FNV Bouw pleit ervoor de belastingvrije voet, het bedrag per kilometer dat werkgevers mogen vergoeden, van 19 cent te verhogen. "Al bijna vijf jaar is de regeling niet aangepast, terwijl de benzineprijzen met veertig procent zijn gestegen."
De vakbond gaat op de barricade om de "onrechtvaardige regeling" aan te pakken, zeggen ze in de Telegraaf. "De ANWB raadde eerder aan om het belastingvrije gedeelte naar 22 cent te brengen. Dat lijkt ons een goed begin. Zo kan de koopkrachtverslechtering worden beperkt. Want een daling aan de benzinepomp is in onze ogen utopisch", stelt Dick van Haaster, voorzitter van FNV Bouw. De strijd wordt ondersteund door FNV Abvakabo.
Het is de twee bonden een doorn in het oog dat werknemers in onder meer de bouw- en zorgsector er momenteel zwaar op moeten toeleggen als zij in de auto stappen, terwijl het openbaar vervoer hun geen fatsoenlijk alternatief biedt. Van Haaster: "Een verpleegster in de nachtdienst of een wegwerker die een snelweg aanlegt, kan nu eenmaal niet makkelijk in de trein stappen om op zijn werk te komen. Maar dat geldt uiteraard voor wel meer beroepen."
"Iemand die 30.000 kilometer rijdt voor zijn werk en een netto kilometervergoeding krijgt van 25 cent, loopt met de huidige benzineprijzen al gauw 10 cent per kilometer mis. Want 35 cent per gereden kilometer dekt wat ons betreft de werkelijke kosten voor het gebruik van de auto. Dan kom je dus op 3000 euro per jaar wat je erbij inschiet. Dat betekent dat je fors geld moet inleveren om op je werk te komen. Dat is toch te gek voor woorden."