Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Als ze maar blijven presteren

Hoe als manager om te gaan met alle sporttoernooien? Geef ze Spelen, aldus Matthijs Mons van IG&H Consulting & Interim.

Deze zomer belooft een waar sportwalhalla te worden. Het volk wil spelen en die zal ze krijgen ook. We vertrekken in juni, met het EK voetbal in de Alpenlanden. In Oostenrijk kan men inmiddels wel wat afleiding gebruiken, dus dat belooft wat. En bij ons begint de gebruikelijke collectieve oranjegekte alweer een beetje op gang te komen. Ongetwijfeld zal de ene na de andere BN-er zich belachelijk gaan maken met een potentiële oranjekraker, ik verheug me er nu al op.

Daarna volgt in juli de jaarlijkse Tour de France. Dit keer "écht dopingvrij" en mét Thomas Dekker als serieuze Nederlandse favoriet. En als grote klapper in augustus de Olympische Spelen, waarbij "we" na een strenge voorselectie flink wat medaillekandidaten hebben. Mart Smeets is er vast helemaal klaar voor.

Maar wat betekent dit voor managend Nederland? Een simpel rekensommetje leert dat voor echte sportfanaten het EK en de Olympische spelen 90 uur per evenement aan televisietijd op kunnen vreten. De Tour blijft daar een beetje bij achter, maar die slurpt toch ook al snel 60 uur op. En dan heb ik het nog niet over de tijd die opgaat aan oeverloze lunchdiscussies, het dagelijkse uitspitten van de sportkaterns en het nauwgezet managen van je positie in de verschillende ‘pools'.  

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Wat hebben we het toch allemaal druk in Nederland! Het rekensommetje wat dit ons sportgekke land kan kosten aan economische groei laat ik graag over aan de dames en heren statistici van het CBS. Maar 0,5% zal geen verkeerde schatting zijn. Het is maar het beste om dat niet in miljarden euro's uit te drukken, want dan zou je heel anders gaan aankijken tegen de bezuinigingen in de kinderopvang.

Dus? Wat moet je daar nou mee als werkgever? Verbieden? Negeren? Of gewoon vol in meegaan? Ik heb zelf toch een voorkeur voor het laatste. Sport vreet tijd, dat kan je moeilijk ontkennen. En rationeel gezien gaat het nergens over, ook waar. Maar sport geeft ook energie. Het biedt gespreksonderwerpen. En het zorgt voor verbinding, het brengt mensen bij elkaar. Sport verbroedert, zeggen ze wel eens. En volgens mij is dat waar. De waarde daarvan is moeilijk vast te stellen, maar die is er wel degelijk.

Geef het ze!
En bovendien: ik ga graag uit van de eigen verantwoordelijkheid van mensen. Sturen op input en vaste werktijden – dat is toch niet meer van deze tijd? Laat die mensen toch. Lekker voor de buis bij het Olympisch ochtendjournaal? Wat eerder er tussenuit om Alpe d'Huez mee te pakken? Ik kan er niet echt mee zitten.

Als ze maar blijven presteren, groeien, initiatief nemen en voor tevreden klanten zorgen. Want dat is waar het uiteindelijk om gaat. En als je dat wil, dan heb je intrinsiek gemotiveerde werknemers nodig. Lastig te vinden, maar nog lastiger om vast te houden. Die moet je niet betuttelen, die moet je inspireren. En sport kan daar een uitstekende rol bij spelen. Dus als ze Spelen willen, dan gééf je ze die.