Hij ontving een eredoctoraat Business and Management. Analisten vergeleken hem met een top-ceo en zelfs BusinessWeek roemde zijn cultuurdoorbrekende leiderschap. Als er dit jaar iemand in aanmerking komt voor de titel 'Manager van het Jaar' dan is het wel voetbalcoach Guus Hiddink.
Was 2002 nou uw beste jaar tot nu toe?
“Het is vooral een uitzonderlijk jaar geweest, met name door de gebeurtenissen tijdens het WK in juli. De beleving en het enthousiasme van het Zuid-Koreaanse publiek waren uniek, zoiets had ik nog nooit eerder meegemaakt. Spelers die na een overwinning huilend op je afstormen en je bijna doodknuffelen. De president die naar de kleedkamer om je te omhelzen. Dat zijn momenten die ik nooit meer zal vergeten. Aan de andere kant heb ik als voetbaltrainer vaker sportieve successen beleefd. In 1988 met PSV de Europacup gewonnen, in 1998 met het Nederlands elftal ook vierde geworden op een WK en in datzelfde jaar met Real Madrid de wereldbeker gewonnen. Dat zijn voor mij ook jaren waar ik nog steeds met veel plezier aan terugdenk.”
Maar die vierde plek die u uiteindelijk met het Zuid-Koreaanse voetbalelftal heeft behaald, dat had u toch ook niet verwacht?
“Dat we zover zouden komen, heb ik nooit voorzien, maar ik had er van tevoren wel een goed gevoel over. Het laatste half jaar voor het WK hebben we slechts één wedstrijd verloren. We bleven zelfs tegen landen als Duitsland, Engeland en Frankrijk met gemak overeind. Dan weet je dat je op de goede weg bent. Want iedereen heeft vooral die succesvolle en fantastische weken tijdens het WK voor het ogen. Maar wat de meeste mensen vergeten: daar ging wel ruim anderhalf jaar voorbereiding aan vooraf.”
Hoe raakte u eigenlijk in Zuid-Korea verzeild?
“Eind 2000 werd ik door de Zuid-Koreaanse voetbalbond benaderd met de vraag: 'Wat moeten we doen om bij de zestien beste voetballanden ter wereld te horen? Ik zei: 'Twee dingen. Haal de beste spelers van het land uit de competities en laat ze anderhalf jaar met elkaar trainen. En ga daarnaast met deze selectie een loodzwaar oefenprogramma spelen over de hele wereld om de juiste ervaring op te doen.' Een week later werd ik teruggebeld: 'Mijnheer Hiddink, we zijn akkoord. Wanneer kunt u beginnen?'”
Mooi toch?
“Maar ik had in eerste instantie helemaal niet de intentie om het zelf te doen. Totdat het na een paar dagen begon te kriebelen en ik dacht: 'Kom op Hiddink, je kunt het allemaal wel mooi vertellen, maar dan moet je er ook voor gaan.'”
Bovendien, u had al eens eerder met dat bijltje gehakt.
“Ik heb met het Nederlands elftal tijdens het EK'96 in Engeland en het WK'98 in Frankrijk vergelijkbare trajecten doorlopen maar dit was wel even anders: ik kende het land niet, de cultuur niet, de taal niet en ook de meeste spelers waren relatief onbekend voor mij. Kortom, waar begin je aan?”
Zoiets heet toch een uitdaging?
“Zeker, maar het afbreukrisico was groot. Ik heb ook gelijk gezegd: ik wil het wel doen maar dan alleen op mijn manier. En iedereen die zich daar niet aan wil conformeren, of het nou een speler is of een lid van de technische staf, valt buiten de boot.”
Duidelijke taal. Maar dan begint het dus pas. Hoe bouw je zoiets op?
“Je moet allereerst zorgen dat je een goeie organisatie en professionele trainingsstaf om je heen hebt. Assistent-trainers, conditietrainer, inspanningsfysioloog, videospecialist, pr-manager tot en met een goede kok aan toe. Dat is je basis. Vervolgens ga je bedenken hoe je wilt gaan spelen en welk type spelers je daarvoor nodig hebt. En daarvoor moet je streng selecteren. Van de dertig jongens waar ik januari 2001 mee begon, waren er in mei 2002 nog maar tien over. En belangrijk is dat je onderweg steeds meetmomenten inbouwt: waar staan we nu, liggen we nog op schema, moeten we bijsturen?”
U klinkt bijna als een manager.
“Dat ben ik in feite ook. Je maakt een plan en doorloopt een aantal stappen om uiteindelijk je doel te bereiken. In ons geval was dat heel concreet: het behalen van de tweede ronde. Succes komt nooit zomaar uit de lucht vallen. Je kunt het ook niet precies plannen. Maar een gedegen plan en een goede organisatie helpen wel.”
En wat is daarbij het geheim van Guus Hiddink?
“Wat ik inbreng is kennis, ervaring en mijn persoonlijke manier van leidinggeven. Daar is op zich niks geheimzinnigs aan. Het succes met Zuid-Korea was heel bijzonder maar het proces was vergelijkbaar met wat ik in 1998 met het Nederlands elftal heb meegemaakt. De extra moeilijkheid bij het Zuid-Koreaanse elftal zat in het doorbreken van de traditionele, hiërarchische cultuur waarin de spelers waren opgegroeid. Het blinde respect voor autoriteiten en ouderen, de angst om risico's te nemen, vriendjespolitiek: dat werkte allemaal belemmerend op de prestaties van de individuele spelers. Bovendien was het ondermijnend voor het teamproces. Dus daar heb ik zo snel mogelijk een einde aan gemaakt.”
Dat klinkt eenvoudig zoals u het zegt, maar hoe pak je zoiets aan?
“Door openlijk de manier van omgaan ter discussie te stellen. Door jonge en oude spelers door elkaar te mixen aan de eettafels. Door oude spelers die niet presteerden te wisselen en in sommige gevallen te vervangen door jonge, talentvolle spelers. Door ruzie te maken met bemoeizuchtige bondsbestuurders. En soms moet je ook een beetje geluk hebben. Tijdens de voorbereiding waren mijn spelers en ik getuige van een straf die een speler van het nationale elftal onder de zestien kreeg. De jeugdtrainer gaf deze speler, die blijkbaar een fout had gemaakt, ten overstaan van de hele groep een geweldige uppercut. Ik werd zo boos, dat ik ter plekke die trainer van het veld heb gegooid. Ten opzichte van die trainer didactisch volstrekt onverantwoord, maar ten overstaan van mijn eigen spelers had ik wel een duidelijk voorbeeld gesteld.”
Uw opvattingen over leidinggeven en management zijn inmiddels een best practice geworden voor Koreaanse politici en zakenmensen. U heeft zelfs een eredoctoraat Business en Management gekregen van de Sejong-universiteit in Seoul. Ziet u zelf ook overeenkomsten tussen voetbal en bedrijfsleven?
“Er zijn zeker wel overeenkomsten hoewel ik denk dat het allemaal een beetje overdreven wordt. Grote bedrijven zijn vaak veel beter georganiseerd dan een voetbalclub, dus ik vraag me af of die zoveel van ons kunnen leren. Een begrip als teambuilding is ook in het bedrijfsleven allang bekend. In het geval van het Zuid-Koreaanse voetbalelftal lag het iets anders omdat de basis van dat succes lag in het doorbreken van het traditionele rollenpatroon en de starre hiërarchische structuren. Tijdens de uitreiking werd dat ook letterlijk zo vermeld: de invloed die ik gehad heb op de Koreaanse maatschappij in het algemeen en op het denken over business en management in het bijzonder.”
Even iets anders. Uw opvolger Park Hang-seo, die in augustus werd benoemd, was na drie maanden al weer ontslagen. Dat kon ook niet goed gaan natuurlijk.
“Toen ik afscheid nam heb ik gezegd: 'Mensen, houd rekening met een mindere periode.' Daar heb ik iedereen, de media voorop, duidelijk voor gewaarschuwd. Want wat we met Zuid-Korea tijdens het WK hebben gepresteerd is natuurlijk uniek geweest. Dat zal waarschijnlijk nooit meer geëvenaard worden, laat staan overtroffen. Ik vind het sneu voor Park, hij was tijdens het WK een van mijn assistenten en had zeker meer krediet verdiend.”
Zelf heeft u na het WK twee lucratieve sponsorcontracten afgesloten. Een overeenkomst met Samsung Creditcard en een tweejarige verbintenis met Kyobo levensverzekeringen, samen goed voor ruim 2,5 miljoen dollar. Moet u daar nog veel voor doen?
“Dat valt erg mee. Kyobo mag gebruik maken van mijn naam en afbeelding, maar het promotiemateriaal is allemaal al gemaakt. Bij Samsung gaat het om een verlenging van een bestaand contract. Zij hebben mijn naam en afbeelding al tijdens het WK gebruikt in advertenties en reclamespotjes en veel van die commercials lopen nog steeds.”
Samsung pakte tijdens het WK flink uit door in een aantal Nederlandse ochtendbladen
u paginagroot af te beelden terwijl u een Zuid-Koreaanse speler omhelst op wiens rug in grote letters 'Samsung' staat. Daar waren ze bij Philips vast niet blij mee.
“Ach, ze hebben het sportief opgevat. Het was een eenmalig geintje. Ik heb een contract afgesloten met Samsung Credicard maar de meeste Nederlanders kennen Samsung vooral als een fabrikant van consumentenelektronica. Dus dat zorgde voor enige verwarring. Ik kon er wel om lachen.”
Naast uw contract met PSV had u ook een principeovereenkomst met Philips om marketingactiviteiten voor hun in Azië te gaan doen. Daar is nog steeds niets van terechtgekomen.
“Die plannen waren niet zo concreet als in de pers is gesuggereerd. Bovendien hadden ze waarschijnlijk niet verwacht dat ik het met Zuid-Korea zo goed ging doen op het WK. En toen het één keer zover was, waren ze te laat. Philips is nog steeds aan het kijken wat ze met mij in Azië kunnen doen. Ze hebben daar blijkbaar nog niet zo'n haast mee.”
Terwijl Gerard Kleijsterlee nog zo enthousiast was toen u als nieuwe trainer werd gepresenteerd. Hij sprak zelf van 'interessante commerciële mogelijkheden'.
“Ik heb er ook wel een paar keer met Kleijsterlee over gesproken. Hij heeft zelf ook een aantal jaren in Azië gezeten, dus hij kent de omstandigheden. Maar ik ben in eerste instantie naar PSV gekomen als voetbaltrainer. Daar ligt nu ook de prioriteit. Als over enige tijd qua voetbal de zaak wat beter op de rails staat komt er ook meer tijd vrij voor dit soort activiteiten. Azië en in het bijzonder China blijft de komende jaren een belangrijke groeimarkt voor Philips.”
Naast successen kent u ook de andere kant van de medaille. Zo bent u als voetbalcoach ook een aantal keren voortijdig ontslagen. Hoe ging u daar mee om?
“Ik heb inderdaad bij sommige clubs mijn contract niet volledig uitgediend maar dat heb ik nooit als een persoonlijk falen ervaren. Bij Real Madrid, waar ik na het WK'98 aan de slag ging, heb ik negen maanden gezeten. Ik heb in die periode nog wel de wereldbeker gewonnen maar kwam vervolgens in conflict met de clubvoorzitter, omdat ik weigerde zijn zoon op te stellen in het eerste elftal. Die jongen was gewoon niet goed genoeg, dus dat was voor mij geen punt van discussie. Maar dan weet je dat ze op je gaan loeren. En bij de eerst komende thuisnederlaag is het dan afrekenen, wat ze overigens heel genereus doen. Want dat moet je ze bij Madrid nagegeven, ze zijn niet kinderachtig met een afkoopregeling, dus dat verzacht.”
Maar als je op zo'n wijze aan de kant wordt geschoven, dat moet toch wel behoorlijk frustreren?
“Natuurlijk, dat doet even pijn, maar wat voor mij het zwaarste telt is dat ik mijn zelfrespect heb behouden. Had ik de zoon van de voorzitter wel opgesteld dan zou ik mezelf verloochen en als leider mijn gezag bij de groep verliezen. Bovendien, weet je wat het grappige is: het zelfde bestuur dat me ontsloeg, nodigde me vervolgens van harte uit de eerstkomende thuiswedstrijd bij te komen wonen. No hard feelings.”
Tijdens het EK '96 liep het toch ook niet bepaald op rolletjes. U heeft zelfs sterspeler Edgar Davids weggestuurd nadat hij u had beledigd.
“Natuurlijk was dat een rampzalig verlopen toernooi De oorzaken voor de conflicten in de groep waren overigens al in een veel eerder stadium geboren. Het was ook geen conflict tussen zwarte spelers en blanke spelers, wat de pers er graag van maakte, maar het had vooral te maken met de toenmalige dominantie van de Ajax-spelers in de groep. Wat ik daarvan geleerd heb, is dat er vooraf strenge en duidelijke afspraken moeten worden gemaakt. Daarom heb ik bij de voorbereiding op het WK'98 een aantal gedragscodes opgesteld, vervat in een lijst van twaalf punten, waardoor iedere speler precies wist waar hij aan toe was. Vervolgens hebben we de gemakkelijkste kwalificatie in de historie gehad en werden we uiteindelijk pas in de halve finale door Brazilië tot stilstand gebracht.”
Nooit aan uzelf getwijfeld?
“Als ik over een langere periode met een door mij samengestelde selectie geen succes zou behalen, dan zou ik aan mezelf gaan twijfelen. Maar dat is tot nu toe nog nooit gebeurd.”
Maar net als de meeste managers in het bedrijfsleven krijgen voetbalcoaches niet meer zo veel tijd om een resultaat neer te zetten.
“Klopt, maar dat vind ik niet zo'n probleem. Die druk maakt het voor mij juist interessant. Kijk, ik kan nu wel zeggen dat het huidige PSV niet mijn team is, omdat ik er halverwege ben ingerold, maar dat vind ik te makkelijk. Ja, ik ga zeker een aantal zaken veranderen, nieuwe spelers toevoegen en de zaak verder professionaliseren, maar dat is voor mij een continu proces. Ondertussen moet er wel gepresteerd worden. Want ook op de korte termijn ben ik verantwoordelijk voor het resultaat.”
Laten we dan even naar uw eerste kwartaalresultaten kijken: PSV is uitgespeeld in de Europese competities en staat tweede in de nationale competitie. Daar kunt u toch niet tevreden mee zijn?
“Daar ben ik ook niet tevreden over. We hadden met deze selectie minimaal nog in de UEFA Cup moeten zitten. Maar dat is niet gelukt. Dus is het aan mij om ervoor te zorgen dat het in de toekomst beter gaat. Ik ben bezig om op korte termijn de selectie met een of twee Zuid-Koreaanse spelers te versterken, want er zijn dit seizoen nog steeds twee prijzen te winnen:
de landstitel en de beker.”
Maar wat als de resultaten blijven teleurstellen?
“Dan zal de druk toenemen, zo realistisch ben ik ook wel. En uiteindelijk is het dan meestal de trainer die het veld moet ruimen, want je kan moeilijk de hele selectie ontslaan.”
Sinds u bij PSV bent begonnen, heeft u al twee keer een kogelbrief ontvangen. Wat heeft dat met u gedaan?
“Dat valt rauw. Ik kan wel de grote jongen uithangen, maar als zoiets op je bureau valt en er staan teksten in als 'We zullen je wel even aan flarden schieten', vergezeld van twee kogels, dan ben je wel even een paar dagen van de kaart.”
Denkt u dan niet: wegwezen hier.
“Mijn vriendin, mijn familie en directe vrienden zeiden dat wel. Die vonden dat het mooi was geweest, dat ik beter een tijdje in het buitenland kon gaan zitten. Maar ik voelde toch een morele verplichting ten opzichte van de mensen die me naar PSV hebben gehaald. Bovendien geef je dan toe aan dit soort gekken en bereiken ze hun doel. Ik heb mezelf een paar dagen gegeven om te kijken of ik me nog kon opladen, of ik nog in staat was de groep te leiden en te motiveren. Toen dat gevoel er nog was, heb ik gezegd: ik blijf.”
Het lijkt me wel dat je alles wat meer gaat relativeren.
“En dat is nou juist het probleem. Als je een topprestatie wilt leveren, kun je niet relativeren. Dat gaat niet samen. Presteren is een bloedserieuze zaak.”
CV Guus Hiddink
geboren in Varsseveld
opleiding CIOS in Overveen
1967 – 1978 Profvoetballer bij De Graafschap, PSV, NEC,
Washington Diplomats, San Jose Earthquakes
1979 – 1980 Sportleraar op een school voor moeilijk lerende kinderen
Assistent trainer De Graafschap
Assistent trainer PSV
1987 – 1990 Hoofdtrainer PSV
1990 – 1991 Hoofdtrainer Fenerbahce
1991 – 1994 Hoofdtrainer Valencia
1995 – 1998 Bondscoach Nederland
1998 – 1999 Hoofdtrainer Real Madrid
2002- – 2002 Bondscoach Zuid-Korea
Huidige functie hoofdtrainer PSV, adviseur Zuid-Koreaanse voetbalbond