Oud-voorzitter van de raad van bestuur van VNU, Rob van den Bergh, vindt dat in Amerika de consensus veel minder van belang is. “De baas is de baas.” Hij zegt dat in een interview in Management Scope, waarin hij terugblikt op zijn tijd als ceo van VNU, met de laatste paar jaar het hoofdkwartier in New York.
“Je zichtbaarheid, je boodschap uitleggen, ik was daar niet aan gewend, ik was daar niet voor opgeleid. Ik heb er hard aan moeten werken om dat op een Amerikaanse manier voor elkaar te krijgen. (…) We gaan geleidelijk naar het Amerikaanse model toe. De voorzitter van de raad van bestuur wordt al veel meer een ceo. (…) De tijd dat een ceo aan het roer staat, is korter geworden. Het is ook een vermoeiend vak. Ik zou niemand aanraden dat tien jaar te doen. Ik denk dat de succesvolle ceo's het uiteindelijk zeven à acht jaar volhouden.”
Moeizaam
Op de vraag hoe Van der Bergh het Nederlandse bestuursmodel ziet, het 'two-tier' systeem, antwoordt hij: “Ik denk dat het stakeholdersmodel helaas niet meer haalbaar is. Het gaat om het aandeelhoudersbelang. Het one-tiermodel is uiteindelijk beter. Het kan allebei, het hangt ervan af of de commissaris goed is of niet. (…) Een two-tier board is zuiverder, maar als er problemen zijn is een one-tier board veel makkelijker. Dan sta je er samen voor en is dat ook veel duidelijker. Commissaris zijn is gewoon een moeizaam vak, geen leuk vak. Er zijn zoveel angsthazen.”
Van den Bergh is momenteel namens investeringsmaatschappij 3i president-commissaris bij VNU Media.