstaande verkoop van de dagbladen van PCM, de Volkskrant, NRC Handelsblad, Algemeen Dagblad en Trouw, in goede banen kan leiden, dan is het Theo Bouwman. De laatste vijf overnamekandidaten, allemaal uit het buitenland, krijgen in de onderhandelingen met een stevige jongen te maken. Met iemand die te boek staat als buitengewoon intelligent, een rekenwonder, vlug als water, onvermoeibaar, een warme relatie met drank en sigaretten ten spijt. De volgende ochtend om zeven uur zit hij weer achter zijn bureau, scherp en alert. Super-Theo.Bij VNU verkocht hij tweeënhalf jaar geleden 250 publiekstijdschriften aan SanomaWSOY, met zichzelf erbij, omdat VNU de ‘cyclische’, conjunctuurgevoelige bladenhandel niet meer tot zijn kernactiviteiten rekende. “Dat heeft-ie geweldig gedaan,” zegt Rob van den Bergh, bestuursvoorzitter van VNU. Een uitstekende vakman, vindt Van den Bergh, met verstand van bladen, liefde voor bladen, gevoel voor formules, voor mensen die de bladen maken. Maar ook iemand die weet dat het vak verandert. Bouwman loopt voorop, niet achteraan. Anders dan sommige leden van redacties destijds.‘Verkwanseling van Nederlands cultuurgoed’, schreef de Volkskrant over de Sanoma-deal, terwijl het toen nog ging om bescheidener cultuurdragers zoals Margriet en Knippie Idee. Nu het om de landelijke dagbladen gaat, van gedegen tot populairder kwaliteit, zou het wantrouwen navenant moeten zijn toegenomen. Dat is niet zo, constateerden concurrenten Wegener en De Telegraaf – die zelf van de mededingingsautoriteit geen bod op PCM mochten doen – teleurgesteld. Volkskrant en NRC gaan naar de buitenlander en er is nauwelijks een haan die er naar kraait. Nu heten de dagbladen ook al cyclisch te zijn. PCM wil ervan af omdat andere bedrijfsactiviteiten, zoals het uitgeven van educatieve boeken, zekerder investeringen zijn. Uit sentimentele overwegingen is het misschien niet leuk, zo is de teneur onder (indirect) betrokkenen, maar het moet. PCM zit in moeilijkheden. De krantenoplages dalen en er zijn minder adverteerders. Trouw lijdt al verlies, het AD nog net niet. Het concern betaalde overnames met geleend geld en kent forse verplichtingen. Binnenkort moet een groot deel van de miljoenenschuld worden afgelost. PCM moet knopen doorhakken. Het is Bouwmans dagelijks werk.
Haantjes
Theo Bouwman heeft het helemaal zelf gebracht tot de plekken waar men beslissingen neemt. Opgegroeid in een hecht maar weinig bemiddeld katholiek gezin uit Arnhem ging hij – vijftien jaar oud, drie jaar mulo – aan het werk bij het Arnhemse textielbedrijf Neproma. Veertien jaar later was hij er directeur, baas over driehonderd mensen, waaronder voormalig superieuren. De weg van textielwasser naar mediamagnaat liep vervolgens in 1979 langs de Weekbladpers, uitgever van onder meer Vrij Nederland. Bouwman had een vacature in de krant gezien en vond blaadjes altijd al leuk. Hij werd eerst financieel – en korte tijd later algemeen directeur. Hij zette het kwakkelende Vrij Nederland weer op poten en maakte snel vrienden binnen het journalistieke bedrijf. “Theo is mijn held,” zegt Voetbal International-hoofdredacteur Johan Derksen. Een geniale directeur en een geniale manager, vindt hij. “Leg een probleem bij Theo neer en het komt voor elkaar.” Bouwman regelt de dingen, no nonsense, zonder poespas. Om geld of uiterlijk vertoon schijnt hij niet te geven. Op vergaderingen in zijn Weekbladpers-tijd arriveerde hij in een oude, gedeukte Golf. Zakenpartners zagen hem bij het inparkeren nog even een Amsterdammertje meenemen. Dat moet Theo zijn. We kunnen beginnen.Tussen alle vrolijkheid en grappen door kan hij keihard zijn. Gesprekspartners praten met een innemende man, die slecht nieuws met een glimlach brengen kan. Een kwaliteit die hem in 2000, na zes jaar directeurschap van VNU Tijdschriften, deed toetreden tot de raad van bestuur van VNU. Topman Rob van den Bergh had aanvankelijk zo zijn twijfels, zoals haantjes die tegenover elkaar kunnen hebben. Ongegrond, zo bleek. De verkoop van de bladen deed hij zoals het moest, zonder overdreven oog voor gevoeligheden. “Ik heb een enorm respect voor ’m,” zegt Van den Bergh. Liefde voor bladen heeft tenslotte niets te maken met wie de eigenaar is. Volgens Bouwman is het aantal dagbladen in Nederland aan de hoge kant. Over PCM zei hij dat wat hem betreft continuïteit van het bedrijf boven pluriformiteit gaat, iets wat indruist tegen de belangrijkste doelstelling van de grootste aandeelhouder, de Stichting Democratie en Media – namelijk juist het bewaken van die pluriformiteit. Welke mening de doorslag geeft, mag onderwerp zijn van weddenschappen, nog zo’n liefhebberij van Bouwman. Hij wint ze altijd.Voor Frits van Exter, hoofdredacteur van Trouw, is het te vroeg om een oordeel te geven over hoe zijn baas zich sinds anderhalf jaar van zijn taak kwijt. Het bewijs ligt in het eten van de pudding, laat hij weten. Kan best dat de nieuwe eigenaar van de PCM-kranten – misschien een Amerikaans of Brits financieel bedrijf, misschien de Vlaamse Persgroep, even nuchter en zakelijk naar het voortbestaan van Trouw kijkt als Theo Bouwman.Als de zaak beklonken is, zal Bouwman er een stevige borrel op drinken en de volgende dag met iets anders bezig gaan. Tegen de pensioengerechtigde leeftijd aan, maar met dezelfde energie als dertig jaar geleden. Bij de Weekbladpers en VNU heeft hij zich na zijn vertrek nooit, of zelden, meer vertoond. Theo Bouwman is een doener. Achteromkijken mogen anderen doen.
CV Theo Bouman
BURGERLIJKE STAAT gehuwd, een zoon
WOONT in Bussum
OPMERKELIJKscoorde ooit ‘min 2’ op de feministische meetlat van Opzij.
1944 geboren in Arnhem
1956 mulo, Arnhem
1959 Neproma, Arnhem
1973 directeur Neproma
1979 financieel directeur Weekbladpers
1981 algemeen directeur Weekbladpers
1994 directievoorzitter VNU Tijdschriften
2000 raad van bestuur VNU
2001 president tijdschriftendivisie SanomaWSOY
2002 bestuursvoorzitter PCM