Ko van der Velden, stafgynaecoloog aan het AMC in Amsterdam, opereert als kankerspecialist in het Antonie van Leeuwenhoek en doet gastoperaties in andere ziekenhuizen. “Leiderschap tijdens een operatie, dat dwing je af.”
Tijdens de opleiding tot arts sta je veel aan de zijlijn, behalve als je gynaecologie en verloskunde kiest. Dan doe je tijdens de opleiding veel bevallingen. Mede daarom heb ik ooit die richting gekozen: ik ben een doener. Maar na verloop van tijd gaf de verloskunde mij toch weinig bevrediging. De contacten met de patiënt zijn kort en het is snel elke keer hetzelfde. Daar was ik vrij snel op uitgekeken. Bovendien houd ik van de chirurgische kant van het vak. Opereren dus. Die twee voorkeuren – langduriger contact met de patiënt en veel opereren – komen samen in de gynaecologische kankerbehandeling. “De hoofdoperateur heeft tijdens de operatie de leiding over een team van ongeveer acht mensen. Als niet duidelijk is wie de hoofdoperateur is, spreek je dat met elkaar af. In het AMC hebben wij vaste operatiedagen. Ik ben de hoofdoperateur op mijn twee operatiedagen. Bij lange operaties van zes uur vraag ik een ervaren collega-gynaecoloog om mee te doen. Hij is dan mijn eerste assistent. Tijdens een operatie kom je voor onverwachte dingen te staan, dan is het belangrijk dat één persoon de knoop doorhakt.
“Ondanks het feit dat kanker een moeilijke ziekte is, worden bepaalde vormen niet alleen in academische ziekenhuizen geopereerd. Eierstokkanker bijvoorbeeld is een veel voorkomende ziekte. Het is moeilijk te behandelen en operaties zijn ingewikkeld. Maar in de academische ziekenhuizen is te weinig plek. Daarom doen ervaren oncologen uit het AMC ‘gastoperaties’ in de perifere ziekenhuizen. Het is soms lastig om als leidinggevende specialist te opereren in een ander ziekenhuis. Leiderschap dwing je af door leeftijd en ervaring. Als je op een vaste plek werkt in een ziekenhuis, dan is dat duidelijk; je hebt daar je sporen al verdiend. Dat geldt niet bij die gastoperaties. Ik word gevraagd door een collega om te komen opereren, en van tevoren is niet altijd duidelijk wie de leidersrol op zich neemt. Dat hangt af van de gevoelens op dat moment en hoe de collega die mij heeft uitgenodigd ertegenover staat. Dat vind ik soms best moeilijk. “Ik vind het belangrijk om zo veel mogelijk met een vast team te werken. In het AMC was het ooit beleid om OK-personeel te laten rouleren. Dus dan was je net gewend aan een team en dan stond je alweer met een nieuw team aan tafel. Kijk, zeventig procent van de operaties is routinewerk. Maar in dertig procent van de gevallen gebeuren er onverwachte dingen. Dat kunnen zaken zijn die je aantreft in het lichaam van de patiënt of complicaties tijdens de operatie. Een van de meest stressvolle complicaties is bijvoorbeeld een bloedvat dat stukgaat. Dat moet meteen gerepareerd worden omdat dat direct invloed heeft op de conditie van de patiënt. Dan moet er snel gehandeld worden en het juiste instrumentarium moet voorhanden zijn. In die situaties merk je hoe prettig het is om met een vast team te werken. “De sfeer op een operatiekamer is ontzettend belangrijk want je staat toch zes uur dicht op elkaar te opereren. Als leidinggevende probeer ik daar invloed op uit te oefenen door zelf ontspannen over te komen. Muziek tijdens een operatie speelt ook een belangrijke rol, zeker als het om langdurige operaties gaat. Dan komt de cd-speler op de operatiekamer en wordt overlegd wiens cd wordt gespeeld. Dat werkt echt sfeerverhogend. Zelf houd ik van muziek uit de jaren zestig zoals Chicago en Fleetwood Mac; ik ben nu eenmaal van die generatie. “Ik probeer eraan te denken mijn team te complimenteren als we het goed gedaan hebben. Maar op het moment dat dingen niet goed gaan, reageer ik de spanning soms af op de mensen om me heen. Daarom is het prettig met een ervaren collega-gynaecoloog als eerste assistent te werken. De grootste druk ligt bij de hoofdoperateur, de ervaren collega die ernaast staat, kan wat relativeren. Daarmee haalt hij de spanning weg.”
CV Ko van der Velden
1952 > geboren in De Bilt
1963 > middelbare school in Utrecht
1970 > studie geneeskunde, Vrije Universiteit, Amsterdam
1978 > arts-assistent, Burgerziekenhuis, Amsterdam
1980 > arts-assistent, vroedvrouwenschool, Rotterdam
1981 > arts-onderzoeker, Daniel den Hoedt Ziekenhuis, Rotterdam
1983 > opleiding tot gynaecoloog, AMC, Amsterdam
1989 > opleiding tot oncoloog, Utrecht en Sydney
1992 > stafgynaecoloog AMC