Innovatievermogen wordt steeds vaker ingekocht, maar hoe regel je dat intern het best?
Inkoop moet zich door R&D niet de kaas van het brood laten eten. Dat stelt promovendus Raphaël Smals.
5 vragen aan Smals.
Wat heeft u precies onderzocht?
“In de Nederlandse hightech industrie ligt het aantal eindproducten laag en zijn de innovatiekosten dus lastig uit te smeren. De eigen R&D-afdeling is meestal ook te klein om technologische veranderingen bij te benen. Dan is R&D inkopen logisch. Ik heb gekeken hoe je hier het beste mee om kan gaan. Hoe stel je de aanvoer van innovaties bijvoorbeeld zeker? Meestal worden leveranciers gevonden die voor hun innovaties meerdere afnemers hebben, terwijl ze die technologie juist hebben ontwikkeld in opdracht van één enkele afnemer. Zo komt proactiviteit in de keten moeizaam tot stand.”
Hoe komt dat?
“Het ligt aan de manier waarop waarde en risico worden verdeeld in de keten. Afnemers wijzen op het ‘uurtje-factuurtje’denken, leveranciers vinden dat de kosten en het risico op hen worden afgewenteld. De laatste vijf jaar verandert er wel iets. Afnemers proberen nu preferred customer te worden, waar voorheen leveranciers preferred supplier wilden zijn. Dat heeft gevolgen voor de verhoudingen in de organisatie van de afnemer.”
Wat zijn de knelpunten?
“De interne samenwerking. Er zijn twee machtsblokken: R&D en de inkoopafdeling. En inkoop moet daarbij nog te vaak R&D volgen. Een slechte relatie heeft vaak te maken met onvoldoende visie op de toekomst van de relatie met de leverancier. Dan mag inkoop de brokken lijmen.”
Wat moeten bedrijven doen die een deel van hun R&D inkopen?
“Cruciaal is betrokkenheid vanuit de top. Strategische partnering en inkoop moeten dicht bij elkaar komen. Marketing, als stem van de gebruikers van het eindproduct, moet er dicht tegenaan zitten. Het gaat om alignment van processen, maar ook van technologie. Hoe maken we samen de meeste waarde voor klanten?”
Hoe ontstaat die win-winsituatie?
“Dat lukt als er een langdurige relatie is tussen leverancier en afnemer en als de ingekochte technologie raakt aan de corebusiness van de afnemer, zoals klimaattechnologie in chipmachines. De afnemer is hier de opdrachtgever, maar stimuleert tegelijkertijd het ondernemerschap van de leverancier om die technologie ook elders te vermarkten.”