De vaste aanstelling van Frank de Boer als hoofdtrainer van Ajax stemt beleggers in het aandeel optimistisch. Maar wie met een financiële blik naar Ajax kijkt, ziet weinig reden tot juichen.
De 40-jarige De Boer ondertekende maandag een contract dat hem tot 30 juni 2014 aan de Amsterdamse club bindt. De Boer werkte de afgelopen weken als voorlopige opvolger van de opgestapte Martin Jol en behaalde in die korte periode goede resultaten, tot volle tevredenheid dus van de Amsterdammers. Het nieuws van De Boer's vaste aanstelling betekent dan ook dat Ajax dinsdag na opening van de beurs een van de sterkste stijgers op het Damrak is, met een plus van1,8 procent op 6,90 euro. Ruim een maand eerder, na bekendmaking van het vertrek van Jol, schoot het aandeel ook al direct omhoog: met een plus van 2,2 procent, op 6,39 euro.
Zakelijk wringt het
Dat een wisseling van de wacht de aandeelhouders vertrouwen geeft is mooi, want het aandeel kan een oppepper goed gebruiken. Maar het vertrouwen in Ajax is niet alleen gestoeld op de sportieve leiding, ook de zakelijke aansturing speelt een rol. En daar wringt het. De club leed in (het gebroken boekjaar) 2010 22,8 miljoen euro verlies, het grootste verlies van alle Eredivisieclubs afgelopen jaar, en voor Ajax sinds 2002.
De negatieve cijfers zijn het gevolg van leven op te grote voet. De personeelslasten in Amsterdam zijn bijvoorbeeld de hoogste in de Nederlandse competitie, zo blijkt uit recente cijfers van de KNVB. Ajax gaf er in 2010 48,8 miljoen euro aan uit, gevolgd door PSV (31,2 mln euro), AZ (28,6 mln euro), en Feyenoord (26,3 mln euro). Andere factoren zijn de gevolgen van de crisis. Ajax zag bijvoorbeeld de inkomsten teruglopen doordat bedrijven minder uitgeven aan sponsoring, skyboxen of business seats. Ook supporters houden de hand wat steviger op de knip.
De zorgelijke financiële resultaten zijn echter niet alleen aan de crisis te wijten, Ajax heeft structureel moeite de papieren op orde te krijgen. In tien jaar tijd werd slechts drie keer een kleine winst behaald, met dank aan eenmalige baten.
Opvallend rustig in de bestuurskamer
Financieel directeur Jeroen Slop – die in 1998 de beursgang van Ajax begeleidde – is ondanks de vrij constante negatieve lijn in de financiële prestaties, nog steeds verantwoordelijk voor de financiën van de Amsterdammers. En dat is opvallend. Op het veld is een dergelijke prestatie doorgaans niet lang houdbaar. Ajax verwelkomt met Frank de Boer inmiddels de veertiende nieuwe hoofdtrainer sinds de beursgang. Waarom het in de bestuurskamer van de Amsterdammers een stuk rustiger is dan in de dug out, is niet duidelijk. Wel kun je concluderen dat beleggers in het aandeel Ajax enkel gedreven worden door sportieve verwachtingen.
Slop heeft in de laatste jaarrapportage aangegeven dat de AFC de komende twee jaar nog verlieslatend zal zijn, het derde jaar verwacht hij zwarte cijfers te kunnen schrijven. Daarvoor moet Ajax de komende vijf jaar wel drie keer deelnemen aan de Champions League. Een pittige opgave.
