Als het mis gaat in de bestuurskamers van grote ondernemingen, dan gaat het ook heel erg mis. Het zwakke punt in de corporate governance is de commissaris. Die heeft te vaak te weinig lef om door te vragen.
Het is geen gemakkelijke relatie tussen een toezichthoudende commissaris en de executives uit de raden van bestuur. Twee op de drie commissarissen ervaren problemen in de relatie met de uitvoerende bestuurders. Maar als het ergens om gaat, komt de relatie tussen toezichthouders en de RvB, verder onder druk; 82 procent van de commissarissen vindt het moeilijk om door te vragen, blijkt uit een klein en niet geheel representatief onderzoek van de Governance University.
Dat het soms flink kan knetteren tussen de executicves en de nonexecutives weet iedereen die het boek De Prooi over de monumentale ondergang van de ABN Amro heeft gelezen. Als het mis gaat, ligt dat zelden aan het niet naleven van de formele regels.
Kwaliteit van onderlinge relaties
Vrijwel altijd ligt het aan menselijk falen en de kwaliteit van de relatie tussen de commissarissen en de directie, analyseert ook supercommissaris (vz RvC Heineken, SaraLee, eva) en oud AkzoNobel ceo Cees van Lede. “Ondanks de karikatuur die er vaak van de commissaris wordt gemaakt – die zijn stukken pas in de vergadering voor het eerst ziet en vooral dikke sigaren rookt – is kennis over de feiten zelden het probleem. Het probleem is de kwaliteit van de relaties.”
Van Lede zei dit ter gelegenheid van een donatie van de Nederlandse INSEAD alumni aan hun alma mater. Het geld, een miljoen euro, is bedoeld om verder onderzoek te doen naar het gedrag in de boardroom en de relaties tussen commissaris en uitvoerend bestuurder. Van Lede heeft zelf een mba aan deze illustere business school (jaargang 1967), die tot de top vijf MBA’s van de wereld wordt gerekend.
Angst voor domme vragen
De donatie komt ten goede aan een andere bekende naam, Manfred Kets de Vries; goeroe, gevierd managementboek auteur, INSEAD prof en coach in soft skills voor de groten in het corporate universum. “Als commissarissen niet diep durven te controleren en door te vragen komt dat vooral door schaamte”, zegt hij. “Groepsdenken, maar ook de angst domme vragen te stellen, bang om de vriendschappelijke relatie onder druk te zetten, of ook de indebtness die kan zijn omdat ze de baan aan het netwerk hebben te danken.” Het zijn allemaal menselijke emoties die een commissaris kunnen beletten de pijn te nemen en door te vragen.
Werken aan soft skills
“Met de donatie van een miljoen euro willen we tools ontwikkelen om die vaardigheden die nodig zijn om effectief toezicht te houden verder ontwikkelen”, zegt Kets de Vries. En dat is nodig denken ook de alumni. Niet alleen de harde businessvaardigheden moeten de huidige INSEAD studenten en toekomstig commissarissen opgediend krijgen. Het gaat steeds meer om de soft skills. De zachte kanten van het vak. Hoe stel je de vragen die absoluut gesteld moeten worden, ook als ze minder vriendelijk zijn?
Die openheid en het vermogen ook tot de persoonlijke kern door te dringen, wordt extra belangrijk door de mondialisering van het internationaal topmanagement. “Er is een anonieme markt van internationale topmanagers gekomen. Deze hebben vaak een MBA en geen historische binding met het bedrijf dat ze leiden”, zegt Van Lede. “Ik denk dat bedrijven er goed aan doen die ceo’s juist van binnen te halen.” Dan is die band dieper, de betrokkenheid groter en de bereidheid om ook moeilijke gesprekken niet uit de weg te gaan groter.
Ook interessant, het boek 'Ontdek je sterke punten'