Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De comeback van de authentieke jenever

Bijna dreigde de oude klare mét zijn bejaarde drinkers uit te sterven. Maar dankzij kwaliteitsbewuste consumenten en enthousiaste destillateurs valt deze jeneversoort weer helemaal in de smaak. Vijf kenners over de herontdekking van de betere borrel.

Aan de statistieken is het nog niet af te lezen, maar sinds enkele jaren maakt de klassieke jenever weer een voorzichtige comeback. Branders en distillateurs herontdekken de charme van het traditionele procédé, consumenten zijn vaker bereid om wat extra's te betalen voor een hoogwaardiger product, jenevercafés bieden keus uit steeds meer merken, en genootschappen organiseren de ene proeverij na de andere.
Daarmee lijkt een einde te komen aan een teloorgang die ruim honderd jaar eerder inzette. Toen begonnen graanalcohol en uit suikerbieten gedistilleerde alcohol de klassieke moutwijn te verdringen. De jeneversoort die zo ontstond was goedkoper en neutraler van smaak en geur dan het 'oude' type. Uiteindelijk vond oude jenever alleen nog aftrek bij een snel vergrijzend publiek. De 1,6 liter gedestilleerd die de Nederlander gemiddeld dronk in 2000 (1900: 4 liter) bestaat vooral uit jonge jenever (30 procent), whisky (13 procent) en geïmporteerde likeuren en likorettes (8 procent). De rest (49 procent) is verdeeld over tientallen andere soorten binnen- en vooral buitenlands gedistilleerd, waarvan minder dan 1 procent ouwe klare.
Maar de klassieke jenever is terug. Niet zozeer in kwantitatief – van voortrekker Notaris bijvoorbeeld worden per dag maar 660 flessen gemaakt – als wel in kwalitatief opzicht. Op uitnodiging van Management Team schaarden zich daarom vijf gerenommeerde jeneveraars om de ronde tafel voor een gesprek over hun favoriete drank.

Historica Marianne de Bruyn is directeur van het Gedistilleerd Museum in Schiedam. Nathalie Lans, directeur van een communicatiebureau, zag onlangs haar prachtboek Schiedam bouwt op jeneververleden herdrukt. Dick Jansen brengt als ceo van UTO Nederland BV behalve vertrouwde merken als Gorter, Plantinga en Vlek ook Notaris op de markt. Notaris, een van de voortrekkers in de retrotrend, maakt hij zelf in de branderij van zijn voorvaders. Bob de Kuyper is behalve directeur van het gelijknamige koninklijke familiebedrijf ook bestuurslid van het Productschap voor Gedistilleerde Dranken en van het Genever Genootschap. Cees van Wees – ook al uit zo'n oud geslacht – maakt in zijn Amsterdamse stokerij De Ooievaar zestig likeuren en vijftien jenevers 'naar Oudhollands recept'. Willem Wolters ten slotte, fondsenwerver bij de Wageningse Universiteit, is voorzitter van het Wageningsch Genevercollege 'Nimmer Zat', dat ieder jaar een aantal Nederlandse en Belgische jenevers beoordeelt.
De stamtafel staat in De Gekroonde Brandersketel, het historische pand van het Gedistilleerd Museum. De drank: koffie en thee, maar wel vergezeld van handgemaakte jeneverbonbons.

Goochelaars
Wolters: “Er is iets merkwaardigs aan de hand met de waardering voor jenever. De statistieken van verkoop en consumptie lopen sinds jaren terug. Maar als je in Wageningen in het café komt, dan zie je een heleboel mensen lekker van hun jenevertje genieten. Het heeft alles te maken met hoe het product wordt gepresenteerd. Als je laat zien dat er aan jenever een heleboel valt te ontdekken en te genieten, dan spreekt dat de consument nog steeds aan. Alleen heeft dat aspect te lang te weinig aandacht gekregen.”
De Kuyper: “Ik ben het niet eens met dat negatieve gedoe. Jenever is in Nederland nog steeds het grootste product. Dan kun je wel zeggen dat het vroeger nóg meer was, maar dat is geen wonder als je bedenkt hoeveel dranken er bij zijn gekomen van over de hele wereld. Het marktaandeel van traditionele dranken daalt ook in Ierland, Schotland, Frankrijk. Er is geen enkele reden om dramatisch te doen over het feit dat de horizon van de consument zich verbreedt.”

Lans: “Naar mijn idee zijn er de laatste jaren steeds meer mensen die jenever drinken. We leven in een tijd waarin mensen de kunst van het genieten weer verstaan. We kiezen bewuster en hebben meer geld over voor producten die onze zintuigen strelen. Jenever is duidelijk een drank die past bij de hedendaagse manier van leven.”
De Bruyn: “Er is hoe dan ook een trend naar meer waardering voor tradities, kleinschaligheid, meer historisch besef. Branders en distillateurs kunnen daarbij aansluiten met authentieke jenevers en likeuren. Mensen vinden die kleine merken reuze interessant.”
Jansen: “Het is een kwestie van imago. Een jongerendrank is oude jenever nooit geweest en een grootschalig product wordt het per definitie nooit. Door een smaakvoller product op de markt te brengen, bereiken we wel de mensen die geïnteresseerd zijn in een intensere ervaring.”
Lans: “Een jong imago heeft jenever nooit gehad. In de jaren tachtig heeft de jeneverindustrie dat wel geprobeerd, maar dat is geen succes geworden. Jenever zou meer bij de juiste doelgroep gepromoot moeten worden.”
Van Wees: “De meeste jenever wordt gemixt met cola of 7-up gedronken in het café of in de disco, door lieden die het puur niet te hachelen vinden. Wat er in die fles zit, is in feite schoonmaakmiddel. Dat zie je ook terug in de prijs: zeventien, achttien gulden. Met kwaliteit heeft dat natuurlijk niks te maken.”

De Kuyper: “Verschillende kwaliteiten heb je altijd gehad. In de zeventiende eeuw, in de achttiende eeuw. In Schiedam, in Amsterdam, in Weesp.”
Van Wees: “Het gaat mij om het aanzien. Alle gedistilleerd in de wereld gaat terug op een Hollandse uitvinding uit de tijd van de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Geef je die rijke historie aan, dan verwerf je gezag. Maar wat doen wij? Wij accepteren dat goochelaars zich bezighouden met het maken van een drank die Fred Kaps niet zou hebben misstaan.”
De Kuyper: “De werkelijkheid is een stuk genuanceerder. Je hebt klanten die jonge jenever echt lekker vinden, je hebt mensen die gaan puur voor een borreltje met smaak, en alles wat daartussenin zit. Waarom zou je daar laatdunkend over doen?”

Griezelig
Van Wees: “Voor alle levensmiddelen geldt een declaratieplicht. Haal het niet in je hoofd om een Bordeaux te mengen met 5 procent Marokkaans, ook al is het nog zo lekker. Maar het meeste van wat als jenever wordt verkocht, is niet anders dan water en alcohol. Belachelijk dat zoiets officieel jenever mag heten.”
Jansen: “Het ironische is dat jenever maken historisch gesproken de kunst is om vanuit een vergist product iets neutraals en drinkbaars te maken. Die kunst is verder doorgezet dan nodig was, en nu is het product zo neutraal dat het geen smaak meer heeft en ook geen kleur. Het is inderdaad zuivere alcohol geworden met zuiver water. De droom van de vroegere branders, die hebben wij gerealiseerd.”

Van Wees: “Zeg maar gerust een nachtmerrie! Ik vind dat zulke mengproducten niet mogen worden verkocht onder de noemer gedistilleerd.”
De Kuyper: “Die declaratie komt er aan over drie, vier jaar. Maar wat versta je onder een 'natuurlijk' product? Het aroma van bananenlikeur kan van bananen zijn gemaakt, maar je kunt ook van andere vruchten uitgaan en daar bepaalde frácties uithalen zodat het een bananensmaak oplevert. Volgens de regels zoals die nu gelden, gebeurt er dan niets illegaals.”
Van Wees: “Omdat er geen wet ís! Jarenlang ging het er alleen maar om een zo goedkoop mogelijk product op de markt te brengen. De tijd dat mensen Bokma of Harteveld of Meder dronken is voorbij, nu letten ze alleen nog op de prijs.”
Jansen: “Ongetwijfeld koopt een deel van de bevolking op die manier, maar er is een minstens zo groot deel dat nog altijd trouw is aan zijn eigen merk.”
Van Wees: “Welnee, Nederlanders drinken dat spul omdat ze daar de hoogte van krijgen. Heroïne of cocaïne zouden ze lekkerder vinden, maar dat is ze te griezelig.”

Smaakavontuur
Wolters: “Toch zie ik bij al dat leed ook positieve ontwikkelingen. De leeftijd waarop jonge mensen gaan zoeken naar andere smaakervaringen ligt lager dan tien, twintig jaar geleden. Toen ik student was, dronk iedereen bier. Je kwam gewoon niet met jenever in aanraking. Nu is men eerder geneigd om te experimenteren.”
Lans: “Net als het product jenever is ook de samenleving veranderd. De keuze is groter, mensen zijn zich meer bewust van prijs en kwaliteit… Liever minder en beter, dan meer en slechter. Jenever als traditie en jenever als nieuwe smaakervaring. Het ligt er maar net aan waar, wanneer en met wie je het drinkt.”

De Bruyn: “Kijk naar de bezoekers van dit museum, dat zijn mensen die de tijd en de interesse hebben om op zoek te gaan naar nieuwe ervaringen. Je ziet om je heen hoe de beleveniseconomie tot bloei komt.”
Wolters: “We hoeven heus niet iedereen aan de authentieke jenever te krijgen. Waar het om gaat, is dat de consument een keus heeft en zich daarvan bewust is. Dan kun je hem vervolgens vertellen dat er nóg een drank is waaraan hij zijn smaakavontuur kan beleven.”
Jansen: “Jenever blijft een karakteristiek product, voor een déél van de consumentenmarkt. Het ís niet lekker, een aantal mensen víndt het lekker. Veel meer dan 660 flessen zal ik niet vlug maken op een dag. Er zullen de komende jaren wel andere distillaten naast komen – producten die we vroeger ook maakten maar die verdwenen zijn. Smaakvoller, natuurlijker, en ook duurder. Die gaan allemaal een deel krijgen van een markt die in zijn totaliteit kleiner wordt.”

Van Wees: “Het is maar de vraag of je daar zakelijk wat aan zult hebben. Die Notaris van jou moet een gulden of vijftig kosten om de investeringen terug te verdienen. Dan kun je er op wachten dat een of andere non-valeur ook vijftig gulden gaat vragen voor zijn fles, zonder dat hij aan dezelfde kwaliteitseisen voldoet. Jullie hebben nu het Schiedamse jeneverzegel als garantie voor de consument. Dat wekt vertrouwen. Maar zorg er wel voor dat andere grapjassen daar niet gratis op kunnen meeliften. Het hangt ervan af of aan die nieuwe producten wettelijke eisen worden gesteld.”
De Kuyper: “We zijn bezig met een inhaalslag. Er wordt meer gedaan om het cultureel erfgoed te beschermen, er komen betere jenevers op de markt die op meer plekken te koop zijn, dit museum staat er… Ik denk dat we als branche een heel eind op de goede weg zijn.”

Jenever-lexicon

Moutwijn
De basis voor de bereiding van alle traditionele jenevers. Ontstaat door gerst, rogge en eventueel maïs te laten vergisten en het resultaat driemaal te distilleren tot een alcoholpercentage van 46 procent is bereikt.

Oude jenever
Bestaat volgens de Warenwet voor minimaal 20 procent uit moutwijn. Hoewel er oude jenevers zijn die geheel met moutwijn zijn gemaakt, wordt de basis meestal gevormd door graan- en/of melasse-alcohol. Het alcoholpercentage bedraagt minimaal 35 procent. Na de vierde distillatie (op jeneverbessen) kan oude jenever worden gelagerd op eikenhouten fusten.

Jonge jenever
Jenever gemaakt van zuivere graanalcohol van 96 procent en/of melasse-alcohol, géén moutwijn. Het rond 1900 ontwikkelde procédé leidt tot een drank met een neutralere smaak en geur dan oude jenever. De termen 'jong' en 'oud' slaan op de toegepaste techniek, niet op de leeftijd van het product.

Graanjenever
Jenever mag volgens de EU-verordening voor gedistilleerde dranken alleen 'graanjenever' heten als uitsluitend graanalcohol is gebruikt (dus geen melasse-alcohol).

KorenwijnDrank op basis van moutwijn. Bij de vierde keer distilleren worden minder jeneverbessen gebruikt dan in het geval van oude jenever. Nadat het product een aantal jaren op eikenhout is gerijpt, wordt een mengsel samengesteld uit verschillende vaten. Het alcoholpercentage bedraagt minimaal 38 procent.

Bron: Wageningsch Genevercollege 'Nimmer Zat'

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

De beste jenever

Het Wageningsch Genevercollege 'Nimmer Zat' kiest ieder jaar op basis van systematische proeverijen de 'Beste Genever van het Jaar'. De winnaars van de afgelopen drie jaargangen:
Oude Jenever
1998-1999 Veluwse zeer oude jenever van Hulsink
1999-2000 Oude vijf jenever van Rutte & Zn.
2000-2001 Oude proever van Wenneker
Jonge jenever
1998-1999 Jonge graanjenever van Boomsma
1999-2000 Klarenaer van De Ooievaar (Van Wees)
2000-2001 JJ 37 van Zuidam
Korenwijn
1998-1999 Traditioneel gerijpte korenwijn van Hooghoudt
1999-2000 Korenwijn van B. Janssens

Extra oude korenwijn van Gorter