In Amerika geldt Hofstede nog steeds als dé Nederlandse managementgoeroe, meer dan Manfred Kets de Vries. En dat allemaal vanwege één boek: Cultures and Organizations, uit 1991. Daarin brengt Hofstede in kaart hoe mensen uit verschillende culturen aankijken tegen zakendoen. In een wereld die steeds kleiner wordt is dat voor managers en ondernemers onmisbare informatie.
De mens
Officieel is prof. dr. Geert Hofstede is al sinds 1993 met emeritaat. Hoewel hij het de laatste jaren wat kalmer aandoet, blijft hij betrokken bij de ontwikkelingen op zijn vakgebied. Hij is nog steeds als fellow verbonden aan het economisch onderzoeksinstituut van de Universiteit Tilburg, en publiceert nog regelmatig op zijn website.
Hofstede werd in 1928 geboren in Haarlem. Na opleidingen aan de HTS in Den Haag en aan de TH in Delft werkte hij tien jaar in het bedrijfsleven. In de jaren zestig promoveerde hij in Groningen op een proefschrift over budgetbeheersing. Aansluitend werkte hij nog een aantal jaren bij IBM, om in 1971 definitief de overstap te maken naar de academische wereld. Benoemingen in Lausanne, Brussel, Fontainebleau en Leiden volgden elkaar in hoog tempo op. In 1985 werd hij hoogleraar Antropologie en Internationaal Management in Maastricht, een functie die hij tot 1995 bekleedde.
Hofstede is getrouwd met Maaike van den Hoek. Samen hebben ze vier zonen en negen kleinkinderen. Een van hun zonen, Gertjan Hofstede (geboren in 1956), is in zijn vaders voetsporen getreden en zet nu diens werk met succes voort.
De ideeën
Culturen van organisaties mogen niet worden verward met de culturen van landen of volkeren, waarschuwt Hofstede als hij op zijn eigen website zijn ideeën uitlegt. De verschillen tussen organisatieculturen zitten hem in de symbolen die mensen gebruiken, de helden die ze vereren, en de rituelen die ze uitvoeren. “Praktijken”, noemt hij dat. Nationale culturen zitten dieper, op het niveau van de normen en de waarden die mensen er op na houden.
Hoewel Hofstede zich ook met organisatieculturen heeft beziggehouden, vindt hij die onderliggende, nationale culturen het interessantst. Daarin onderscheidt hij vijf dimensies:
- Power Distance (hoe groot zijn in een land de verschillen tussen rangen en standen?)
- Individualism (legt een samenleving het accent op individuele prestaties of op collectieve?)
- Masculinity (hoe dominant is het traditionele mannelijke rolmodel van prestaties, controle en macht?)
- Uncertainty Avoidance (hoeveel onzekerheid en ambiguïteit kan een samenleving verdragen?)
- Long-Term Orientation (zijn mensen op een pragmatische manier op de toekomst georiënteerd of klampen ze zich vast aan het verleden?
De praktijk
Managers in het internationale bedrijfsleven staan er soms versteld van hoe anders mensen in andere culturen zich gedragen, constateert Hofstede. “We zijn geneigd te denken dat van binnen alle mensen gelijk zijn, maar dat is niet zo. Als je naar een ander land gaat en je neemt beslissingen op basis van hoe dingen gaan in je eigen land, is de kans op vergissingen levensgroot.”
Het onderzoek dat Hofstede heeft gedaan naar de culturen van meer dan zestig landen over de hele wereld levert de informatie op die managers en ondernemers nodig hebben om internationaal wél effectief te kunnen opereren.
Een mooi voorbeeld dat Hofstede zelf graag aanhaalt is dat van het Midden-Oosten tegenover de Verenigde Staten. In Westerse landen is het bij onderhandelingen gebruikelijk dat beide partijen ernaar toewerken dat ze elkaar begrijpen en dat ze het eens worden. Is het eenmaal zo ver, dan worden er handen geschud ten teken dat het onderhandelen over is en dat het samenwerken kan beginnen. In het Midden-Oosten wordt er ook heel wat “onderhandeld”, maar als daar sprake is van “overeenstemming” en er worden handen geschud, betekent dat alleen maar dat er vanaf dat moment serieus kan worden gepraat. Geen probleem als je in een souvenirwinkel een leuk tapijtje wilt kopen voor thuis op tafel, wel als je een miljoenendeal voor je bedrijf probeert te sluiten.
De miskleun
Hofstede heeft met zijn model van culturele verschillen in de hand profielen opgesteld van de meest uiteenlopende landen. Die bevatten stuk voor stuk hele belangrijke informatie. Het gevaar – maar dat kun je Hofstede niet echt aanrekenen – is dat mensen vervolgens denken dat ze weten hoe het werkt in zeg Guatemala of Singapore. Dat is natuurlijk maar voor een deel waar. Meer dan een kader heb je dan nog niet. Om werkelijk in zo’n land uit de voeten te kunnen, moet je dat vervolgens nog opvullen en aankleden met je eigen ervaring en je eigen waarnemingen. Internationaal zakendoen is niks voor mensen die met grote stappen snel weer thuis willen zijn.
De boeken
De kern van Hofstede’s ideeën staat in zijn eerste boek, Culture’s Consequences: International Differences in Work-Related Values (Londen: Sage, 1980). Dat is zware, wetenschappelijke kost. Toegankelijker en ook praktischer is zijn tweede boek, Cultures and Organizations: Software of the Mind (Maidenhead: McGraw-Hill, 1991).