Stylistes van woonbladen zijn er kind aan huis en de producten van Pol's Potten vinden gretig aftrek in de internationale woon- en interieurwereld. Ook Nederlanders weten steeds vaker de weg naar dit hippe woonwarenhuis te vinden. Met dank aan 'meloentje miljoentje'.
“Jongens, de bus, het gaat stormen.” Op zondag kunnen ze bij Pol's Potten haast de klok op de aankomsttijden van lijn 32 en 79 gelijkzetten. Om de twintig minuten wurmt zich een groep klanten met kinderwagens en schoonmoeders tussen de schappen van het woonwarenhuis.
Pol's Potten ligt even buiten het centrum van Amsterdam op KNSM-eiland, waar het samen met World of Wonders, Dominio, Pilat & Pilat en Keet in Huis de hipste meubelboulevard van ons land vormt. Echt een uitje voor de zondagmiddag. “Dan krijgen we zo'n driehonderd bezoekers,” vertelt mede-eigenaar Jan Wolleswinkel. Verspreid over de zaterdag verwelkomt men er hetzelfde aantal, op doordeweekse dagen ongeveer de helft. “Overwegend hoogopgeleide tweeverdieners. Jonge professionals. Mensen die zich niet thuis voelen op een meubelboulevard, de Ikea zijn ontgroeid en een gevoel voor smaak hebben. Ze weten wat ze mooi vinden, en dat vinden ze bij ons.”
Gevoel voor smaak is bij Pol's Potten noodzaak, want in het woonwarenhuis staan de vazen, schalen en meubels niet keurig voorgekauwd bij elkaar. Je moet zelf combineren. En dat gaat iedereen heel aardig af, vindt Wolleswinkel. Hij verbaast zich geregeld over de verrassende ensembles die klanten uit de rekken halen. “Early adapters zijn het. Mensen die weten wat er leeft en dat ook als een van de eersten in huis willen hebben.” “Maar,” grijpt medewerker Frans Piek in, “wij zijn er ook voor de lezers van Libelle, hoor.” Die haalt hij er zo uit, de vrouwen uit de provincie die de spulletjes van Pol's Potten in hun lijfblad hebben zien staan. Even giechelig als onwennig lopen ze door de winkel. “Ter hoogte van de gehaakte kussens van Anne-Claire Petit roepen ze 'wát, dertig gulden, zoiets maak ik in een uurtje', om even later tevreden met wat dingetjes voor de kleinkinderen naar huis te gaan. Leuk, hebben we ze toch iets meegegeven.” Piek wil meer Libelle-lezeressen in huis. “We hebben als Pol's Potten eveneens een soort opvoedkundige taak. Kleur- en materiaalcombinaties, ook mijn moeder uit Roden pikt het zomaar op.”
Wapperende handjes
Eigenlijk zijn de naam en het logo achterhaald, oordeelt medeoprichter André Grobbee. Maar vervangen doe je na al die jaren niet meer zo snel, daarvoor is de bekendheid van Pol's Potten te groot. De naam is een merk geworden.
En dat in precies vijftien jaar, wanneer Erik Pol een handeltje begint in witte en rode terracottapotten uit Spanje. Omdat hij die zo prachtig vindt en ze hier niet te krijgen zijn. Als een handelsreiziger trekt hij ermee langs bloemisten, maar kopen ho maar. Drie maanden later blijkt hij de enige aanbieder in een groeimarkt, en kan hij de vraag nauwelijks bijbenen. De boedelbak maakt plaats voor een Volkswagenbusje. Daarmee bevoorraadt hij tevens zijn winkel in ceramica mediterannea in de Jordaan, die hij in 1990 begint. De spullen stalt Pol in een leegstaande kas in Aalsmeer. Kunnen bloemisten na de veiling ook nog even bij zijn groothandel binnenwippen.
De winkel voor particulieren groeit snel uit tot hét adres voor terracotta-aficionados. Onbetwist succesnummer is het meloentje. “Meloentje miljoentje,” lacht Grobbee, “zonder dat model had Pol's Potten in zijn huidige vorm niet bestaan.” Terwijl Nederland langzaam terrarood kleurt, heeft de trendgevoelige neus van Pol nieuwe luchten opgesnoven. Glas, albast en later aluminium: ook met dat assortiment verovert hij de grachtengordel en iets verder. Het aantal medewerkers groeit. “En voor je het weet, haal je ineens spullen uit China en India”, zegt Grobbee.
Voor al fraais is het kleine winkeltje in de Jordaan te klein. Een tweede adres kan de toeloop niet aan. Dan valt Pol's oog in 1996 op een vervallen havenloods op KNSM-eiland, dan nog een vergeten uithoek met een prestigieuze nieuwbouwwijk, een Albert Heijn en een eenzame interieurwinkel. Pol besluit de sprong te wagen. Maar dan ook radicaal. Dat dalende omzetverliezen bij detaillisten te wijten zouden zijn aan externe factoren als internet, dichtslibbende stadscentra en verschuivende uitgaafpatronen, wil er bij Pol's Potten niet in. Grobbee: “Wij zeiden: het ligt aan de winkels zelf.” Assortiment, productpresentatie, locatie, personeel, Pol's Potten besluit het allemaal anders doen. Een manier die ligt samengebald in hun rapport 'Een nieuwe visie op retail', dat nog altijd als leidraad voor hun winkelfilosofie dient.
Bij Pol's Potten tref je verspreid over zeshonderd vierkante meter winkeloppervlak een mix aan van hebbedingetjes voor klein en groot, evenals interieuraccessoires (potten, kussens, krukjes en vazen) geïmporteerd uit verre landen of geproduceerd onder eigen beheer. Dit alles wordt aangevuld met een collectie meubels van onder meer Verzelloni, MDF en Artifort, keukens van Smeg en Boretti, en verlichting van Marcel Wanders. Louter namen uit het topsegment. Desondanks hecht men sterk aan toegankelijkheid. Wolleswinkel: “We willen de drempel zo laag mogelijk leggen, in tegenstelling tot andere interieurzaken die zich voorin de markt begeven.” En inderdaad, van stijve verkopers die zich gedragen als zaalopzichters heb je bij Pol's Potten geen last. Hier heerst de sfeer van een fashionboetiek. Het personeel heeft sikjes en kale koppen, piercings, trendy brillen en modieuze gympen. De meesten zijn parttimers met een ontwerpersachtergrond. Grobbee: “Onze klanten krijgen aanspreekpunten van niveau.” En natuurlijk is er muziek: vredig kabbelende lounge-muzak of meer uptempo jazzatronic. Verkoper Frans Piek: “Wij zijn meer van de wapperende handjes. 'Joehoe, leuk'.”
Pottenkijkers
En 'joehoe, leuk' vinden de klanten het. Met handenvol bekers en schalen lopen ze ook deze dinsdagochtend van de ene stellage naar de andere. Ze pakken, combineren en vergelijken. Vandaag zijn er geen spionnen bij, weet Wolleswinkel. Want die haalt hij er zo uit. “Ze hebben altijd een vierkant zwart koffertje bij zich. Skai met sloten.” Soms staan ze zelfs met een centimeter de schaphoogte en lengte van de toonbank op te meten. Op beursstands bekijken ze nauwkeurig de nieuwe producten die het bedrijf presenteert. “Wij zijn hot. Kunnen niet meer ongestoord iets doen. De Blokkers proberen een deel van ons assortiment direct goedkoper na te maken.”
“De basis van ons succes is ons eigenzinnige inkoop- en productiebeleid.” André Grobbee weet precies waarom anderen het assortiment van Pol's Potten zo graag naäpen. Laat ze, schouderophaalt hij. “Op het moment dat ze een kopie van een van onze producten presenteren, zijn ze alweer te laat. We blijven hen minimaal drie stappen vooruit.” Bovendien, gevoel voor smaak kun je niet imiteren. Wolleswinkel: “Wij staan voor een bepaalde manier van leven. Een lifestyle die staat voor lekker eten, verre landen, authentieke dingen, luxe en kleur.”
Wolleswinkel fungeert als bewaker van die smaak. Hij heeft een neus voor wat bij Pol's Potten past. Op zijn bureau staat een aantal lange, rechthoekige en ronde vazen van helder gekleurd glas. Oranjes, roden, gelen en groenen, met onderin veel ijs – een flinke laag gewoon glas zouden wij ondeskundigen zeggen. “Deze vazen, die worden het straks helemaal.” En als Wolleswinkel dat zegt, schrijf dat dan maar op, want bij Pol's Potten lopen ze ver op interieurtrends vooruit. “Al dat roze, rood en lila wat je nou allemaal ziet, dat hadden wij twee jaar geleden al”, vertelt Frans Piek. “Petrolgroen, koningsblauw, die kleuren gaan het over twee jaar worden. Maar wel uitkijken wat je ermee doet.”
Respect
Een groot deel van het assortiment komt overigens zomaar aanwaaien. Staat er ineens iemand met een gebloemd aardewerken spaarvarken voor de deur van de groothandel in Aalsmeer. Ook krijgt Wolleswinkel regelmatig telefoontjes. Laatst van iemand die in Ecuador een bosbouwproject deed. Hij praatte over schalen en kommen van een Indianenstam uit het Amazonegebied. Prachtig beschilderd met eeuwenoude patronen: 'Is dat wat voor jullie?' Vlak erna kreeg hij een fax uit Bolivia, over fraaie kaarsen, black pottery en meubels. “Hoe die man die spullen daarvan krijgt, ik weet het niet. In die landen wordt iedereen gestript of geript. Ik heb respect voor dit soort mensen. Onze winkel is de toetssteen. Daar kun je direct aflezen of iets loopt, en we er dus meer van nodig hebben.”
Minder respect heeft hij voor ontwerpers en handelaren die bij hem aanbellen en reutelen over 'iets speciaals', 'een goede prijs' en 'waanzinnige handel'. Dan zucht hij eens diep en laat ze eerst maar eens door de groothandel lopen. “Zien ze vanzelf wel dat ze bij ons aan het verkeerde adres zijn.”
Een groeiend deel van de collectie wordt geproduceerd in eigen beheer. “Iedereen kan immers tegenwoordig spullen uit een buitenland halen of die in Vietnam, Mexico en Oost-Europa namaken.” Uit een porseleinfabriek in Midden-China komen speciaal voor Pol's Potten onder meer producten van huisontwerper Norman Trapman, en Jan Melis en Ben Oostrum van MNO. Ook Wolliswinkel zelf designt graag een rondje mee. Hij is van oorsprong ontwerper. “Dan weet je hoe je een traditioneel product kunt actualiseren. Zie je of dat klopt en hoe je dat eventueel kunt aanpassen zodat het makkelijker te produceren is.”
De eigen Wood-collectie komt van een productiebedrijf uit Senegal, gerund door Erik Pol. Want daar de founding father van Pol's Potten een nieuwe schat gevonden. Pol telefonisch: “Eerst dachten we aan een houtfabriek in Indonesië, maar daar zitten te veel Nederlanders. Zij kijken louter naar de prijs, en dat gaat ten koste van de kwaliteit, en daar willen wij niet aan meedoen. Dat klinkt heel idealistisch, maar we vinden echt dat mensen een eerlijke prijs voor hun werk moeten krijgen.” Spaanse kennissen wezen Pol op Dakar. Hij vond er een villa in een diplomatenwijk, sleepte enkele Vandikte-banken naar binnen en de productie kon beginnen. Vandaag staan in de overdekte tuin van twintig bij twintig meter zo'n vijfenvijftig man in massief dimphout te hakken. Alleen speciaal opgeleide houtbewerkers kunnen deze harde en stugge houtsoort op schubbige wijze traditioneel temmen. Ook maken ze schubloze krukjes, vazen en tafeltjes. Pol: “Ik heb een keer klachten over geluidsoverlast gehad. Die man had een containerbedrijf. Sindsdien vervoeren we onze spullen via hem.”
Lef
Tien miljoen bedroeg de omzet van Pol's Potten vorig jaar. Tweederde hiervan werd behaald in het het b2b-kanaal. Tweeduizend winkeliers frequenteren de voormalige pottenwinkel van Pol. 60 procent van de producten verdwijnt naar het buitenland. In de groothandel staan kilo's vracht klaar voor verzending. Florida, Londen, Milaan, Singapore, Stockholm en Tokio: de schalen, borden, kommen en Afrikaanse interieurproducten komen alleen terecht in vooraanstaande designshops en interieurzaken uit het topsegment. Ook bedrijven weten de groothandel voor de aankleding van hun winkels in toenemende mate te vinden. “Vooral sinds we onze stand op internationale woonbeurzen in Frankfurt en Parijs hebben vergroot, loopt het storm in het buitenland”, vertelt Wolleswinkel. Daar hebben ze meer lef dan Nederlandse interieurdetaillisten. “Hier bestellen die het liefst vijf schalen en drie kandelaars. Doe nou meer, zeggen we dan, die spullen lopen toch wel. Maar nee hoor, zo is het genoeg. Hangen ze een tijdje later alsnog aan de telefoon, maar ja, dan duurt het vaak weken voordat we hen opnieuw kunnen leveren.” Opmerkelijk, dat conservatisme? “Nee,” vindt Grobbee, “Nederlandse detaillisten spelen graag op safe. Hun aanbod moet zoveel mogelijk zijn afgestemd op de grote gemene deler. Onpersoonlijke massaproducten. Maar die wensen consumenten niet meer.”
Onbegrijpelijk ook, die voorzichtigheid en afwachtende houding van Nederlandse interieurwinkels. Geen assortiment in ons land dat zo vaak in woonbladen wordt aangehaald als dat van Pol's Potten. Stylistes weten het woonwarenhuis voor hun interieurreportages in glossies geblinddoekt te vinden. Alleen nog op dinsdag en woensdag mogen ze komen, en dan is het meteen goed raak. Pol's Potten krijgt er een kleine vergoeding voor plus naamsvermelding in het betreffende tijdschrift. Betere reclame kan het inkoop-, verkoop- en productiebedrijf van interieurartikelen zich niet wensen. Verder stuurt Pol's Potten vier keer per jaar veertienduizend nieuwsbrieven met de laatste nieuwtjes en aanwinsten de deur uit. “Al die mensen hebben zich daarvoor zelf in de winkel opgegeven.”
Veel geadresseerden wonen in de buurt, en blijven een kijkje in de winkel van Pol's Potten nemen. Mede omdat die dankzij verkoper/stylist Frans Piek iedere week weer anders oogt. De metamorfose begint al op de stoep. “Zodra het weer verandert, moet je daarmee iets doen. Heb ik geleerd in mijn bloemistentijd.” Binnen gaat het hem vooral om zichtlijnen. “Als je naar binnen gaat, moet je de achterkant van de winkel kunnen zien. Je moet overzicht hebben. Aan de rechterkant heb ik een tweede looppad gemaakt. Daar was het eerst een rommeltje.” Kussens, glas en keramiek, verlichting, keukens en de kinderafdeling: Piek streeft naar een shop-in-shop gevoel. Het meubilair staat achterin, waar hij met tussenwanden huiskamers heeft gemaakt. “Een grote toonzaal doet mij te veel aan de showroom van Lucky Leder denken.” Zeer te spreken is hij over de nieuwe stellagekasten. “Eerst hadden die een hoog Overtoom-gehalte, nu tonen we onze spullen in kasten van vurenhout. Eigen ontwerp. Komen ze veel beter tot hun recht. Ze staan op wieltjes. Zie je, het zweeft. Dat vergroot het ruimtelijk effect.”
Dan valt zijn oog op een peper- en zoutstelletje vermomd als Hollandse molens uitgevoerd in Delfts Blauw. Geinig hè, knikt Piek. “Wij staan ook voor humor. Details zijn het, die een glimlach aan ons assortiment geven. Als jij mij vertelt waar ik mokken met een aardbeienprint kan vinden, dan verkopen wij die morgen ook. Moet je eens kijken hoe snel die daarna bij de Hema en Blokker liggen. Trends? Volgens mij worden ze hier geboren.”
Pol’s e-woonwarenhuis
Lastig: een virtueel verkoopkanaal voor zowel winkeliers als particulieren. Maar daar hebben ze bij Pol's Potten wat op gevonden. Bedrijven komen met een wachtwoord in de b2b-afdeling, particulieren belanden automatisch in de 'andere winkel' met consumentenprijzen.
De site loopt steeds beter, vertelt André Grobbee. Vooral handelaren weten de virtuele winkel alsmaar makkelijker te vinden. “Buitenlandse klanten ken je eigenlijk alleen van beurzen. Soms kopen ze net iets te weinig in, en nabestellingen komen in hun ogen altijd te laat. Je hebt daarvoor hun vorige order nodig, en dat is soms een heel gezoek in oude facturen. Dankzij onze site kunnen we veel sneller op hun wensen inspelen.”
De elektronische winkel voor particulieren echter gaat weer dicht. “Soms krijg je een bestelling van één mand of één vaas, dat schiet niet op. Je moet alles apart inpakken, en dat kost bij elkaar te veel tijd.” In plaats van een e-woonwarenhuis biedt Pol's Potten de consument straks productinformatie en een digitale versie van de nieuwsbrief. “Veel bedrijven storten zich op e-commerce omdat ze denken dat het moet, wij trekken ons van die markt terug. Voor consumenten gebruiken we internet als informatiemedium.”